100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting van chemie 3 $5.93   Add to cart

Summary

Samenvatting van chemie 3

1 review
 34 views  5 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Korte en duidelijke samenvatting van chemie 3

Preview 4 out of 33  pages

  • No
  • 16,17,18 en 19
  • April 14, 2021
  • 33
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: bqr03 • 2 year ago

avatar-seller
Samenvatting chemie 3
Hoofdstuk 17 lipiden en hun functies in biochemische systemen
17.1 biologische functies van lipiden
Lipiden: verzameling organische moleculen met
verschillende chemische samenstelling. Gegroepeerd
op basis van hun oplosbaarheid in niet-polaire
oplosmiddelen. Onderverdelen in:
1. Vetzuren (verzadigd en onverzadigd)
2. Glyceriden (glycerol bevattende lipiden)
3. Niet-glyceridenlipiden (sfingolipiden,
steroïden, wassen)
4. Complexe lipiden (lipoproteïne)
Belang van lipiden in biologische processen:
 Energiebron. Bij oxidatie geeft elke gram vet
9 kilocalorieën energie vrij, of meer dan
tweemaal de energie die vrijkomt door oxidatie van een gram koolhydraat.
 Energie opslag. Meeste energie in lichaam opgeslagen in vorm van lipiden (triglyceriden). In
cellen opgeslagen: adipocyten, deze vetten zijn rijke bron van energie voor lichaam.
 Celmembraan structurele componenten. Fosfoglyceriden, sfingolipiden en steroïden vormen
basis structuur van alle celmembranen. Deze membranen sturen de stroom van moleculen in
en uit de cellen en staan cel-tot-cel communicatie toe.
 Hormonen. Steroïde hormonen zijn chemische boodschappers die mogelijk maken dat
lichaam met elkaar communiceert. De hormoonachtige prostagladinen scheiden sterke
biologische effecten af op beide cellen dat ze produceren en andere cellen in lichaam.
 Vitaminen. De in lipiden oplosbare vitamines A, D, E en K, spelen een rol bij herstel van
verschillende kritische biologische processen, waaronder bloedstolling en gezichtsvermogen.
 Vitamine-opname. Voedingsvet dient als drager van de in lipiden oplosbare vitamines. Samen
met vetmoleculen naar cellen van dunne darm getransporteerd. Dieet met een te laag
vetgehalte kan leiden tot vitaminetekort.
 Bescherming. Vetten dienen als schokdemper of beschermlaag voor vitale organen.
Opgeslagen in vetcellen die adipocyten worden genoemd. (4% lichaamsvet)
 Isolatie. Vet onder huid opgeslagen  dient om lichaam te isoleren tegen extreme koude
temperaturen.

17.2 vetzuren
Vetzuren zijn lange ketting monocarboxylic zuren. Bestaat uit een even nummer van koolstofatomen.
Algemene formule van verzadigd vetzuur is CH3(CH2)NCOOH. -COOH is carboxyl groep.
Als n = 16 is zijn er 18-koolstof verzadigde vetzuren:
HH H HHHHHHHHHHHH H H O O
H C C C C C C C C C C C C C C C C C C C OH C
H HH HHHHHHHHHHHH H H OH
Onverzadigde vetzuur is een vetzuur dat ten minste 1 koolstof-tot-koolstof dubbele binding heeft.
Oliezuur met 18 koolstofatomen heeft de volgende structuur:

,Door dubbele binding, de koolstof bindingen die betrokken zijn, zijn niet verzadigd met
waterstofatomen. Dubbele bindingen die in bijna alle natuurlijke onverzadigde vetzuren voorkomen,
bevinden zich in cis-configuratie. Plaats dubbele binding bepaald door enzymen die biosynthese van
onverzadigde vetzuren katalyseren.

 Smeltpunt van verzadigde vetzuren stijgt met toename koolstof aantal als gevolg van
Londense dispersiekrachten, zoals alkanen. Verzadigde vetzuren die 10 of meer
koolstofatomen bevatten zijn vaste stoffen bij kamertemperatuur.
 Smeltpunt van verzadigde vetzuren is hoger dan dat van een onverzadigd vetzuur met
dezelfde ketenlengte. Verzadigde vetzuurketens hebben neiging om volledig verlengd te
worden en te stapelen in regelmatige structuur, waardoor verhoogde intermoleculaire
Londense dispersiekracht wordt aangetrokken. Cis-dubbele binding in koolwaterstofketen
geeft een stijve bocht van 30*. De knik kan geen georganiseerde structuur krijgen en heeft
dur lager intermoleculaire kracht en lager smeltpunt.
 Smeltpunt van onverzadigde vetzuren wordt hoger als lengte koolwaterstofketen toeneemt.

