100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting heden, verleden en toekomst $4.88   Add to cart

Summary

Samenvatting heden, verleden en toekomst

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Samenvatting van praktische economie, boekje Heden, verleden en toekomst.

Preview 2 out of 5  pages

  • Yes
  • April 19, 2021
  • 5
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Heden, verleden en toekomst


Hoofdstuk 1: De prijs van tijd
Paragraaf 1
Tijd is van waarde en heeft daarom een prijs: de rente. De rente die banken rekenen, is voor
iedereen gelijk; het is de algemene prijs van tijd. De rente komt tot stand op de
vermogensmarkt: de markt waar vraag en aanbod van financieel kapitaal bij elkaar komen.
Paragraaf 2
Rente maakt ruilen over de tijd mogelijk. Sparen levert rente op: in ruil voor de tijd dat de
consument zijn geld op de bank zet, betaalt de bank hem rente. Intertemporele substitutie is
het verschuiven van consumptie door de tijd. De individuele prijs van tijd is het ongemak dat
een consument ondervindt als hij consumptie uitstelt. Als de rente hoger is dan de
individuele prijs van tijd, zal de consument sparen. Om consumptie te vervroegen moet een
consument lenen.
Paragraaf 3
Door inflatie daalt de koopkracht van geld.
Ontstaan van inflatie:
- ECB verlaagt de rente
- Banken halen geld van hun spaarrekening
- Zoeken meer mensen om geld aan uit te lenen tegen lagere rente
- Meer geld in omloop, zelfde aanbod, prijzen stijgen
Door monetair beleid kunnen banken de economie beïnvloeden. Kredietkanaal is het
stimuleren van de economische activiteit.
Een indexcijfer is een getal waarmee je een procentuele verandering ten opzichte van het
basisjaar kunt aflezen. Het prijsindexcijfer van het basisjaar is 100.
Prijsindexcijfer vergelijkingsjaar = (prijs van het product in het vergelijkingsjaar : prijs van het
product in het basisjaar) x 100%
Berekening inflatie:
1. Bepaling van het goederenmandje
2. Bepaling van de wegingsfactoren
3. Omzetting van prijzen in indexcijfers
4. Berekening van de consumentenprijsindex
5. Berekening van de verandering in de CPI
Het goederenmandje wordt samengesteld uit de producten en diensten waar een gemiddeld
gezin zijn geld aan uitgeeft. Niet elk product in het goederenmandje is even belangrijk,

, daarom wordt er rekening gehouden met de wegingsfactoren (ook wel bestedingsaandelen).
Dit is de uitgave aan een bepaald product als percentage van de totale uitgaven.
Indexcijfers van een bepaald product heten partiële prijsindexcijfers. De
consumentenprijsindex is de hoogte van het algemene prijspeil, uitgedrukt in een
indexcijfer.
CPI= w1 + p1 + w2 + p2 + w3 + p3 ….
Alle wegingsfactoren tellen hierbij op tot 100%. De CPI van het basisjaar is altijd 100.
Het algemene prijspeil laat de verandering tussen twee jaren zien (inflatie/deflatie).
Deflatie is het dalen van het algemene prijspeil door de tijd. Dit ontstaat als consumenten en
producenten minder geld uitgeven. (vraag neemt af -> prijzen dalen)


Paragraaf 4
Het rendement is de investeringsopbrengst in procenten van het geïnvesteerde bedrag.
Rendement = (investeringsopbrengst : investering) x 100%
De rente die de bank uitkeert op spaargeld, is het nominale rendement. Hierbij wordt geen
rekening gehouden met inflatie. Bij het reële rendement wordt wel rekening gehouden met
de inflatie, daardoor komt het overeen met de verandering van de koopkracht van het
spaargeld.
Indexcijfer reële spaarwaarde = (indexcijfer nominale spaarwaarde : CPI) x 100%

Hoofdstuk 2: Gezinnen in de tijd

Als je met pensioen bent hoef je niet meer te werken en is het volgen van onderwijs niet
verplicht. Leerplicht zorgt ervoor dat kinderen naar school gaan. Dit zorgt voor minder
(geen) kinderarbeid. Door naar school te gaan wordt je arbeidsproductiviteit verhoogd.
Levenslang leren is de doorlopen scholing gedurende het arbeidzame leven. De
productiefactor arbeid wordt aangeduid als menselijk kapitaal. Door hierin te investeren kan
de productie toenemen zonder meer arbeid in te zetten; de verdiencapaciteit van arbeid
stijgt.

Paragraaf 2

Door scholing wordt de waarde van arbeid hoger bij een ruil, daardoor wordt het
looninkomen hoger. Je opleiding is ook van grote invloed op het startsalaris.

Paragraaf 3

Het consumptieniveau blijft gedurende een mensenleven ongeveer gelijk; het permanente
consumptieniveau. Dit is alleen in theorie zo. De economische levensloop is de ontwikkeling

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Igna. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.88
  • (0)
  Add to cart