A detailed summary of the trade philosophy and pedagogy (many similarities with philosophy and psychology). Both pages of the book and the articles from the reader are summarized by lecture.
Hoorcollege Boek Reader
1 11-24 Simons
2 25-47 Plato: Socrates
Plato: Psyche
Socratisch gesprek
3 47-72 Aristoteles: Ethica
Aristoteles: Poëtica
4 75-91 Pico
96-99 Machiavelli
Erasmus
Bem
5 100-108 Kant
135-144 Pelckmans
6 117-131 Foucault
186-190 Taylor
262-265 De Dijn
7 206-213 Koster
242-258
8 156-186 Hilhorst
190-191 Phillips en Burbules
9 192-206 Van Saane
Van Haute
Boek: Wijsbegeerte: Antoon Braeckman, Bart Raymaekers, Gerd van Riel: 5de
druk, 2011
Reader: Filosofie voor studenten Pedagogiek. 17-01-2012
Hoorcollege 1
1
, Boek blz. 11-24
Inleiding
1. Vertrouwdheid en verwondering
In het dagelijkse omgaan met de dingen zijn de dingen ons vertrouwd. Soms
wordt de vertrouwde omgang met de wereld doorbroken. Hierdoor gaan we
vragen stellen over de dingen die ons eerst nog als vanzelfsprekend leken.
Naast het stellen van vragen kan het ook leiden tot verwondering: een
houding van reflectie. Deze verwondering is wezenlijk voor de filosofie. Ze
grijpt de doorbreking van het alledaagse aan om onszelf en onze vertrouwde
omgang met de wereld in twijfel te trekken en op zoek te gaan naar nieuwe
antwoorden.
2. Verwondering en contingentie
Verwondering ontstaat door wat feitelijk gegeven is te contrasteren met wat
mogelijk is. Het feitelijke dient zich aan als contingent: dat wat niet
noodzakelijk, maar toevallig is: wat ook anders had kunnen zijn.
3. Contingentie en orde
We moeten ons op een orde kunnen verlaten, we moeten op structuren
kunnen rekenen in ons omgaan met de wereld. Hierdoor kan de verwondering
alleen maar een moment/vertrekpunt zijn. De verwondering brengt een
reflectie op gang om de contingentie opnieuw te ordenen.
De verwondering bevindt zich tussen een gegeven ordening van waaruit
ze vertrekt en een nieuwe tot stand te brengen ordening waarop ze uitloopt.
Deze nieuwe ordening wordt na verloop van tijd vanzelfsprekend.
4. Denken als ordenen
Belangrijkste taak van het denken: het ordenen van wat in de ervaring (van
verwondering) als contingent gegeven is.
Het denken fungeert in belangrijke mate als een manier om de veelheid van
toevallige ervaringen en gebeurtenissen in het leven te beheersen en ze in
een geconstrueerde samenhang te denken (niveau van het individuele
bestaan).
In de poging om contingentie te beheersen, vervult het denken een dubbele
rol:
- Ontwerpen van een samenhang, zodat de dingen in de wereld op een
overzichtelijke wijze samengebracht kunnen worden.
2
, - Wanneer de interpretatiesamenhang vanzelfsprekend wordt, ontstaat er
ruimte voor de kant van het denken die het vanzelfsprekende opnieuw
als contingent doet verschijnen.
Het proces van ordenen is dus NOOIT voltooid.
5. Filosofische verwondering
Er wordt met de mogelijkheid gespeeld dat het feitelijke niet is wat het lijkt,
waardoor uiteindelijk alles voorwerp van verwondering wordt.
6. Denken en zijn
Kernprobleem filosofie: verhouding tussen ons denken en de werkelijkheid
(denken en zijn).
Filosofie vraagt zich af:
- Wat is het denken?
- Wat is de werkelijkheid?
- Hoe verhouden denken en werkelijkheid zich?
Epistemologie: vraag naar ware kennis.
Metafysica: vraag naar de werkelijkheid.
De focus op denken en zijn geeft dus de verbinding tussen de
epistemologie en de metafysica aan.
7. Historische evoluties
Oudheid en middeleeuwen:
- Ware werkelijkheid in stabiele, universele en kenbare principes zoeken.
- De realiteit is onderworpen aan wording en verandering en beantwoordt
dus niet aan het begrip van de ware werkelijkheid.
- Zoektocht naar de goddelijke wereld van de waarheid. De taak van het
denken bestaat er dan dus ook uit om de goddelijke, ideële wereld te
kennen.
- Realisme: er bestaat een werkelijkheid die in zichzelf geordend is en
gelooft dat het denken bij machte is om die samenhang te achterhalen:
er is een geordende werkelijkheid en het denken kan die ordening
achterhalen.
Het moderne denken: de wending naar het subject
- De waarheid bevindt zich niet buiten de mens (ideeënwereld/God), maar
binnen de mens.
- Menselijk ken- en denkvermogen is de oorsprong en het fundament van
de kennis.
- Het subject neemt een standpunt in buiten de werkelijkheid (zoals een
engel op een wolk).
Hedendaagse tijd: decentrering van het subject.
3
, - Het subject is niet zo autonoom als in de moderne tijd gedacht werd.
Het is namelijk onderhevig aan factoren die het zelf niet beheerst. Het
denken kan daarom niet losstaan van de werkelijkheid waarop het zich
betrekt.
Reader: Maarten Simons: Meesterschap
Leerkracht als deskundige: drie dimensies:
- Iemand die kennis heeft verworven over de wereld.
- Beschikt over vakdidactische en algemeen didactische en pedagogische
kennis om de leerling te ondersteunen in het verwerven van inhouden.
- Gaat ervan uit dat hij zichzelf kan kennen en dat die zelfkennis
noodzakelijk is om zijn deskundigheid te bewaken.
Bij de deskundige leerkracht staat alles dus in het teken van kennis. Het gaat
om het correcte handelen. Het gezag van de deskundige leerkracht is
gebaseerd op kennis van zaken: hij distantieert zich van mensen die niet over
de deskundigheid beschikken.
De deskundige leerkracht is iemand die met kennis van zaken de leerlingen
betrekt in waardencommunicatie en waardenverheldering. Hij is zich bewust
van zijn eigen waarden en normen.
Leerkracht als meester: niet kennis, maar zorg staat centraal. De wereld of
dingen in de wereld worden opgevat als datgene wat om zorg vraagt. Liefde
voor het vak.
Respect, overgave en passie: de meester is een vakidioot.
Reflectiviteit: denkoefeningen waarin het denken zelf tot object van denken
wordt gemaakt. 3 vormen van:
- Herinnering. Verleden gezien als drager van de waarheid en dit verleden
dient in de herinnering tegenwoordig gesteld te worden. De waarheid is
in iedereen aanwezig, maar moet in een herinnering aanwezig gesteld
worden (Plato).
- Methode. Het zoeken van een vastliggend criterium op basis waarvan
waarheid georganiseerd wordt als een geheel van objectieve kennis
(Descartes).
- Meditatie. Oefening waarin men nagaat of wat men denkt en wat men
doet in overeenstemming zijn en waarin met poogt zichzelf zodanig te
transformeren dat die overeenstemming er is.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Kirsten1992. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.33. You're not tied to anything after your purchase.