- Tijd, gewicht, lengte en volume.
- Een mol is een aanduiding van een getal en staat voor een vaste hoeveelheid van een
chemische stof. Het aantal deeltjes in een mol is gelijk aan 6,022 keer 10 tot de macht 23.
Een mmol is een duizendste van de scheikundige meeteenheid mol.
- Eenheden kan je verdelen in een tiende deel / deci, een honderste deel / centi en een
duizendste deel / milli. Ook de milli wordt soms nog door duizend gedeeld. Dan heet het
micro of μ / mu.
- Een Ie is een internationaal afgesproken hoeveelheid van een stof.
- Een concentratie is een aanduiding van de hoeveelheid stof die in een meeteenheid zit.
Aanduidingen zijn mg / tablet of Ie / ml.
Als je een dosis van een medicijn wilt toedienen moet je weten hoeveel van het medicijn je moet
geven en wat de concentratie daarvan is in de medicijnvorm die je moet toedienen. Er is een vaste
formule om een toe te dienen dosis uit te rekenen =
Voorschrift in mg : concentratie in mg per volume eenheid = De te geven dosis per volume eenheid.
Het gebeurd dat een zorgvrager een hoeveelheid mg in een vloeistof krijgt voorgeschreven, maar dat
op het etiket van de medicijnvloeistof alleen het percentage van de werkzame stof staat aangegeven.
Er staat bijvoorbeeld 5 % glucose. Je weet dat dan 5 % van de vloeistof glucose is. om uit te kunnen
rekenen hoeveel van de vloeistof je moet toedienen, moet je het percentage omrekenen naar mg /
ml. Er is hiervoor een formule =
1 % = 10 mg / ml.
Nu kun je het percentage omrekenen naar een eenheid waarmee je de vorige formule kan
toepassen, want dan weet je hoeveel mg er in 1 ml zit. Je zou kunnen zeggen dat je het % teken kan
vervangen door x 10 mg / ml. De berekening is dan =
5 % = 5 x 10 mg / ml = 50 mg / ml.
Sommige medicijnen moeten zo nauwkeurig gedoseerd worden, dat het voorschrift niet een
standaard dosering is, maar gegeven wordt naar het lichaamsgewicht. De berekening die je maakt =
Gewicht zorgvrager x aantal mg / kg lichaamsgewicht = aantal mg dat toegediend mag worden.
Een enkele keer komt het voor dat je een vloeistof moet verdunnen voor het gebruikt mag worden.
Bij het maken van een oplossing moet je altijd uitgaan van de verhoudingen tussen verschillende
stoffen. Ook nu wordt met procenten gewerkt, maar hier betekent het woord per 100. Dus 1 %
betekent 1 per 100 of 25 % betekent 25 per 100.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hollmerel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.56. You're not tied to anything after your purchase.