Omega-3 vetzuren
Vis bevat hoge aantallen van 2 omega-3 vetzuren: eicosapentaenoic zuur (EPA) en decosahexaenoic
zuur (DHA). Later 3e omega-3 vetzuur gevonden: -
linolenic zuur, gevonden in lijnzaad, soyabonen, canola
en plantolie. Naam van groep vetzuren afhankelijk van
positie van dubbele binding meest dichtbij de
terminale methyl groep. Omega-3 vetzuren verlagen
risico op cardiovasculaire ziekte door verlaging
bloedprop vorming, bloed triglyceride niveau en groei
van atherosclerotic plaque  arterial gezondheid
neemt toe en bloeddruk neemt af, net als risico op
dood en hartritmestoornis. EPA: voorloper van
synthese van prostacyclin, die klonteren van
bloedplaatjes remt en zo vorming van stolsels
verminderd. DHA: verlaagt triglycerideniveau.
Linolenic zuur is een essentiële vetzuur en moeten door eten binnenkrijgen. Verlaagt incidentie van
cardiovasculaire ziekte, werkt alleen of is voorloper van DHA en EPA. Essentieel voor synthese van
arachionic zuur, voorloper van veel prostagladins. Deze 2 vetzuren zijn omega-6 vetzuren doordat 1 e
dubbele binding in molecuul in 6 koolstofatomen van methyl einde van molecuul. Omega-3 vetzuren
zijn voorlopers van prostaglandins die ontstekingsremmend effect hebben, en omega-6 vetzuren zijn
voorlopers van prostaglandins dat ontstekingen toenemende effecten heeft.

Eicosanoïden: prostaglandins, leukotrienes en thromboxanes
Essentiële vetzuren zijn nodig voor specifieke biochemische functies en moeten via eten lichaam
binnenkomen. Linoleic zuur is nodig voor biosynthese van arachidonische zuren, voorloper van een
groep hormoonachtige moleculen bekend als eicosanoïden, hebben 20-koolstof vetzuren.
Eicosanoïden hebben 3 groepen van structurele gelijke samenstellingen:
1. Prostaglandinen.
2. Leukotrienes
3. Thromboxanes

Prostaglandinen: extreem krachtige biologische moleculen met hormoonachtige activiteit.
Onverzadigde carbonzuren die bestaan uit een skelet van 20 koolstofatomen dat een ring van 5
koolstofatomen bevat. Verschillende algemene klassen gegroepeerd door aanduidingen A, B, E en F.
Nomenclatuur gebaseerd op rangschikking van koolstofskelet van aantal en oriëntatie van dubbele
bindingen, hydroxylgroepen en ketongroepen.

,PGF2: PR, prostaglandine, F, hydroxylgroep gebonden aan koolstof-9 en 2, 2 dubbele koolstof-
koolstofbindingen. Prostaglandine gemaakt in meeste weefsel, en scheiden hun biologische effecten
uit on de cellen dat prostaglandinen produceren en andere cellen in directe omgeving.

Biologische processen gereguleerd door prostaglandinen, leukotrienen en tromboxanen:
 Bloedstolling.
 Tromboxanen A2 is geproduceerd door plaatjes in bloed en stimuleert constrictie van
bloedvaten en klontering van plaatjes.
 PGI2 is geproduceerd door cellen die bloedvaten bekleden en heeft
tegenovergestelde effect van tromboxaan A2. PGI2 bevat plaatjes ophoping en
veroorzaakt verwijding van bloedvaten en voorkomt vroegtijdig productie van
bloedstolling.
 De ontstekingsreactie. Prostaglandinen zijn geleerd om onderdelen van ontstekingsreactie
te bevorderen, vooral pijn en koorts. Aspirine blokkeren prostaglandine synthese en helpen
symptomen te verminderen.
 Reproductieve systeem. PGE2 stimuleert gladde spier samentrekking, zoals baarmoeder
samentrekking. Toename van hoeveelheid prostaglandinen voor bevalling. Pijnlijke
menstruatie wordt veroorzaakt door afwezigheid van 2 prostaglandinen. Ibuprofen bevat
prostaglandine synthese en zorgt voor vermindering symptomen.
 Maagdarmkanaal. Prostaglandinen bevat zowel remming uitgescheiden van zuur en
toename van afscheiding van beschermende slijmlaag in maag. Prostaglandinen helpt
bescherming bedekking van maag. Langdurig gebruik van aspirine maakt vorming van
maagzweren mogelijk door vorming van normale beschermende slijmlaag te remmen en
tegelijkertijd een verhoogde afscheiding van maagzuur.
 Nieren. Prostaglandinen zorgen ervoor dat nierbloedvaten vergroten. De grotere
bloedstroom door nier resulteert in verhoogde uitscheiding van water en elektrolyten.
 Luchtwegen. Eicosanoïden gemaakt door bepaalde witte bloedcellen, leukotriënen,
bevorderen de vernauwing van bronchiën  Astma. Andere prostaglandinen bevorderen de
bronchodilatatie.
Prostaglandinen stimuleren ontstekingsreactie en zijn als gevolg daarvan gedeeltelijk
verantwoordelijk voor stappen van gebeurtenissen die pijn veroorzaken. De 1 e 2 stappen van
prostaglandinesynthese, het vrijkomen van arachidonzuur uit het membraan en omzetting ervan in
PGH2 door enzym cyclooxygen, komen voor in alle weefsels die prostaglandinen kunne produceren.
De omzetting van PGH2 in de andere biologische actieve vormen is weefsel-specifiek en vereist de
benodigde enzymen. Aspirine werkt door remming cyclooxygenase, wat de 1 e stap in weg leidend
van arachidonic zuur naar PGH2 katalyseert. De acetyl groep van aspirine wordt covalent gebonden
aan enzym en deactiveert het. Aspirine remt synthese van alle prostaglandinen.

