COMPLETE TEST BANK: ESSENTIAL CELL BIOLOGY 5TH EDITION ALBERTS [ CONTAIN ANSWER KEY Questions with 100% correct Answer.
All for this textbook (62)
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Biologie
De Cel (BB2CEL09)
All documents for this subject (38)
Seller
Follow
liekevelth
Reviews received
Content preview
Hoorcolleges Deeltoets 1
Hoofdstuk 2, Chemische componenten van cellen
Chemische verbindingen
Rutherford-Bohr atoommodel: 6C12 = atoomnummer 6, atoomgewicht 12. Het atoomnummer is het
aantal protonen. Aantal elektronen in buitenste schil bepaalt de interactie.
Covalente binding : delen elektronpaar (intra-moleculair).
Niet-polaire covalente binding: elektronen zijn gelijk verdeeld.
Polaire covalente binding: Elektronen zijn niet gelijk verdeeld door elektronnegativiteit.
Ion binding : gevormd door verkrijgen/verliezen elektronen (intra-moleculair).
Positief geladen: kation, negatief geladen: anion.
Niet-covalente bindingen
Waterstofbruggen: temperatuur gevoelig, korte interacties door polarisatie.
Surface tension: Adhesie (naar glas) + cohesive (naar elkaar).
Hydrofiel: oplossen in water (ionen en polaire moleculen).
Hydrofoob: water forceert hydrofobe groepen samen, energetisch gunstig.
Elektrostatische interacties: negatief en positieve lading hebben een interactie.
Sommige polaire moleculen vormen zuren en basen, meer H+ is zuurder.
Kleine moleculen
Suikers: subunits van polysacchariden en zijn een energie bron.
Aldehyde, dubbelgebonden O zit aan het uiteinde.
Ketose, dubbelgebonden O zit in de keten.
Ringen van glucose: alfa (OH-groep naar beneden) en beta-glucose (OH-groep zelfde kant als C6
groep). Suikergroepen aan elkaar zetten: condensatie (H2O) komt vrij.
Glycogeen: Afgetakte helixen (alfa 1,6 verbindingen).
Zetmeel Amylose (onvertakte helix alfa 1,4 verbindingen).
Amylopectine (vertakte helix 1,6 verbindingen).
Cellulose: strengen van beta-glucose die met waterstofbruggen verbonden zijn.
Vetten: vetzuren zijn componenten van celmembranen.
Onverzadigd: met dubbele binding.
Verzadigd: zonder dubbele binding.
,Fosfolipide: Twee vetzuurstaarten met een fosfaatgroep.
Aminozuren: subunits van eiwitten.
Amino-terminus (N) zit links en carboxy-terminus (C) zit rechts.
Elektrisch geladen zijketens
Acidic (lading negatief of neutraal), Aspartic acid + Glutamic acid.
Basic: (lading positief of neutraal), Lysine, Arginine, Histidine.
Polaire zijketens
Aspargine + glutamine (NH2 groep die interacties kan aangaan).
Serine, Threonine, Tyrosine (OH groep = polair, kunnen gefosforyleerd worden).
Nonpolaire zijketens
Cysteine kan disulfide bruggen maken.
Nucleotiden
ATP: adenine triphosphate, bij ADP is er 1 fosfaat af.
Basen voor DNA:
- Pyrimidine (uracil, cytosine + thymine)
- Purine (guanine + adenine)
Binding tussen base en suikermolecuul (pentose). Als op tweede koolstof een OH groep zit is het
RNA.
Nucleotide = base + suiker + fosfaat.
Nucleoside = base + suiker.
5’ zit fosfaatgroep en 3’ zit suikergroep
Macromoleculen
Losse bouwstenen aan elkaar door een condensatie reactie (H2O komt vrij). Uit elkaar halen door
hydrolyse (H2O toevoegen). Macromoleculen samen vormen door non-covalente bindingen een
macromolecular assembly (vb. ribosoom).
, Hoe verschillen onstabiele isotopen ten opzichte van algemene isotopen verschil in aantal
neutronen en atoomgewicht. Het aantal protonen in de kern bepaalt wat het is en protonen +
neutronen = gewicht.
Je wordt gereduceerd dan elektronen opname dan ben je de oxidator.
Je wordt geoxideerd dan elektronen afstaan en dan ben je de reductor.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller liekevelth. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.22. You're not tied to anything after your purchase.