Hoofdstuk 10 – politieke strijd en emancipatie
10.1 Conservatisme en politiek liberalisme
Restauratie: Herstel van de maatschappelijke en politieke verhoudingen van vóór de
Franse revolutie, Periode 1814-1830
Burke en Napoleon
Franse revolutie had Europa diep geschokt. Herinneren dat Ierse politicus Burke in zijn
reflecties on the revolutie in France. Hij voorspelde dat in het revolutionaire Frankrijk de
macht op straat zou komen liggen en op korte termijn een andere populaire generaal de
macht zou grijpen.
Omgaan met erfenis van Napoleon
Bijna overal waren de traditionele vorsten vervangen door nieuwe staatshoofden (veelal
familieleden van Napoleon zelf). Er waren nieuwe grenzen getrokken, nieuwe wetten
uitgevaardigd en nieuwe bestuursfuncties ingevoerd. Nu Napoleon was verslagen, vonden
de oude koningen, keizers en prinsen dat alles zoveel mogelijk moest worden
teruggedraaid (gerestaureerd). Ook probeerden zij nieuwe revoluties te voorkomen
Conservatisme en politiek liberalisme
Veranderingen revolutionaire en Napoleontische periode terugdraaien. Nieuwe revoluties
voorkomen. Herstel ancien régime.
• Congres van Wenen (1814-1815)
Door Napoleon verdreven vorsten in oude rechten hersteld
Machtsevenwicht bufferstaten
Simpel herstel ancien régime niet mogelijk. Door Conservatieven en liberalen tegenover
elkaar. Conservatisme = behoudende politieke stroming, gericht tegen maatschappelijke
vernieuwingen Franse Revolutie, liberalisme en socialisme. Conservatieven steunden
Restauratie ancien régime beste garantie voor stabiliteit en veiligheid. (Politiek)
liberalisme = politieke stroming die het opneemt voor de vrijheid van het individu
tegenover de macht van de staat. Liberalen geloofden in idealen Franse Revolutie.
Tegenstanders standensamenleving. Voor politieke invloed (rijke) burgers. Fundamentele
rechten (o.a. vrijheid van meningsuiting, drukpers en vergadering) door grondwet
gegarandeerd.
Nieuwe revoluties
Verschillende liberale revoluties:
1830: Belgische Revolutie en de Julirevolutie (FR)
1848: Februarivolutie (FR)
Ook in Midden-Europa concessies staatshoofden aan liberalen. Vorsten en adel verloren
langzaam macht aan gegoede burgerij. Besluiten genomen door meerderheid in
volksvertegenwoordiging. Gevaar: meerderheid kon wensen/rechten minderheid
onderdrukken
Koninkrijk der Nederlanden
• 1795: Republiek Bataafse Republiek
• 1806: Bataafse Republiek Koninkrijk Holland
• 1810: Koninkrijk Holland onderdeel Franse keizerrijk
Veel Nederlandse hadden in 1813 genoeg van Franse revolutionaire idealen. Na verslaan
Napoleon genoeg van Fransen + revolutionaire ideeën. Wens: Oranje aan de macht. 1814:
Willem Frederik van Oranje-Nassau (zoon Willem V) ingehuldigd als ‘soeverein vorst’ Vanaf
1815: Koning Willem I van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (inclusief Oostenrijkse
Nederlanden, latere België), Afgetreden in 1840
Bestuurlijke inrichting Koninkrijk der Nederlanden
Koninkrijk bleef een centraal bestuurde eenheidsstaat, net als Bataafse Republiek. In
plaats van een republikeins bestuur koos men nu voor een constitutionele monarchie. Dat
wil zeggen dat de koning het staatshoofd werd, maar dat hij gebonden was aan een
grondwet (constitutie). Vorst gebonden aan grondwet. Grondwet garandeerde enkele
, vrijheden (o.a. vrijheid van drukpers). Koning en ministers gecontroleerd door parlement
(deels gekozen, indirect door deel van de bevolking). Bestuur in praktijk weinig
democratisch.
Koning veel macht:
o Benoemde zelf ministers
o Kon parlement ontbinden
o Kon ‘Koninklijke Besluiten’ nemen zonder parlement (status van wet)
o Tweede Kamer indirect gekozen via censuskiesrecht
Leden Eerste Kamer benoemd door koning
Belgische opstand
Burgers in zuidelijke deel Koninkrijk voelden zich achtergesteld.
Nederlandse taal voorgetrokken
Bemoeienis koning met katholieke geloof
Te weinig vertegenwoordiging in bestuur
1830: Belgen in opstand
Willem I probeert opstand militair te onderdrukken. Strijd opgegeven onder Franse druk.
Pas in 1839 onafhankelijkheid België erkend.
Hervormingen
In 1848 brak in Nederland geen revolutie uit, maar koning, Willem II was daar wel bang
voor. Staatscommissie o.l.v. liberaal Thorbecke kwam met grondwetsherziening:
o Invoering ministeriële verantwoordelijkheid
o Tweede Kamer rechtstreeks gekozen + meer rechten (o.a. amendement +
onderzoek)
o Vrijheid van onderwijs, vereniging en vergadering, meningsuiting, drukpers
o Geen invloed koning op Kerk
Moeilijke begrippen
Ministeriële verantwoordelijkheid - Staatkundige afspraak dat de ministers slechts aan
het parlement verantwoording verschuldigd zijn voor hun eigen politieke handelen en dat
van de koning.
Constitutionele monarchie - Staatsvorm met aan het hoofd een vorst die zijn of haar
functie uitoefent op basis van erfrecht, en waarin die macht wordt beperkt door een
grondwet
Paragraaf 10.2 – emancipatie
Emancipatiebeweging - Beweging die streeft naar de juridische en sociale
gelijkberechtiging van achtergestelde groepen als slaven, vrouwen, arbeiders en religieuze
minderheden.
Emancipatiebewegingen
Sojourner truth leefde naar een rechtvaardige samenleving voor alle burgers, toch telde
een vrouw en slavin vrijwel niet mee. In 19e eeuw meer invloed burgers op landbestuur.
Kleine groepen welgestelde mannelijke burgers hadden invloed op het bestuur. Merendeel
van het volk is achtergesteld op politiek, economisch en sociaal gebied. Deze ongelijkheid
werd ervaren als onrecht sinds democratische revoluties. Daardoor Ontstaan structureel
verzet tegen allerlei vormen ongelijkheid emancipatiebewegingen
Slaven
Abolitionisme vanaf eind 18eeuw. Waren protesten vanuit Europa en acties op opstanden
slaven. Kort na 1800 was er afschaffing slavenhandel Europese landen -> Engeland 1807 en
Nederland in 1814 en in 1833 maakte Britten einde aan slavernij in Koloniën. In Amerika
leidde tot burgeroorlog.
Vrouwen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LilaJansen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.33. You're not tied to anything after your purchase.