100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Vwo Economie Domein D: Markt $3.44   Add to cart

Summary

Samenvatting Vwo Economie Domein D: Markt

 26 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Een uitgebreide samenvatting die ingaat op Domein D van het vak Economie. Dit domein komt overeen met de boekjes Vraag en Aanbod, Markt en Overheid van het boek Praktische Economie.

Preview 3 out of 25  pages

  • Yes
  • April 19, 2021
  • 25
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 6
avatar-seller
Domein Overeenkomstig met boekje(s)
D Markt Vraag en aanbod, Markt en overheid
Doel: Je kan in contexten analyseren dat keuzes en ruil die plaatsvinden worden
gecoördineerd via de markt. Prijsvorming is het coördinatiemechanisme waarmee
vraag en aanbod op elkaar worden afgestemd. De manier waarop
prijsvorming plaatsvindt, is afhankelijk van de marktstructuur (marktvormen) en
heeft gevolgen voor toetreding, welvaart en economische politiek.


D1: Vraag en aanbod

De vraag

Er zijn diverse factoren die invloed hebben op de vraag naar vliegreizen:

 De prijs. Dalende prijzen leiden tot een groeiende vraag.
 De stand van de economie. Als een economie stijgt, stijgt de vraag.
 Het inkomen. Stijgende inkomens geven een stijgende vraag.
 De globalisering. Groeiende verbindingen tussen landen zorgen voor een
stijgende vraag.
 De bevolkingsomvang. Hoe groter de bevolking, hoe meer vraag er is.
 De prijzen van andere vervoermiddelen. Duurder wordende trein- en
autoreizen zorgen voor een stijgende vraag naar vliegreizen (substitutie).
 De prijzen van aanvullende goederen. Als de prijs van lang parkeren op
Schiphol sterk stijgt, zal de vraag naar vliegreizen vanaf Schiphol dalen
(complementair).

Uiteraard gelden deze factoren niet alleen voor de vraag naar vliegreizen, maar
gelden ze voor de vraag naar de meeste goederen en diensten.

Substitutiegoederen

We spreken van substitutiegoederen als het ene product het andere product kan
vervangen. Het zijn vervangende of alternatieve goederen die in dezelfde behoefte
voorzien. Voorbeelden zijn: aardappelen & rijst, fiets & scooter, koffie & thee.

Complementaire goederen

We spreken van complementaire goederen als die goederen elkaar aanvullen. Het
ene goed kan niet of nauwelijks zonder het andere. Een Blueray-speler & een
blueray-disc, shag & vloeitjes, een scooter & benzine, inkjetprinter & cartridges.

Het consumentensurplus

Iedere consument is bereid een andere prijs te betalen voor een product. Het
maximale bedrag dat iemand wil betalen is zijn betalingsbereidheid. Als een product
minder kost dan dat de consument bereid was te betalen, heeft de consument
voordeel. Het consumentensurplus is het verschil tussen de betalingsbereidheid van
een consument en de werkelijk te betalen prijs. Het consumentensurplus is het
welvaartsvoordeel van de consumenten.

,De vraagfunctie

Het verband tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid kan worden weergegeven
met een vergelijking, de vraagfunctie. Normaal is het zo dat als de prijs P van een
goed stijgt, de gevraagde hoeveelheid Qv daalt en andersom. Dit verband is een
negatief verband want de verandering van de vraag Qv is tegengesteld aan de
verandering van de prijs P. P↑ = Qv↓ en P↓= Qv↑.

Bij een bepaalde prijs zullen alle vragers die een hogere betalingsbereidheid hebben,
het product kopen. Hun gezamenlijke voordeel is het totale consumentensurplus. De
vragers die een lagere betalingsbereidheid hebben, kopen het product niet.

De vraagfunctie is een lineaire functie – een rechte lijn – en heeft de volgende vorm:
Qv = −XP + Y

 Qv is de gevraagde hoeveelheid
 P is de prijs
 −X is een getal of breuk
 Y is een getal

Het minteken geeft het negatieve verband weer, dus een hogere P geeft een lagere
Qv. De −X is de richtingscoëfficiënt: deze −X geeft aan in welke mate Qv verandert
als P met 1 verandert. Is −X gelijk aan −3, dan verandert de Qv met −3 bij een
stijging van P = 1.

Omdat de richtingscoëfficiënt negatief is, is de vraaglijn altijd een dalende lijn!

Voorbeeld vraaglijn en consumentensurplus
De vraag naar kroketten in een snackbar kan weergegeven worden met de volgende
vraagfunctie:
Qv = −3P + 18, waarbij Qv de gevraagde hoeveelheid in stuks is en P de prijs in € is.
Deze vraagfunctie moet in een grafiek worden getekend. Deze grafiek bestaat uit
een as waarop de P staat (verticaal) en een as waarop de Qv staat (horizontaal).
Tekenen van de vraaglijn in een grafiek
 Eerst bepaal je de uiterste punten, dus waar raakt de vraaglijn de P-as en
waar raakt hij de Q-as.
 Raken van de P-as. Je moet een P berekenen waarbij er geen kroketten
gevraagd worden, dus wanneer de Qv = 0. De vraagfunctie wordt dan: 0 =
−3P + 18 → 3P = 18 → P = 18 ÷ 3 = 6. Dus bij een P van € 6 worden er geen
kroketten gevraagd.
 Raken van de Q-as. Je moet een Qv berekenen wanneer er niets gevraagd
wordt voor een kroket, dus wanneer de P = 0. De vraagfunctie wordt dan Qv =
−3×0 + 18 → Qv = 0 + 18 = 18. Dus bij een P van € 0 worden er 18 kroketten
gevraagd. Dit komt overeen met de “18” uit de vergelijking.
 Omdat de vraagfunctie lineair is – een rechte lijn dus – zijn deze 2 punten
voldoende om de vraaglijn te tekenen.

, Het consumentensurplus
Stap 1: het berekenen van de gevraagde hoeveelheid Qv bij de verkoopprijs
De snackbareigenaar vraag voor een kroket € 2,00. De P is dus 2. Als je deze prijs
invult in de vraagfunctie kun je daarmee de Qv uitrekenen.
Qv = −3P + 18 → Qv = −3 x 2 + 18 → Qv = −6 + 18 = 12
Stap 2: het tekenen van het consumentensurplus bij de verkoopprijs in de
grafiek
Het consumentensurplus is het totale voordeel van alle consumenten die bereid
waren een hogere prijs te betalen dan nodig is; hieronder weergegeven door de
grijze driehoek.




Het consumentensurplus kan ook berekend worden. Dat doe je met de formule voor
het berekenen van een driehoek: (basis x hoogte) ÷ 2. De basis loopt van 0 tot 12 =
12, de hoogte loopt van € 2 tot € 6 = € 4. Het totale consumentensurplus is dus: (12 x
€ 4) ÷ 2 = € 48 ÷ 2 = € 24.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller feisalsgtedu. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72841 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.44
  • (0)
  Add to cart