Samenvatting Psychologie, een inleiding, 8e editie met MyLab NL toegangscode, ISBN: 9789043034593 Minor Toegepaste Psychologie
All for this textbook (1)
Written for
Saxion Hogeschool (Saxion)
Toegepaste Psychologie
Inleiding In De Psychologie
All documents for this subject (60)
Seller
Follow
suzannakamerman
Reviews received
Content preview
Psychologie
1.1 Wat is psychologie en wat is het niet?
Het woord psychologie is afkomstig uit het Oudgrieks. ‘Psyche’ betekent ‘geest’ en ‘-ologie’ betekent
‘gebied van studie’. Inmiddels is de definitie wel wat anders dan studie van de geest:
Psychologie is een breed veld, met vele specialismen, maar in wezen is psychologie de
wetenschap van gedrag en geestelijke processen.
Psychologie gaat daarmee niet alleen meer over de interne geestelijke waarnemingen die we alleen
indirect waarnemen, maar ook de externe waarneembare gedragingen. Ten tweede toont deze
definitie dat psychologie aan een wetenschappelijke basis staat en is daarmee objectief.
Psychologen komen in allerlei soorten en maten, maar er zijn 3 grove categorieën.
Experimenteel psychologen – dit is de kleinste groep, maar ook de groep die de meeste
nieuwe informatie levert. Het zijn namelijk de onderzoekers die vooral op de universiteiten
bivakkeren
Docent psychologen – dit is de categorie die lesgeeft op universiteiten en hbo’s
Toegepast psychologen – deze probeert door aangereikte kennis van experimenteel
psychologen mensen te helpen met het oplossen van problemen.
In deze laatste categorie zijn er wel een heleboel subcategorieën: arbeids- en organisatiepsychologen
(gespecialiseerd in het optimaliseren van de menselijke productiviteit), sportpsychologen (gericht op
het verbeteren van presentaties van professionals of amateur sporters), schoolpsychologen
(diagnosticeren leer- en gedragsproblemen in de schoolomgeving en adviseren leraren, ouders en
leerlingen), klinisch psychologen en counselors (gespecialiseerd in het helpen dat mensen zich aan
kunnen passen op sociaal en emotioneel gebied), forensisch psychologen (geven hun expertise aan
het wets- en rechtssysteem), omgevingspsychologen (gespecialiseerd in het verband versterken
tussen de interactie van de mens met zijn of haar omgeving) en als laatste gerontopsychologen
(gespecialiseerd in de psychische kant van ouderenzorg).
Als we dan toch bezig zijn psychologie te definiëren, moeten we ook kijken naar de psychiatrie.
Psychiatrie is een medisch specialisme die geen deel uitmaakt van de psychologie. Psychiaters
richten zich vooral op het behandelen van mensen met ernstiger psychische stoornissen dan
psychologen en zien dit vanuit de medische hoek: de mensen die ze behandelen zijn ‘ziek’. De
opleiding van een psycholoog is niet van medische aard, dus mogen ze geen medicatie voorschrijven.
Ze werken daarnaast ook vanuit een psychologische invalshoek (geen patiënten, maar cliënten).
Nog een die vaak wordt verward met psychologie is pseudopsychologie. Pseudopsychologie zijn de
aannames die niet wetenschappelijk zijn onderbouwd; denk aan de methodes die men gebruikt voor
handlezen en waarzeggerij. Horoscopen en paranormale fenomenen kunnen vermakelijk zijn, maar
het vakgebied begint waar de feiten ophouden. Om te voorkomen dat je hier de fout in gaat kun je
kritisch nadenken over de beweringen die worden gedaan.
Klinkt leuk, dat kritisch nadenken, maar hoe doe je dat? Dit zijn 6 helpende vaardigheden:
1. Wat is de bron? – Heeft de bron expertise? Zijn er persoonlijke belangen?
2. Is de bewering redelijk of extreem? – Je kunt moeilijk overal kritisch over doen, daarom moet
je selecteren. Voor moeilijke problemen bestaan er zelden simpele en snelle oplossingen, dus
als er zoiets toch lijkt te zijn is dat het moment een keertje extra na te gaan denken.
3. Wat is het bewijsmateriaal? – In veel gevallen is er anekdotisch bewijsmateriaal aanwezig;
dit is bewijs gebaseerd op een enkel voorval. Dit kan heel overtuigend zijn, maar toch is er
ook wetenschappelijk bewijs nodig om het complete plaatje te belichten.
