Een samenvatting met de belangrijkste onderwerpen, figuren en extra opdrachten van het boek. Dit is de perfecte samenvatting (niet al te groot) ter voorbereiding op je tentamen. Er zitten zelfs extra opdrachten in (ter voorbereiding op je tentamen).
Hoofdstuk 1 Supply Chain management: de basis
1.1 De noodzaak van supply chain management
Supply Chain: Een supply chain telt meerdere partijen, die er samen voor zorgen dat aan de klantbehoefte
tegemoetgekomen wordt.
Hoeveel partijen zijn er nodig om van supply chain te mogen spreken? Minimaal twee interfaces, dus van drie
zelfstandige organisatie om van supply chain te mogen spreken.
3 soorten kunnen onderscheiden worden bij supply chain (SC):
Korte SC: bestaat uit onderneming, leverancier en klant;
Uitgebreide SC: bevat ook de leveranciers van leverancier en de klanten van klant;
Ultieme SC: bestaat uit alle organisaties die betrokken zijn bij de ‘upstream and/or downstream flows en
producten, services, financiën and/or informatie van de ultimate supplieer to the ultimate customer’. (Zie
Figuur 1.)
Figuur 1 Ultieme Supply Chain
Twee begrippen die onder Supply Chain vallen zijn:
Value Chain: Hier wordt van gesproken waarbij elkaar opvolgende partijen waarde toevoegen aan het
product/dienst en die waarde uiteindelijk door de klant wordt beloond met een vergoeding voor de
kosten plus een winstmarge.
Demand Chain: In een supply chain draait het allemaal om de behoeftebevrediging van de uiteindelijk
afnemer, dus om de vraag in plaats van het aanbod.
In een demand chain wordt eerst afgewacht wat de vraag is en aan de hand daarvan wordt bepaald
hoeveel geproduceerd moet worden. Bij SC gaat dit juist andersom. Kortom, een SC is push-bestuurd en
een demand chain is pull-gestuurd.
1.2 De essentie van supply chain management
De belangrijkste kenmerken van supply chain management zijn (dus dat zijn de essenties):
Bedrijfsovertuigend;
Gericht op ‘upstream’ en ‘downstream’ relaties;
Up-stream relaties: zijn de relaties met leveranciers, de leveranciers van de leveranciers enz.
Down-stream relaties: zijn de relaties met de afnemers, de afnemers van de afnemers enz.
Gebaseerd op vrijwilligheid;
Meer dan logistiek;
Gericht op waardecreatie en kostenreductie;
Gericht op prestatie van het geheel;
‘Pie-growing’ in plaats van ‘pie-sharing’.
Partijen zullen in de praktijk altijd vanuit het perspectief van de eigen onderneming blijven denken, hoe
gedreven ze ook mogen zijn in hun streven naar een betere prestatie van de keten als geheel.
1.3 Voorwaarden voor supply chain management
De meest genoemde voorwaarden in de literatuur zijn:
, Er moet sprake zijn van interne integratie;
Dit betreft de afstemming tussen de functionele aandachtsgebieden binnen de onderneming.
Ketenpartners moeten elkaar vertrouwen;
Er moet klantgericht gedacht worden;
Ze moeten zich dus telkens afvragen wat de wensen en behoeften van de uiteindelijk consument zijn (doelen).
Ze delen dus kennis over de korte- en langetermijnbehoeften en -voorkeuren van huidige en potentiële
klanten met hun ketenpartners. Er is dus geen ‘one size fits all’ aanpak, maar er is juist oog voor de
differentiatie in klantbehoeften.
ICT-mogelijkheden moeten voldoende benut worden;
Er moeten afspraken gemaakt worden over prestatiemeting.
1.4 Winst door samenwerking
Er is een noodzaak tot samenwerking, omdat samenwerking loont. Samenwerking tussen organisaties resulteert
in winst voor het geheel wanneer het belang dat de uiteindelijke afnemers hechten aan de opgeleverde
producten/diensten groter wordt en/of wanneer de kosten gereduceerd worden, dus verspillingen
verminderd/vermeden worden door de samenwerking.
