100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Politieke En Institutionele Geschiedenis Van België En De Nederlanden $12.76   Add to cart

Summary

Samenvatting Politieke En Institutionele Geschiedenis Van België En De Nederlanden

 116 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van 131 pagina's voor het vak Politieke En Institutionele Geschiedenis Van België En De Nederlanden aan de UA (Volledig document.)

Preview 4 out of 131  pages

  • April 19, 2021
  • 131
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Politieke en institutionele geschiedenis van de
Nederlanden
BOEK LEZEN + ACTUA!
DEEL 1: Het Ancien Regime (ca 1000-17950

Hoofdstuk 1: territoriale vorstendommen (11de tot 14de eeuw)

1.1 Territoriale evolutie

2. De volksverhuizingen
- Nomaden: Germaanse stammen die zich gaan vestigen
- Franken, …
- Vermenging zich met de bevolking
- De kerk in Europa kende het schrift, door invloed van kerk willen ze het recht
toeleggen aan de Germanen
-
3. De groei van het Merovingische Rijk
- Salische franken: ong. België
- Kerngebied dat basis legt van Karolingische dynastieën
- Clovis: krijgsheer  dynastie van de Merovingers
- Merovingische dynastie: Germanen
- Bereiken hun hoogtepunt rond 500
- Vorst veroverd die gebieden en controleert die
- Staatsgreep  dus van de merovingers naar de karolingers

4. Verdeling van het Karolingisch rijk

- Rijk van Karel de Grote moet worden herverdeeld
- Karolingers hun erfenis wordt verdeeld tussen de zonen
- Koninkrijk verdeeld tussen meerdere zonen rijk valt uiteen
- 3delen: westelijk, oostelijk deel en middenstrook
- Middenstrook wordt opgevreten door west en oost
- België zit op breuklijn: daarom dat er veel oorlogen hebben plaatsgevonden in België
tussen de grootmachten
- Conflict Duitse en Franse deel omdat ze het bezit rond de schelde willen
bemachtigen, want dat was zeer interessant voor handel
- Ze wilde beide het geopolitieke overwicht behalen



5. De zuidelijke Nederlanden
- Middeleeuwen
- Graafschap Vlaanderen: regio in Europa dat als eerste ontwikkeld is
- In Italië ontstaan stadsstaten
- In België ontstaan sterke steden zoals Brugge

, - 1100: kaart bovenaan is het graafschap Vlaanderen, ten oosten zijn er graafschappen
die erbij horen maar ook op zichzelf staan
- Lokale heren die een gebied in leen hebben, die mogen dat bezitten van de graaf
- Ze zijn geen soeverein dus hebben geen hoogste gezag  de graaf van Vlaanderen is
leenheer en die heeft onder hen leenmannen

- 1300: kaart onderaan: Vlaanderen is 1 gebied geworden  leenmannen worden
minder belangrijk
- Hertogdom Brabant, prinsbisdom luik en namen vormen zich
- De Nederlanden bestaan uit een aantal vorstendommen
- Er is een staatsvorming en eenmaking van het versnipperd land van voordien

1.2 De basis van de staatsmacht: de feodaliteit
1.2.1 Wat voorafging: de Karolingische feodaliteit (1ste feodaliteit)

KAROLINGISCHE PERIODE:
- KDG deelde zijn rijk in gouwen
- Karel De Grote was eerst koning, later keizer
- KDG benoemde een graaf
GRAAF:
- De graaf is afzetbaar en heeft de volledige bevoegdheid van KDG = alle macht dat de
vorst over het hele rijk heeft, die macht heeft die graaf over zijn gebied
- Taak: vertegenwoordigen op een lokaal niveau het vorstelijke gezag
- Omringd door vazallen en schepen (rechtspraak)

KAREL DE VROME:
- Bewind na KDG
- Zoon van KDG
- De functie van graaf werd erfelijk  verzwakking greep keizer op zijn graven


INVLOED KAROLINGERS:
- Actie ondernomen tegen de verzwakking: ambtenaren verbinden aan de graven
- Uitvinding van de feodale verhoudingen