4. Kan de conclusie zijn beïnvloed door bias? – Bias is een vooroordeel op basis van persoonlijke
ervaringen en waarden. Als iemand geld krijgt als hij of zij een medicijn heeft ontwikkeld kan
het goed zijn dat het medicijn nog niet goed genoeg is. Ook is er emotionele bias: dit is de
neiging om oordelen te vellen gebaseerd op gevoelens in plaats van rationele analyses. Als
1
, laatste is er ook nog confirmation bias: de neiging om alle informatie te onthouden die de
opvattingen bevestigen, maar te vergeten wat de opvattingen onderuit halen. Deze bias is de
minst eenvoudige om te ontwijken: onze hersenen doen al een groot deel van het werk om
deze in stand te houden.
5. Worden veelvoorkomende denkfouten vermeden? – De eerste denkfout is dat het gezond
verstand gelijk staat aan wetenschap. De tweede logische fout is dat als er twee dingen
tegelijkertijd voorkomen en dit verband ook bewezen kan worden, dat het een het ander
direct moet veroorzaken. Dit word het correlatie-causaliteit-denkfout genoemd.
6. Zijn voor het oplossen van het probleem verschillende invalshoeken nodig? – Misschien is
voor het probleem advies van meerdere wetenschappelijke expertises nodig.
1.2 Wat zijn de zes belangrijkste perspectieven van de
psychologie?
Zes belangrijke perspectieven domineren het snel veranderende veld van de moderne
psychologie: het biologische, cognitieve, behavioristische, whole- person- ontwikkelings- en
socioculturele perspectief. Alle kwamen ze voort uit radicaal nieuwe ideeën over geest en gedrag.
Een deel van het ontstaan van de psychologie mogen we geven aan Socrates, Plato en Aristoteles.
Ongeveer in diezelfde tijd ontstond ook in de Aziatische en Afrikaanse samenlevingen psychologische
ideeën vanuit spirituele opvattingen. Vele eeuwen verder komen we in de Europese middeleeuwen
waar de kerk ideeën over de geest aan de Griekse filosofie toevoegde. De ideeën van de geest zoals
Descartes ze ook had lagen diep verankerd, dus men zag niet zo snel dat er ook nog ander
mogelijkheden waren.
Het biologische perspectief begon bij Descartes die het lichaam en de spirituele geest als twee aparte
dingen zag. Dit zorgde ervoor dat de wetenschap onderzoek kon doen naar de menselijke
gedragingen, aangezien deze aan het lichaam gekoppeld waren. Zo kon de geest voor de kerk intact
blijven. Zo kon men aantonen dat er biologische processen ten grondslag liggen aan sensaties.
Descartes behoorde tot het rationalisme; het idee dat je moet denken om filosofie en wetenschap te
verbeteren. Het empirisme van bijvoorbeeld Francis Bacon is hier niet mee eens; zij vinden dat je
enkel en alleen door waarnemen tot de juiste conclusies kunt komen. John Locke vind zodoende zelfs
dat baby’s als een ongeschreven blad geboren worden (tabula rasa). Het idee van Descartes was de
basis van het moderne biologische perspectief. Moderne psychologen beschouwen de geest
inmiddels als een product van de hersenen. Hoe we zijn komt voort uit biologische eigenschappen.
Biologische psychologen zoeken daarom hun antwoorden in genen en het hormoonstelsel. Er zijn
twee variaties op het biologische thema. Ten eerste de neurowetenschap; het vakgebied richt zich
op het begrijpen van de hersenen. Ze onderzoeken hoe hersenen gedachten, gevoelens, motieven,
bewustzijn, herinneringen en andere mentale processen creëren. De tweede variant is de
evolutionaire psychologie. Dit is een relatief nieuw specialisme dat gedrag en mentale processen
beschouwt op basis van hun genetische aanpassingen aan overleving en voortplanting. Het idee is
dat een groot deel van ons gedrag genetisch vastligt door de opgedane kennis van onze voorouders.
Zo is er ook natuurlijke selectie ontstaan; degene die langer leefden en zo zich beter voort kunnen
planten gaven ook weer hun eigenschappen door.
Het tweede perspectief wat in de psychologie domineert is gebaseerd op scheikunde.
Wetenschappen ontdekten eigenschappen in chemische elementen en deelden dit op in een
periodiek systeem. Wilhelm Wundt dacht dat dat ook met de menselijke geest mogelijk moest zijn.
