100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting hoorcolleges geschiedenis van het recht $6.64
Add to cart

Summary

samenvatting hoorcolleges geschiedenis van het recht

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting hoorcolleges geschiedenis van het recht

Preview 4 out of 34  pages

  • April 19, 2021
  • 34
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
GESCHIEDENIS
HOORCOLLEGE 1: HET ROMEINS RECHT IN DE OUDHEID
STICHTING ROME
 Legende (Romulus (753 v.C.) en Remus): 1614-1616
 Archeologie (meer vertrouwbaar)
 7e eeuw: Etrusken = ideaal om handel mee te drijven

HET ROMEINSE KONINKRIJK (PRINCIPAAT – DOMINAAT)
 Kleinschalig (1000-5000 mensen)
 Latijnen en Sabijnen: autochtonen
 Leven in clans (gentes: geslachten) – gentes onder leiding van clanleider
 Gelijkheid evolueert naar standenmaatschappij omdat collectieve eigendom afneemt  Sociaal
plebejers en patriciërs
KONING
* verkozen door comitia curiata
* erfelijk vanaf Etruskische Tarquinii
* onbeperkte macht & opperrechter
* leges regiae (koninklijke wetten) Bestuur
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
SENAAT COMITIA CURIATA PRIESTERS
* adviesorgaan (senatusconsulta) * verdwijnt met Tarquinii * rechtspraak
* clanleiders & senex * = volksvergadering * onderzoeksrechters

(oude wijze mannen) * koning
 MOS MAIORUM = ROMEINSE RECHT = ZEGEN EN GEWOONTEN
o Zou iedereen moeten kennen (gewoonterecht)
o Is meestal enkel gekend door priesters
o Fas: publiekrecht (goden en burgers/Romeinen)
o Ius (civile): privaatrecht (burgers/Romeinen onderling)
 enkel voor inwoners van Rome (personaliteitsbeginsel)
Recht
 Rechtsbronnen (officiële bronnen van het recht) officieel erkend (≠ kenbronnen (bronnen om
het recht te kennen))
 Nog geen sprake van echte wetten (leges regiae)
 Imperium = macht (politieke of juridische macht)

Einde van het koninkrijk: allemaal de schuld van Lucius Tarquinius Collatinus want die verkrachtte
Lucretia (509 v.C) omdat hij dacht dat hij als Koning overal mee kon wegkomen. Omwille van dit Sociaal
voorval pleegde Lucretia zelfmoord. Haar man en Lucius Tarquinius Brutus zetten Tarquinius af en
worden zo de 1e consules van de Romeinse Republiek.

DE RES PUBLICA (REPUBLIEK)
Enkel Rome anno 506

 Koning  2 consuls
o Nog steeds onbeperkte macht behalve religieuze macht (Port max)

, o Verkozen door Comitia centuriata
Bestuur
 Senaat
o Wordt belangrijker en meer bepalend
o Permanent  goed werkbaar
o Bij crisis  dictatuur (1 consul heerst) (Sulla: 82-79 v.C. en Julius Caesar: 46-44 v.C.)
o Patriciërs <-> plebejers
o Gewezen magistraten
o Sociale implicaties: senaatsstand (inclusief nobiles) en plebejers (inclusief equites)
 Comitia centuriata = belangrijkste
o Verkiezen consuls & magistraten
o 193 (98 bezitsklassen en 95 bezitslozen)
o Volledig in handen van plebejers
 Comitia Tributa
o Vaardigen wetten uit  wel leges regiae
o Secessie 494: plebejers vertrekken uit de stad en patriciërs realiseren zich dat ze niet
leges
zonder hen kunnen.
 verkennen van concilium plebis
 2 volkstribunen opgesteld – vetorecht over beslissingen die slecht zijn voor
plebejers  het ene kan vetorecht inroepen tegen het vetorecht van de andere 
goed over nadenken
 Priesters
Bestuur
o Pont. Max.: Pontifese Maximus (opperpriester): exclusief bevoegd voor religieuze
zaken
 Praetor
o Opperrechter binnen de stad  imperium: rechtspraak
o Collega minor
o 337 v.C.: plebiscieten ook voor patriciërs, lex hortentia  gelijkheid is een feit!
 Cursus Honorum (ideale loopbaan)
o Quaestor (5)
 Schatkist en financiën
o Aediel (4)
 Onderhoud gebouwen en openbare feesten zoals spelen
o Praetor (3)
 Peregrinus: geschillen met betrekking tot vreemdelingen
 Urbanus: rechtspraak met betrekking tot burgers van de stad
o Consul (2)
 Familie wordt tot de adelstand verheven, politieke en milititaire leider
o Censor (1)
 Uitsluitend ex-consuls
 Handhaven moraal in de stad Rome en aanstellen/verwerpen senaat
 Mos Maiorum = gewoonterecht
o Ongeschreven
o Monopolie priesterscollege: patriciërs
o Wantrouwen
 451 v.C.: Decemviri – hebben 12 tafelenwetten gemaakt
 450-449 v.C.: Lex XII Tabularum