De volgende verspillingen kunnen worden verminderd/vermeden door samenwerking:
Verspilling door onnodig transport;
Dit zorgt voor extra brandstof-, brandstof-, afschrijvings- en arbeidskosten en extra transportmaterieel. Door
samenwerking kunnen goederenstromen worden gebundeld.
Verspilling door overproductie en overbodige of overtollige voorraden;
Dit zorgt voor extra inzet van de productiefactoren natuur, arbeid en kapitaal. Door samenwerking kan
informatie worden uitgewisseld, klantvragen beter voorspeld worden, minder veiligheidsvoorraden nodig en
het aandeel restantpartijen of incourante voorraden afnemen.
Verspilling door overbodige activiteiten;
Hierbij worden activiteiten uitgevoerd die eigenlijk niet nodig zijn zoals het telkens opnieuw invoeren van
informatie wanneer informatiesystemen niet op elkaar afgestemd zijn.
Verspilling door onnodige fouten en controles.
Samenwerken tussen ondernemingen kan fouten voorkomen, zoals fouten in productspecificaties, doordat
daarover geen goede afspraken zijn gemaakt. Overigens kan vertrouwen tussen partijen in SC ook onnodige
controles voorkomen.
Weekopdracht 1
De belangrijkste trends zijn:
24/7 online;
o Online is gestimuleerd door COVID-19. Daarnaast maakt het thuiswerken mogelijk en wordt er
tegenwoordig veel online besteld.
o Supply chain (8): levertijden zijn lange en de vraag overstijgt het aanbod.
Urbanisatie;
o Mensen trekken van het platteland naar de stad en daarnaast is het effect van COVID-19: “Corona
is de dood van de stad”.
o Supply chain: (8): Een voorbeeld is hoe komen de producten in de steden? Hierdoor ontstaat
drukte met bezorgbusjes.
Milieu;
o De COVID-19 pandemie is goed voor het milieu. Echter beantwoordt de werkelijkheid
waarschijnlijk niet aan deze optimistische kijk. Voordelig is dat het minder uitstoot geeft nu.
Echter is een nadeel dat er veel afval is en mensen trekken ‘te’ veel naar bossen.
2
, o Supply chain (6): Hergebruik van afval. Bedrijven worden gestimuleerd om alles op een
milieuvriendelijke manier te verpakken.
‘Aging’;
o Mensen worden steeds ouder (vergrijzing). Het effect van corona is dat de risicogroep veel groter
is en daarnaast de weerstand en energie achteruit gaat.
o Supply chain (7): Oudere mensen zijn minder mobiel.
WTO;
o Het effect van COVID-19 is dat het transport moeilijker gaat i.v.m. de gesloten grenzen. Daarnaast
is een negatieve test verplicht en zijn de levertijden dus vele malen langer. Ook is er minder
beschikbaarheid door ziekteverzuim.
o Supply chain (9): Brexit.
3+4D Printing;
o Met name in de sperparts is dit een revolutie. Het was een vak apart om dit op de juiste locatie te
krijgen. Tegenwoordig kunnen onderdelen heel gemakkelijk gemaakt worden via 3+3D Printing.
o Supply chain (8): Onderdelen van oude auto’s worden niet meer gemaakt, maar wel geprint.
(keten-)samenwerking.
o Dit is een van de hoofddoelstellingen van Supply Chain Management. Door effectief samen te
werken zijn mogelijkheden mogelijk die normaliter nooit zouden kunnen.
o Supply chain (8): Dat je als bedrijf meerdere dingen kunt doen, die een bedrijf alleen nooit zou
kunnen doen. Bijvoorbeeld: Philips en Douwe Egberts: ontwikkeling Senseo.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daphnesledsens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.34. You're not tied to anything after your purchase.
