100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Begrippenlijst farmacologie $4.82   Add to cart

Summary

Samenvatting Begrippenlijst farmacologie

 21 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Ik somde de begrippen op van de lessen farmacologie van Pieter De Cock

Preview 2 out of 7  pages

  • April 14, 2021
  • 7
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Begrippenlijst farmacologie
Inleiding
Generische specialiteit= als een patent van een geneesmiddel verloopt, kunnen bedrijven die ook
maken. Het geneesmiddel is generisch als het hetzelfde werkzaam bestandsdeel heeft, zelfde
toedieningsvorm, zelfde sterkte en zelfde verpakkingsgrootte.
RIZIV: rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering
DDD: daily defined dose= hoe vaak geneesmiddel gemiddeld per dag wordt gebruikt in een bepaald
jaar voor zijn meest gebruikte reden van gebruik.
-mab: monoclonal antibody : afweer geneemiddel
Statines: cholestrol verlagende middelen
Top 25: geneesmiddelen die grootste deel van de netto-uitgaven en het behandelingsvolume
uitmaken. De redenen hiervoor zijn frequent gebruik en dure productie.

PK
Xenobioticum= stof die in normale omstandigheden niet of weinig in het lichaam wordt
teruggevonden
Concentratie over tijdscurve= belangrijkste curve in de pharmacokinetiek. Meestal spreekt men hier
van plasma concentratie
Effect over concentratie curve= belangrijkste curve in de pharmacodynamiek. Als je de concentratie
hier in log schaal zet verkrijg je een sigmoïdale curve met een plateau
Effect over tijdscurve= in een PK/PD studie: wanneer we een dosis toedieinen, wat is dan het effect
over tijd
Farmacokinetiek= wat het lichaam doet met het geneesmiddel. Studie van absorptie, distributie,
metabolisatie en eliminatie
Absorptie= hoe het geneesmiddel het bloed bereikt vanuit de plaats van toedieining
Distributie= hoeveel van het geneesmiddel gedistribueerd wordt naar de weefsels
Metabolisatie= hoe het geneesmiddel wijzigt en afgebroken wordt
Excretie= hoe het geneesmiddel verwijderd wordt uit het lichaam
Ionisatie = het proces waarbij een atoom of molecuul uit ongeladen toestand een elektron kwijtraakt
of er een bijkrijgt, waardoor het verandert in een geladen deeltje, ook wel ion genoemd. Vermindert
de mogelijkheid om door het membraan te diffunderen.
Passieve niet ionische diffusie= proces waarbij niet-ionen passief (hoge C naar lage C) doorheen het
celmembraan bewegen
PKa= de dissociatieconstante, bepaalt hoe sterk het zuur (hoge PKa) of hoe sterk de base (lage PKa) is
Aspirine (acetylsalicylzuur)= zwak zuur geneesmiddel ter preventie van plaatjesaggregatie
Ion trapping = de opbouw van een hogere concentratie van een chemische stof over een
celmembraan als gevolg van de pKa waarde van de chemische stof en pH-verschil over de
celmembraan
pH-partition theory= de totale drug concentratie is verschillend in elk compartimen. Een zuur
geneesmiddel zal accumuleren in een compartiment met hoge pH en een basisch geneesmiddel zal
accumuleren in een compartiment met lage pH
DDI= drug-drug interaction
ASA= acid supression agent: zal pH in maag doen toenemen
ABC-transporter= ATP binding Casette transporter: hebben ATP nodig voor transport
p-glycoproteïne = carrier transporter die zorgt dat gnm niet verder diffundeert maar een deel wordt
teruggepompt naar het darm lumen
glomerulaire filtratie= filtreren over een soort van zeef in de glomerulus (=paracellulair transport)

, Cmax= maximum concentratie bereikt in de systemische circulatie
Tmax= tijd om de maximale concentratie te bereiken in de systemische circulatie. Staat in relatie met
de absorptiesnelheid.
AUC: area under the curve= oppervlakte onder de concentratie-tijdscurve. Is afhankelijk van de mate
van absorptie
Biologische beschikbaarheid= fractie van de totale toegediende dosis die de systemische circulatie
onveranderd bereikt
First pass effect: fenomeen waarbij de concentratie van een gnm, specifiek wanneer oraal
opgenomen, grotendeels is afgenomen vooraleer het de systemische circulatie bereikt. In de lever
wordt het gnm ook nog eens omgezet worden naar een metaboliet. Dit kan het actief gnm zijn of kan
verwijderd worden.
IV-PO switch= overschakelen van de IV vorm naar de orale vorm van een geneesmiddel. Dit omdat
het veiliger en goedkoper is. Als een geneesmiddel een lage biologische beschikbaarheid heeft, doen
we dit pas wanneer de patiënt klinisch beter is.
PO-IV switch= overschakelen van de orale vorm naar de intraveneuze vorm van een geneesmiddel.
Hiervoor zullen we een omrekeningsfactor moeten gebruiken zodat we niet overdoseren.
Relatieve biologische beschikbaarheid= vergelijken met een ander geneesmiddel. Dit is belangrijk
voor de generische geneesmiddelen
Chemische equivalentie= actief bestandsdeel van beide producten is hetzelfde, zelfde dosis volgens
eenzelfde formulatie. Moeten dan ook natuurlijk dezelfde toedieningswijze hebben.
Bioequivalentie= volgens EMA: je moet in studie aantonen met minimaal 12 gezonde vrijwilligers,
patiënten die gevast hebben, zonder inname met voeding dat AUC generisch middel/ AUC
referentiemiddel of Cmax generisch middel/ Cmax referentieproduct 90% BI ligt tussen 80% en 125%
of tussen 0.8 en 1.25. (voor nauwe therapeutische range 90-110%)
EMA: European Medicines Agency
Therapeutische range= verschil in minimale effectieve concentratie en maximale tolereerbare
concentratie
Minimale effectieve concentratie= concentratie die nodig is om effect te verkrijgen
Maximaal tolereerbare concentratie= concentratie waar kans is op toxiciteit als men er boven zit
Therapeutische equivalentie= geneesmiddelen zijn chemisch- en bioequivalent en ze hebben ook
eenzelfde effect en neveneffect profiel. Deze equivalentie is niet in een wetgevend kader gegoten.
Lokale toediening= het effect uit zich op de plaats van toediening
Systemische toediening= het geneesmiddel moet systemische circulatie bereiken om naar plaats
effect te gaan
Enteraal= via de gastro-intestinale tractus
Buccaal= tussen het tandvlees en de kip
Rectaal= in de anus. Dit als opname via mond moeilijk is, om mucosa irritatie in de maag te ontwijken
of voor een lokaal effect.
Sublinguaal=onder de tong. Dit om het first-pass effect te omzeilen en een snelle absorptie te krijgen.
Parentraal= door injectie
(Trans)dermale toediening= toediening waarbij het geneesmiddel via passieve niet-ionische diffussie
door het stratum corneum diffundeert. Dit om het first-pass effect te ontwijken. Lokale therapie
(dermaal) of systemisch (transdermaal).
Dubbele invloed pH= we willen dat de pH optimaal is zodat ons geneesmiddel in oplossing geraakt en
anderzijds in de niet-geïoniseerde vorm zodat het kan diffunderen.
Fysicochemische eigenschappen= vetoplosbaarheid, pKa,…
Formulering= partikelgrootte, ingrediënten, coating. Dit beïnvloedt het uiteenvallen van het
geneesmiddel.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LoSp. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.82  1x  sold
  • (0)
  Add to cart