, o Inhoud voornamelijk: vnl. procesrecht, strafrecht, privaatrecht Recht
o Beperkte ruimte voor ‘eigenrichting’ (ius taliones)
o Onvolledig
o Erge kwetsuren  ius taliones (oog om oog, tand om tand)
o Lichte kwetsuren  schadevergoeding
 Legis Actiones (rechtsprocedure)
o 1: Fase in iure (in rechte)  kan het geschil opgelost worden met Romeins recht ?
o 2: Fase apud iudicem (bij de rechter: tot wel 100 burgers, advocaat, getuigenissen)
o  rechter velt oordeel
o Rituele handelingen en plechtige formules
 5 soorten legis actiones
o Action legis sacramento in rem (gedingbeslissend)
o Action legis per iudicis postulationem
o Action legis per cndictionem
o Action legis per manus iniectionem (uitvoering)
 Om uitvoering gewezen vonnis te bekomen
 Eiser, veroordeelde: bij de priesters
 Handoplegging door de eiser en formule
 Debiteur: betalen of vindex aanstellen
 Debiteur weigert ? 60 dagen gevangen door eiser en op 3
marktdagen tonen aan volk
 Na 60 dagen: doden of als slaaf verkopen
o Action legis per pignoris capionem
 Beroep is niet mogelijk: iedereen akkoord; vonnis zelf uitvoeren
 Ubi remedium, ibi ius; waar er een remedie is, is er recht
 Priesters interpreteren, nieuwe rechtsgangen door wet: uiterst zeldzaam
 Recht wordt dynamischer en verliest religieuze dimensie
o Door invloed van de praetor
o Priesters en rechtspraak vervangen door praetor
o Vernieuwing Recht
 Door actiones utilis (nuttige actie) en in factum (op de feiten toegesneden)
actiones utilis: geschil ligt zo dicht bij een ander geschil dus praetor verleent
een actio utilis om rechtsingang te krijgen
in factum: meest verregaande afwijking van de bestaande actiones, creëert
een nieuw actio op de feiten toegesneden
 nieuwe factum die hij creëert: ius honorarium/ius praetorium
 Door nieuwe procedures, geen nieuw recht
 Verbeteringen en aanvullingen
 Ius edicendi: praetoriaanse edicten (oplossing voor problemen aan begin
ambt)
 Nieuwe inwoners waarvan veel vreemdelingen
 Groeiende welvaart: handel en nijverheid
 Proces per formulas
o 2 fasen: legis actiones – procedure
o Verschil? A-ritueel en flexibel
 Formule in samenspraak met praetor opstellen
 Niet meer oraal maar schriftelijk

,  Wel instemming vereist (litis contestatio) alsook verklaring uitspraak te
respecteren
o Kijkt in plaats van naar legis actiones naar edicten voor rechtstoegang
o Formules: eerst inter partes, later erga omnes
 Voorbeeld: benoeming (“X moet rechter zijn”), intentio (“indien blijkt dat iemand een
tafel in bewaring heeft genomen en door onbehoorlijk gedrag dit niet is teruggegeven”),
condemnatio (“indien dit niet blijkt, moet hij de eis afwijzen”), exceptio (“als niet is
afgesproken dat het geld niet zou worden opgeëist”) en gedaagde (“hem veroordelen”)
 Ius gentium
o Door toeneming van vreemdelingen in Rome
o Ius civile ontoereikend
o Praetors peregrini: ius gentrium (volkenrecht)
 Meer algemene rechtsbeginselen op basis van redelijkheid en billijkheid
 Reflectie van universele rechtvaardigheidsopvattingen
o Ius naturale ? Ulpianus: onderscheid (ius naturale: voor alle levende wezens, ius
gentium: voor alle mensen)
Gaius: geen onderscheid
 Rechtswetenschap Recht
o In 2e en 1e eeuw v.C.: gebrekkige kennis van jaarlijks verkozen praetoren en uitbouw
van het recht zelf
o Aparte stand van juristen of rechtsgeleerden: autodictatische ‘specialisten’ die
bijstand gaan verlenen (respondre: adviezen, agere: bijstaan bij opstellen formula,
cavere: opstellen akten) <-> advocaten (pleiten)
o Studie van het recht en wordt geraadpleegd
o Rechtsgeleerde literatuur: uiterst beperkt
o Recht wordt groter  het wordt bestudeerd door juristen

VROEGE REPUBLIEK (509-264 v.C.): RECHTSBRONNEN
 Romeins recht
o Ius civile
 Lex XII Tabularum
 Resterende mores maiorum: gewoonterecht
 Leges/plebiscieten
o Ius Honorarium/Praetorium

LATE REPUBLIEK: 264-25 v.C.
 Romeinse recht
o Verliest religieuze dimensie
o Wordt dynamisch: ontstaan ius praetorium
o Wordt uitgebreid met ius gentium
o Krijgt eigen wetenschap

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliesmeyers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.64. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50843 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.64
  • (0)
Add to cart
Added