Organisaties indelen:
1. Op basis van winststreven
- Non-profit (KNVB, HAN, sportclub) ook winst maken maar is niet het hoofddoel
(beetje winst!!)
- Profit (Nike, survivalbureau, basic fit) winst maken is het hoofddoel (moeten winst
maken!!)
2. Op basis van rechtsvorm/ juridische vorm
- Zonder rechtspersoonlijkheid
Eenmanszaak (meerdere mensen verantwoordelijk), vof (niet alleen aansprakelijk maar met
meerdere), maatschap
Eigenaar aansprakelijk met privévermogen. Nadeel
Je kan altijd starten Voordeel
- Met rechtspersoonlijkheid
BV (besloten vennootschap), NV (naamloze vennootschap), Vereniging, Stichting
Scheiding privé en zakelijk niet vanuit het eigen vermogen maar geheel zakelijk
(Soms wel zelfverantwoordelijk maar alleen als ze er een zooitje van hebben gemaakt)
Zie je vaak als bedrijven groeien
Eenmanszaak vof bv
Sportwereld:
Vereniging of Stichting
- Met of zonder rechtspersoonlijkheid?
- MET!!
Wil je als bestuurder je huis verkopen om je trainer te betalen?
Bestuurder niet hoofdelijk aansprakelijk
TK<TO Winst maken is niet doel maar positieve resultaten zijn noodzakelijk om te blijven
TO= totale opbrengst
TK= totale kosten
Afzet= aantal producten
Omzet= afzet x verkoopprijs (€)
(100 Burgers x 11 = 1100)
TO=TK nonprofit/ breakeven
TO>TK = profit/ winst
,2 manieren:
- Commercie: meer TO
Targets omhoog meer winst maken
- Controller: TK omlaag
Bezuinigen
Winst maken: of TO omhoog, of TK omlaag
Prijselasticiteit (PE):
Mate waarin de vraag naar een product (dus de verkoop) zal veranderen door een
verandering van de prijs.
(Wat gebeurd er als de prijs van een product verhoogd wordt)
Normaal= uitkomst negatief omgekeerd evenredige relatie tussen prijs en vraag (prijs
stijgt, vraag daalt)
Berekening:
Prijselasticiteit=
Delta % vraag/ Delta % van de prijs
Procentuele verandering van de vraag/ procentuele verandering van de prijs
6/3=2
Geen absolute getallen maar eerst relatief maken
(Nieuw- oud)/ oud x 100% delta
-0.25: als de prijst
stijgt, daalt de
vraag
+ … als de prijs stijg,
stijgt de vraag
bijna nooit
,Inelastisch: tussen de 0 en -1 (supermarkt)
Elastisch (Luxeproduct): onder de -1 en lager (iphone)
, (Ajax seizoenkaart)
Week 3.2- Balans en Resultatenrekening
Twee belangrijke aspecten bij toepassen instrumenten:
Verwachting VS. werkelijkheid
Vooraf – achteraf
Vooraf:
Dus voordat er beslissingen worden genomen.
We kijken vooruit (naar de toekomst)
Begrippen als ‘voorcalculatie’ of ‘begroting’ of ‘verwachting’
Management Accounting
Achteraf:
Nadat de gebeurtenissen hebben plaatsgevonden.
Terugkijken naar verleden. Wat is er werkelijk gerealiseerd?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller silstortelers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.39. You're not tied to anything after your purchase.