Dit viel een beetje tegen, maar het idee dat wetenschappelijke methoden op het onderzoeken van
geest en lichaam kon worden toegepast was baanbrekend. Een van die technieken was introspectie:
vrijwilligers beschreven hierbij hun innerlijke, bewuste ervaringen. Dit waren de eerste
psychologische experimenten die volgens Wundt aantoonde dat onze verstandelijke activiteit
bestond uit verschillende combinaties van elementaire processen. Een van de leerlingen , Titchener,
van Wundt nam de theorie naar Amerika waar hij de zoektocht structuralisme ging noemen. Vanaf
2
,het begin kreeg de stroming met veel kritiek te verduren: het zou subjectief zijn omdat de eigen
gegeven beschrijving van mensen wordt onderzocht. Toch heeft het structuralisme gewonnen en is
nu verweven in de psychologie. Gestaltpsychologen waren bijvoorbeeld niet eens met de net
genoemde stroming: ze vonden dat bewustzijn niet gereduceerd kon worden naar afzonderlijke
elementen. Ook het functionalisme richten zijn pijlen op het structuralisme: dit is een historische
stroming die meende dat psychische processen het beste begrepen kunnen worden in het licht van
hun adaptieve nut en functie. Simpeler gezegd; de psychologie moet zich richten op de functie van
het bewustzijn en niet op de structuur. William James was een van de bedenkers. Hij betoogde als
fan van Darwin dat de psychologie moest verklaren hoe mensen zich aanpassen aan hun omgeving.
Zo ontstond de toegepaste psychologie; men kreeg interesse in verbeteren van het menselijk leven
door middel van psychologie. Het functionalisme en structuralisme waren het wel eens over de
introspectie, maar het probleem met deze theorie was dat deze subjectief was. De oplossing hiervoor
kwam een pas een tijd later: het cognitief perspectief. Dit is een van de belangrijkste psychologische
perspectieven, waarbij de nadruk ligt op mentale processen, zoals leren, geheugen, perceptie en
denken als vormen van informatieverwerking. Vanuit dit standpunt zijn iemands gedachten en
handelingen het resultaat van iemands unieke cognitieve (geestelijke activiteiten) patroon. Dankzij
brain-imaging technieken kunnen er hiervoor ook objectieve observatiemethoden worden gebruikt.
Het derde perspectief is het behavioristische perspectief. John Watson is hiervan de bedenker. Ze
waren vooral bekend, omdat ze het met niemand eens waren. Wel waren ze eens met het tabula
rasa. Ze vonden dat men zich in de psychologie zich uitsluitend bezig moest houden met het
onderzoeken van waarneembare gebeurtenissen: fysieke stimuli vanuit de omgeving en de
waarneembare reacties daarop. Ze streefden ernaar om psychologie tot een objectieve wetenschap
te maken die zich alleen op gedrag richtte en niet op mentale processen. De geest sloten ze uit,
omdat ze het zagen als een cirkelberedenering. Je kunt niet bewijzen dat je een geest hebt en
daarmee valt het idee dat je handelt op basis van gevoelens en gedachten in het water. Hun
onderzoek heeft aangetoond dat krachten vanuit de omgeving invloed hebben op het menselijk
vermogen om te leren. Ook hebben ze strategieën ontwikkeld waarmee gedrag veranderd kan
worden.
Het vierde perspectief is het perspectief vanuit de gehele persoon met de drie delen:
psychodynamisch, humanistisch en karaktertrekken en temperament. De perspectieven vanuit de
gehele persoon zijn een aantal psychologische perspectieven die draaien om een globaal inzicht in de
persoonlijkheid. Sigmund Freud ontwikkelde een methode voor het behandelen van psychische
stoornissen op basis van het idee dat persoonlijkheid en psychische stoornissen voornamelijk
ontstaan uit processen in de onbewuste geest, en niet in het bewustzijn. Met deze theorie kon men
voor het eerst de complete geest verklaren, omdat het onbewuste als een soort koppeling werkte
tussen bijvoorbeeld emotie en geheugen. De theorie kreeg de naam psychodynamisch, waarbij
uitgegaan word dat vooral de onbewuste geest een reservoir voor energie voor de persoonlijkheid is.
Volgens psychodynamische psychologie is deze energie datgene wat ons motiveert. Het legt de
nadruk op het begrijpen van menselijk functioneren in termen van onbewuste behoeften,
verlangens, herinneringen en conflicten. Het systeem van Sigmund Freud wordt psychoanalyse
genoemd: dit is een benadering van de psychologie die is gebaseerd op de veronderstellingen van
Freud, die nadruk legt op onbewuste processen. De term verwijst zowel naar Freuds
psychoanalytische theorie als naar zijn psychoanalytische behandelmethode. In die behandelingen
legt men nadruk op dromen, de zogenoemde freudiaanse versprekingen en op een techniek die de
vrije associatie word genoemd om zo conflicten en verlangens in het onderbewuste te vinden. Er is
de laatste tijd ook veel kritiek gekomen; deze methode is niet toetsbaar aan de werkelijkheid (om het
moeilijk te zeggen; de methode beantwoordt niet aan het criterium van falsificeerbaarheid). Het
volgende gehele persoon perspectief is de humanistische psychologie. Dit is een klinische
benadering die de nadruk legt op de mogelijkheden, groei, potentie en vrije wil van de mens. Deze
positieve manier van kijken ontstond door de mogelijkheden van de duistere krachten in het
onderbewuste en het andere idee dat de mens een speelbal is van prikkels uit de omgeving. Onder
aanvoering van Carl Rogers en Abraham Maslow ontwierp men een model die mensen ziet als
3
, organismen met een vrije wil die dus keuzes kunnen maken en zo hun leven kunnen beïnvloeden.
