100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Gezinspedagogiek (P0L10A) $5.22   Add to cart

Summary

Samenvatting Gezinspedagogiek (P0L10A)

 17 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Volledige samenvatting lessen gezinspedagogiek. Professor Karla van Leeuwen.

Preview 4 out of 97  pages

  • April 19, 2021
  • 97
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
Eline Bunnik


Gezinspedagogiek: Hoorcollege 1: Vraagstelling en identiteit:
Leidende vragen bij dit onderdeel:
- Wat is een gezin?
- Wat is de eigenheid van de gezinspedagogiek t.o.v. de algemene pedagogiek?
- De gezinspedagogiek als wetenschap, wat bestudeert die?
- Wat is opvoeding? Hoe kunnen we opvoeding bestuderen?

1. Het gezin
Er is geen eenduidige definitie van het begrip Gezin:
• In wetenschappelijk onderzoek:
▪ Samenlevingsvorm van enkele mensen
▪ Contextbepaald → Vanuit welke visie?
• Sociologisch:
▪ Groep personen die door (bloed)-verwantschap met elkaar verbonden zijn en waarin
volwassenen de verantwoordelijkheid nemen om voor kinderen te zorgen. De
aanwezigheid van het kind hierin is zeer belangrijk!
• Levine (1990):
▪ Méér dan het vroegere wettelijke, biologische en economische kader.
▪ Subjectief fenomeen: Hij zegt dat het gezin een samenlevingsverband is waar m’n
zorgt voor elkaar (subjectieve banden).
▪ Er moet sprake zijn van een solidariteitsrelatie tussen individuen met diepe
persoonlijke bindingen en reciprociteit (
▪ Reciprociteit: Wederkerigheid tussen mensen in hun relaties. Investeren in elkaar
met reactie. Geven en nemen.
Gezin vs. Familie? ‘Beiden in het Engels: Family’
• Demografisch: Hoe zien gezinnen eruit?
▪ Ze spreken over huishouden:
Huishouden: Men woont op één plek het subjectieve ik vind dat hij bij ons gezin
hoort, telt hier niet mee.
➢ Alleenstaanden (met of zonder kinderen), wettige echtparen (met of zonder
kinderen)
➢ Particulier vs. Collectief
• Particulier: Gezin met of zonder kinderen.
• Collectief: In groep samenleven bv. rusthuis, klooster, …
▪ Familiekern: Minstens 2 personen.
▪ Gebaseerd op geregistreerde en administratieve cijfers afkomstig van officiële
databronnen.
➢ Registratie: Geen weerspiegeling van reële werkelijkheid! Diversiteit neemt namelijk sterk
toe!
➢ PROBLEEM: Wij zien verschillende samenlevingsvormen en andere soorten gezinnen. We
zien het als een verband tussen een groepje van mensen. Het traditionele gezin is eigenlijk
niet meer zo traditioneel en helemaal niet meer de norm! Bv. LAT-relatie komt niet overeen
met de theorie, maar is in feite een huishouden.
Verschillende samenlevingsvormen:
• Kerngezin (‘nuclear family’): mama, papa en de kindjes (traditioneel)



1

,Eline Bunnik


• Grootfamilie (‘Extended family’): Minstens drie generaties leven samen. (Bv Grootouders,
ouders en kleinkinderen)
• Klassiek en gemodificeerd uitgebreid gezin: Er woont nog iemand in.
▪ Klassiek uitgebreid gezin: Het traditioneel gezin + een extra lid van de familie. Bv.
nichtje, oma of tante, …
▪ Gemodificeerd uitgebreid gezin: Het traditioneel gezin + een extra persoon die
invloed uitoefent (niet persé familie) Bv. Oma belt en skypet voortdurend.
• Eenoudergezin → Vooral veel eenoudergezinnen bij vrouwen
• Alleenwonende
• Ongehuwd samenwonenden
• LAT-relatie (Living Alone Together)
• Nieuw-samengesteld gezin (blended family, mikado-gezin): Officieel geen gezin omdat de
kinderen bijvoorbeeld op andere adressen ingeschreven staan.
• Holebigezin
• Sociaal verwantschap: Gezin zonder bloedverwantschap.
Verschillende ‘soorten’ ouders:
Biologisch ouderschap: • Natuurlijke ouder
• Wettige ouder
• Adoptieouder
• Stiefouder, plusouder
Sociaal ouderschap: • Zorgouder, meeouder: Algemene term, iemand die mee
iemand anders kind opvoedt.
• Pleegouder
• Draagouder, wensouder
Biologisch vs. Sociaal: PROBLEEM: Sociaal ouderschap wordt vaak in vraag gesteld, maar zij
zijn even capabel.


Cartoon: Kerngezin als uitstervend ras.


2. De gezinspedagogiek in relatie tot de algemene
pedagogiek
Gezinspedagogiek: Studie van opvoeding in gezinssituaties.
Opvoeding: Het creëren van een relationele en materiële omgeving door opvoeders met het oog op
welzijn en het volwassen worden van de opvoedeling.
‘Parenting’ (opvoeden – de rol van de ouder)
• Ouder-kindrelatie in interactie
• Opvoedingsvraag en opvoedingsaanbod
Veronderstellingen bij (gezins)opvoeding:
- Essentieel voor het welzijn en opgroeien van het kind (kind als opvoedeling).
Nature → Nurture: Beiden zijn essentieel!
- Ouderfiguren stemmen hun handelen (praxis-praktijk) af op het welzijn en opgroeien van het
kind (ouders en ouderfiguren als opvoeders)