, 17.3 Glyceriden
Neutrale glyceriden
Glyceriden zijn lipide esters dat glycerol moleculen en vetzuren bevatten. Onderscheiden in: neutrale
glyceriden en fosfoglyceriden.

Neutrale glyceriden zijn niet-ionisch en niet-polair. Fosfoglyceride hebben een polaire gebied,
fosforylgroep, naast de niet-polaire vetzuurstaart.
Esterificatie van glycerol met vetzuur produceert een neutrale glyceride. Estherificatie komt voor op
1, 2 of alle 3 posities: monoglyceriden, diglyceriden, triglyceriden  mono-, di-, triacylglycerol.
Triglyceriden zijn belangrijkste neutrale glyceriden, die bestaan uit een glycerolruggengraat
verbonden met 3 vetzuur eenheden via esterbindingen. Omdat er geen ladingen zijn op deze
moleculen worden ze neutrale glyceriden genoemd  stapelen zich makkelijk op en vormen
meerderheid van lipiden die in vetcellen van lichaam worden opgeslagen.
 Functie van triglyceriden: is opslag van energie  meer energierijke voedingsstoffen
gemaakt dan nodig  overschot omgezet naar neutrale glyceriden en opgeslagen als
triglyceriden in vetcellen van vetweefsel.
 Energie nodig  triglyceriden wordt gemetaboliseerd  energie komt vrij.
Lichaamsbeweging versnelt stofwisseling van vetten en resulteert in gewichtsverlies.

Chemische reacties van vetzuren en glyceriden
Belangrijkste reacties van vetzuren:
 Verestering: reactie tussen carboxylgroep van vetzuur en hydroxylgroep van alcohol.
 Toevoeging aan dubbele binding: waterstof toegevoegd aan dubbele binding van
onverzadigd vetzuur.

Belangrijkste reacties van glyceriden:
 Zuur hydrolyse: verbreken van esterbinding van glyceride door toevoeging van
watermolecuul in aanwezigheid van sterk zuur.
 Verzeping: verbreken van esterbinding van glyceride door toevoeging van watermolecuul in
aanwezigheid van een sterke base.

Verestering
Vetzuur reageert met alcohol om ester en water te vormen.

Reactie bij dubbele binding (onverzadigde vetzuur)
Hydrogenering is voorbeeld van additiereactie. Gebruikt in voedingsindustrie om meervoudig
onverzadigde plantaardige oliën om te zetten in verzadigde vaste vetten.
Gedeeltelijke hydrogenering uitgevoerd om waterstof toe te voegen aan enkele, niet alle, dubbele
bindingen in meervoudig onverzadigde oliën  vloeibare plantaardige oliën omgezet in vaste vorm.
 Crisco, margarine.
Mate van hydrogenering wordt gecontroleerd zodat vaste vet smeerbaar. Als er te veel dubbele
bindingen zouden worden gehydrogeneerd, zou het resulterende product de ongewenste
consistentie van dierlijk vet hebben.

Zuur hydrolyse
Hydrolyse is omgekeerde van verestering, waarbij vetzuren uit esters worden geproduceerd. Bij zure
hydrolyse van een ester zijn de producten een carbonzuur (vetzuur) en een alcohol.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller deniseberends. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.93  5x  sold
  • (1)
  Add to cart