bedrijfseconomie: het deel van de economische wetenschap dat gericht is op bestudering
van het gedrag van individuele ondernemingen.
Sommigen personen bezitten meerdere ondernemingen, en veel ondernemingen hebben
meerdere eigenaren.
Ondernemingen zijn een integraal onderdeel van de maatschappij. Omdat wij altijd met
ondernemingen te maken hebben.
Verenigingen en stichtingen: school is een stichting. Een vereniging moet leden werven ’in
dienst nemen’, zowel een vereniging als stichting moeten de zaken financieel op orde
hebben.
1.2 Personen, ondernemers en organisaties
Een onderneming is een commerciële organisatie => profitorganisatie. Streven naar winst.
(winkels, banken, fabrieken)
Verenigingen en stichtingen zijn meestal niet-commerciële organisaties => non-
profitorganisatie. Streven niet naar winst maar bijvoorbeeld een school streeft naar goed
onderwijs en veel geslaagden. (scholen, sportclubs).
Ondernemingen, verenigingen en stichtingen zijn organisaties: een samenwerkingsverband
van mensen die bepaalde doelen willen bereiken.
Een organisatie treedt op onder een eigen naam. Het samenwerkingsverband leggen we vast
in een rechtsvorm: de juridische vorm van de organisatie. ‘juridisch’ omdat het de wet is die
per rechtsvorm onder andere aangeeft wie de leiding heeft in de organisatie.
Voor commerciële organisaties:
- Eenmanszaak: één eigenaar die de leiding heeft en verantwoordelijk is.
- Vennootschap onder firma: 2+ eigenaren die samenwerken onder 1 naam. Elke
eigenaar kan apart volledig verantwoordelijk zijn.
- Besloten vennootschap en naamloze vennootschap: rechtspersonen, hebben
zelfstandige rechten en verplichtingen. De eigenaren zijn meestal alleen aansprakelijk
voor het bedrag dat ze in de bv/nv hebben gebracht.
Voor niet commerciële organisaties:
- Vereniging: organisatie met leden, een bestuur en een bep. doel (sportvereniging)
- Stichting: organisatie met een bestuur en een bep. Doel (scholen)
, Management: bevat bepalen van doelstellingen, plannen, organiseren, leiding geven en
controleren.
In organisaties kunnen we verschillende soorten doelstellingen onderscheiden: strategische,
tactische en operationele.
Strategische doelstellingen: wat de organisatie op lange termijn wil bereiken (5 tot 10 jr). Het
hogere management (topmanagement) stelt de doelstellingen op. Het strategisch doel van
een onderneming kan zijn in NL marktleider worden.
Tactische doelstellingen: invulling en uitwerking van strategische
doelstellingen (2 tot 5 jr). Het middenmanagement stelt deze doelstellingen
op, wel in overleg met het hogere. Van een onderneming kan het bijv. zijn het
aantal vestigingen sterk uitbreiden.
Operationele doelstellingen: invulling en uitwerking van tactische doelstellingen (max 2 jr).
Het lager management stelt ze op in overleg met het middenmanagement. De planning van
de afzet het komende jaar is een voorbeeld.
Doelstellingen moeten zijn:
Duidelijk: zo concreet mogelijk
Acceptabel: voldoen aan de redelijkheid
Haalbaar: realistisch
Niet strijdig: consistent, de doelstellingen moeten op elkaar afgestemd zijn.
Gedetailleerde uitwerking vd doelstellingen. Het scheppen van doelmatige (de meest
Over een bepaalde tijdsperiode. geschikte manier) verhoudingen tussen
mensen, middelen en handelingen om
bepaald doel te bereiken.
Managers geven de leiding, ze begeleiden
de activiteiten
Om te zienvan demedewerkers
of de verschillende hun taken zo
werknemers
doelmatigenuitvoeren.
afdelingen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller veravdwijngaard. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.00. You're not tied to anything after your purchase.