FEODALITEIT:
- Gezagsverhouding met leenheer en leenman
- Hiërarchische verhouding met wederzijdse rechten en plichten
- Dit werd bezegeld door een eedaflegging; feodale verhouding werden geformaliseerd
 gebaren te stellen (knielen)
- Leenman zweerde gehoorzaamheid, maar was niet overgeleverd aan diens willekeur
 weerstandsrecht: een leenman had het recht om de band met een
onrechtvaardige leenheer te verbreken


LEENMAN:

,Negatief aspect:
- Hulp verschuldigd aan leenheer
1. Militaire dienst
2. Adviseren
3. Diensten ondergaan

Positief aspect:
- Ze ontvingen gunsten van de heer
1. Bijhorende inkomsten
2. Een grond in leen  graven hun graafschap ook in leen kwam


ONTSTAAN FEODALE PIRAMIDE
= je bouwt een piramide uit door het gezag steeds te verdelen

1. Keizer Karel De Grote
Grond geven in leen

2. Graven van de gebieden

Grond geven in leen
3. Leenmannen

Grond geven in leen

4. Leenmannen deden verder aan het achterlenen







 OVERAL TER WERELD IS ER EVOLUTIE DOOR LACHTSSTRUCTUREN GEBASEERD OP
GRONDBEZIT DAT HIERARCISH VERDEELD IS

STERKTES EN ZWAKTES VAN DIT FEODAAL SYSTEEM:
Sterkte:
- Persoonlijke afhankelijkheidsverhoudingen  succes
Zwakte:
- Door constant je macht te verdelen en af te staan, ben je niet in staat om contact te
hebben met je leenman  moeilijk bestuurbaar
- De feodaliteit is verbonden met een erfelijk systeem GROTE ZWAKTE



GROTE ZWAKTE  VOLLEDIGE AUTONOMIE VAN DE VAZAL

, Oorzaak:
1. Graven hadden in hun gebied een volledige bestuurlijke bevoegdheid gekregen
2. Graven kregen door de feodaliteit een rechtstreeks gebruiksrecht over gronden
3. Graafschap neigde naar erfelijkheid



Volledige autonomie van de vazal

Gevolg:
- Zwakte van de koninklijke macht deinde verder uit naar de graven en naar lagere
niveaus  DESINTEGRERENDE FACTOR IN KAROLINGISCHE RIJK


Ontstonden lokale heerlijkheden

- Gronden die de leenheer bezat
- Hij bezat heerlijke rechten, handhaafde de orde, inde belastingen
- De leenheer haf rechten waaraan de inwoners op zijn heerlijkheid aan werden
onderworpen
- Hij had recht tot het bezitten van slaven die waren onroerend goed en onvrij
slavenrecht is een deel van de Germaanse rechtscultuur
- De slaaf is roerend bezit: romeinse recht
- De slaaf is verbonden aan de grond: Germaans recht
- Andere mensen: vrije personen die soms karweien moesten doen
- Slaven worden mee verkocht met de grond, mogen niet trouwen enz.…  zorgt voor
de vlucht van de slaven naar de stad
- Migratie van het platteland naar de steden
- Slaven hadden wel zekerheid van hun inkomen en woonplaats
- 1900: wegen niet volledig, verliest grip op zijn systeem
- Europa wordt weer een lappendeken

- En voegen later alles terug bij elkaar
- Lokale heren breiden gebieden uit  bouwen piramide terug op

1.2.2 de heropleving van de feodaliteit in de Nederlanden na 1000 (2de
feodaliteit)
1 STE FEODALITEIT:
- Feodaliteit vanuit boven gegroeid
- Band tussen leenheer en leenman
- Ineenstorting Karolingische rijk door het erfelijk karakter

10 DE EEUW: nieuwe beweging
- Territoria werden samengevoegd en onderworpen aan een nieuwe heerser
- Staatsopbouw begon dus opnieuw maar van onderuit
- Leenheer werd leenman en zo naarboven toe
- Er kwam gebiedsuitbreiding doordat heren werden onderworpen/ ondergeschikt

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zoestaes. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $12.76. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

81311 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$12.76  1x  sold
  • (0)
  Add to cart