Vanuit het humanistische perspectief hebben de opvattingen die je hebt over jezelf en je fysieke en
emotionele behoeften een grote invloed op je gedachten, emoties en handelingen. Deze drie
beïnvloeden dan weer de potentie je je als mens hebt. De laatste gehele persoon perspectief komt
van de Oude Grieken. Dit is de psychologie van karaktertrekken en temperament; een
psychologisch perspectief dat gedrag en persoonlijkheid ziet als de producten van fundamentele
psychologische kenmerken. Zo zeiden ze dat de persoonlijkheid werd geregeerd door vier humores;
bloed (opgewekt), slijm (behoedzaam), zwarte gal (melancholiek) en gele gal (boos en agressief). De
persoonlijkheid was afhankelijk van welke overheerste. Deze theorie laten we inmiddels links liggen,
maar het fundamentele idee dat verschillen tussen mensen ontstaan uit verschillen in stabiele
kenmerken en neigingen. Eigenschappen als extraversie en introversie lijken zo twee fundamentele
eigenschappen in de menselijke aard. Zo ook bijvoorbeeld angst en comfort of wel en niet openstaan
voor nieuwe ervaringen. Sommige psychologen denken dat we op een nog fundamenteler niveau van
elkaar verschillen; op het niveau van temperament. Van al deze eigenschappen word vanuit gegaan
dat ze tenminste voor een deel biologisch van aard zijn.
Het vijfde perspectief is het ontwikkelingsperspectief. Volgens dit perspectief is psychologische
verandering het gevolg van interactie tussen de erfelijke eigenschappen die in onze genen zijn
vastgelegd en de invloed van onze omgeving. Ze leggen de nadruk op de voorspelbare veranderingen
die zich voordoen in ons leven. De discussie van nature en nurture zien we hierin samenkomen.
Mensen denken en handelen verschillend op verschillende momenten in hun leven, dit komt doordat
de invloeden van erfelijkheid en omgeving ook veranderen.
Het zesde perspectief is het socioculturele perspectief: dit legt de nadruk op het belang van sociale
interactie, sociaal leren en een cultureel perspectief. Men verdiept zich hier in onderwerpen als
aardig vinden, vooroordelen, agressie en gehoorzaamheid met een bijzondere interesse hoe deze
sociale processen per cultuur verschillen. Cultuur is een complete mix van taal, opvattingen,
gewoonten, waarden en tradities die wordt ontwikkeld door een groep mensen en die wordt gedeeld
met anderen in dezelfde omgeving. Vroeger ontbrak de interesse hiervoor, omdat de gene die de
psychologie onderzochten vooral in een vergelijkbare cultuur woonden. Crosscultureel psychologen
hebben dit door en wijden zich er nu aan om de wetten van de psychologie opnieuw te beoordelen
aan de hand van andere culturen en ethische normen. Ze ontkennen hierbij de invloed van nature
niet, maar geven een krachtig bijkomend concept: de kracht van de situatie. Volgens dit standpunt
kunnen de sociale en culturele situatie waarin de persoon leeft, soms sterker zijn dan alle andere
factoren die gedrag beïnvloeden.
Deze zes perspectieven helpen allemaal mee om een holistisch beeld te maken van menselijk gedrag.
Verklaren vanuit een perspectief is zelden toereikend, maar door de totaliteit belangrijker te vinden
dan de som der delen komen we er wel.
1.3 Hoe vergaren psychologen nieuwe kennis?
Net als onderzoekers in alle andere vakgebieden gebruiken psychologen de wetenschappelijke
methode om hun ideeën empirisch te toetsen.
In de psychologie worden theorieën getest door de wetenschappelijke methode: dit is een
procedure bestaande uit vier stappen voor empirisch onderzoek van een hypothese, waarbij de
omstandigheden zo zijn gekozen dat vooroordelen en subjectieve oordelen worden uitgesloten.
Empirisch onderzoek is een onderzoeksbenadering waarbij gegevens worden verzameld door middel
van objectieve informatie uit de eerste hand, gebaseerd op sensorische ervaring en observatie. Op
grond van dit soort onderzoek wilt de psychologie uiteindelijk allesomvattende verklaringen voor
gedrag en geestelijke processen ontwikkelen. De bedoeling hiervan is dat men een theorie kan testen
om bewezen of verworpen te worden. Een theorie is een toetsbare verklaring voor een aantal feiten
of observaties. Het wordt getest door de vier stappen van de wetenschappelijke methode:
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller suzannakamerman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.