2.1. Relatie tot de Algemene pedagogiek
Praxis: Praktijk/ Gedrag van het opvoeden:


2

,Eline Bunnik


1) De ervaring dat de mens zelf aan het bestaan vorm en zin moet geven (vanuit een
existentiële nood) → Er wordt geloofd in nurture.
2) Deze vorm- en zingeving is steeds een relationeel gebeuren
3) De zingeving die een antwoord is op deze existentiële nood is nooit definitief en is voor
iedereen verschillend.
Toegepast op opvoeding:
• De mens moet opgevoed worden, ingeleid worden in een wereld van betekenissen.
• Zodanig dat hij/zij zelf tot een zingeving kan komen.
• Waardoor hij/zij het eigen handelen kan verantwoorden voor zichzelf en ten opzichte van
anderen.
Praxis van de opvoeding in algemeen pedagogische principes:
1) Het kind is opvoedbaar (Er wordt geloofd in nurture)
2) Het kind moet opgevoed worden tot persoonlijke vrijheid en verantwoordelijke zelfbepaling
in solidariteit.
3) Opvoeder moet betekenissen omzetten in persoonlijk authentiek aanbod (aanbod dat past
bij de noden van het kind, rekening houden met de uniekheid van het kind).
4) Pedagogisch aanbod moet beroep doen op de menswaardigheid van het kind.
Elk kind is uniek: De ouder moet proberen aan te passen. Bv. Aan een kind dat veel structuur
nodig heeft.

2.2. De gezinspedagogiek als wetenschap
• Gezinspedagogiek als gedragswetenschap: WANT: M’n kijkt naar het functioneren en de
relaties.
▪ Levensloopbenadering: Ontwikkeling binnen sociale context
➢ Proximale omgeving: De dichtbije omgeving Bv. ouders
➢ Distale omgeving: Verdere omgeving. Bv. Religie
▪ Wederkerigheid van opvoeding: Kind en ouders leren beiden van elkaar, het kind is
niet passief. Het kind kan ook gedragingen uitlokken.
▪ Beschrijven van processen, interacties en mechanismen van gezinsopvoeding
▪ Antecedenten en consequenten
Antecedenten: Dingen die voorafgaan aan de opvoeding. Bv. Conflicten tussen
ouders
Consequenten: Gevolgen van een bepaalde opvoeding.
• Gezinspedagogiek als wijsgerige reflectie over ouder-kind relatie:
▪ Normatief kader: mag niet worden opgelegd! Je mag niet zeggen deze opvoeding is
goed/ slecht/ beter.
▪ Belang van het kind en verantwoordelijkheid van de ouders
• Relatie met andere wetenschappelijke disciplines:
▪ (Gezins)sociologie, economie, antropologie, (ontwikkelings)psychologie
➔ Er is dus niet één goede manier. Alles wordt in vraag gesteld.

3. Opgaven van de gezinspedagogiek
• Opgave 1: Empirisch onderzoek: (Data verzamelen)
▪ Hoe gaan ouders om met hun kinderen?
▪ Voelen opvoeders zich competent in hun rol en ervaren ze satisfactie bij het
opvoeden
▪ Welke normen en waarden hanteren ouders?
▪ Effecten van opvoeding voor kinderen?

3

, Eline Bunnik


▪ Wat is het gevolg van specifieke opvoedingssituaties?
• Opgave 2: Conceptueel onderzoek: (theorievorming)
▪ Hoe kan de ouder-kindrelatie als ‘opvoeding’ geconceptualiseerd worden …
➢ Binnen het huidig tijdskader?
➢ Op een theoretisch aanvaardbare manier?
➢ En verantwoord voor het kind?
• Opgave 3: Handelingsgericht onderzoek: (wat bestaat er om de handeling/ praktijk te
optimaliseren)
▪ Nood en belang van gezins- en opvoeding ondersteunende initiatieven?
▪ Voorwaarden voor kwaliteit van deze initiatieven?
▪ Mogelijkheden tot optimalisering?

4. De componenten van opvoeding


▪ Gevoelens

▪ Gedachten: waarden en normen


▪ Doelen bij opvoeding
→ WANT: Ze staan in interactie met
elkaar.

4.1. De handelingsgerichte component
4.1.1. Opvoedingsgedrag
• = Concrete observeerbare acties die ouders gebruiken om het gedrag van hun kind te
reguleren of te ondersteunen (‘parenting practices’).
• Voorbeelden: Voorlezen, helpen met huiswerk, ruzie met broer of zus mee oplossen, praten
met je kind, …
4.1.2. Opvoedingsdimensies
• Op basis van opvoedingsgewoonten worden ouders gesitueerd op een continuüm.
▪ Warmte/ Ondersteuning: Affectieve kwaliteit van de ouder-kind relatie Bv. via
aanvaarding, ondersteuning, betrokkenheid, …
➢ Unidimensioneel construct: Alleen positief.
➢ Bv. Door aanvaarding, betrokkenheid, …
➢ Sensitiviteit: Zeer specifieke soort warmte of ondersteuning.
➢ Responsiviteit: Gepast reageren van de opvoeder op gedrag en emoties van
kinderen.
➢ Autonomie ondersteuning: Ouders die initiatief en vrijwillig functioneren bij
hun kinderen aanmoedigen. Kansen geven om zichzelf te kunnen ontplooien.
▪ Controle:
➢ Multidimensioneel construct: Negatief en / of positie.
• Restrictieve versus sturende controle (Baumrind)
➢ Restrictieve controle: Het kind heeft beperkte controle. Ouder
kleurt lijntjes, bepaalt wat mag en wat niet.

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinebunnik. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.22. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.22
  • (0)
  Add to cart