HC Recht 1 Periode 3
Harry.kroeze@fontys.nl
Ma en vrij werkdagen
Week 1 Inleiding recht
Betekenis
- Het regelt…/verbiedt…
- Objectief recht
- Ik heb recht op…
- Right
- Subjectief recht
- Dat doet geen recht aan…/ het recht moet zegevieren
- Recht is rechtvaardig
Objectief recht
- Geheel van rechtsregels
- (In Nederland: Nederlands objectief recht)
- Doel: ordening/ vreedzaam verloop van de samenleving
- Objectief recht regelt verhoudingen en regels tussen elkaar
Subjectief recht
- Een recht (bevoegdheid, aanspraak) van iemand in een concreet geval
- Als iets failliet gaat heb je geen rechten meer op dat product of dienst.
- Degenen met een subjectief recht heet crediteur of schuldeiser
- Zijn wederpartij heet debiteur of schuldenaar
- Wie kunnen subjectieve rechten hebben
o Rechtssubjecten
o Rechtssubject= persoon of bedrijf
o Rechtssubject: drager van rechten en plichten
- 2 soorten rechtssubjecten
o Natuurlijke personen:
Mensen
Ontstaan door geboorte
o Rechtspersonen
Organisaties met subjectieve rechten
NV, BV
Overheidsinstanties
Ontstaan door oprichting
Objectief recht
- Twee grote gebieden
- Publiekrecht
o Overheid
- Privaatrecht
o Verhouding tussen twee natuurlijke personen
- Criterium publiekrecht:
o Tenminste 1 der partijen is overheidsinstantie
, o Gebruikt overheidsgezag
- Privaatrecht: regelt verhoudingen op basis van gelijkwaardigheid
- Privaatrecht: regelt verhoudingen tussen burgers en overheid kan zich als burger
gedragen
Publiekrecht
Deelgebieden:
Staatsrecht: wie is de overheid en wat is overheidsgezag
Bestuursrecht: overheidsbesluiten in concrete gevallen (belastingrecht en sociaal
zekerheidsrecht)
Strafrecht: verdachten vervolgen en strafeisen
Privaatrecht:
Personen- en familierecht: wie ben ik en met wie heb ik familierechtelijke betrekking
Rechtspersonenrecht:
- Wat is rechtspersoonlijkheid en wie heeft dat?
Erfrecht:
- Wie erft er bij overlijden
Vermogensrecht:
- Regelt positie van iemand t.o.v. diens vermogen (hieronder valt ook arbeidsrecht)
Een andere indeling van objectief recht
- Materieel vs formeel recht
- Regels van materieel recht regelen hoe wij ons tot elkaar hebben te gedragen
- Regels van formeel recht regelen wat we moeten doen als een regel van materieel
recht wordt geschonden
- Formeel recht heet ook wel procesrecht
Rechtsbronnen
- Vindplaatsen en ontstaansbronnen van rechtsregels (van objectief recht)
- 4 soorten:
o De wet
o Jurisprudentie
o Internationale verdragen
o Gewoonte en andere ongeschreven rechtsbronnen
De wet
- Door bevoegd overheidsgezag vastgesteld geheel van rechtsregels op een bepaald
gebied
- Door de koning ondertekend
- Wetten zijn besluiten met algemeen geldende regels die voor het land gelden
- Opgenomen in Staatscourant
- Ook lagere overheden mogen algemene regels maken voor het eigen grondgebied
- Voorbeelden: Opiumwet, politiewet, gemeentewet, rijdtijdenwet, wet
studiefinanciering
- Wetboek: grote wet (ifz) waarin een deel van het objectief recht systematisch wordt
geregeld, bv burgerlijk wetboek, wetboek van. Strafrecht.
- De meeste wetten bevatten algemeen geldende regels
- Uitzondering bv. Wet tot goedkeuring van het huwelijk van de kroonprins
, Jurisprudentie
- Ook wel: Rechtersrecht
- Rechter doet uitspraak, andere rechter neemt dat over.
- Geheel van rechterlijke uitspraken
- Rechtsregels die hierin te ontdekken zijn:
o Rechter moet beslissing nemen in elke zaak
o Ook wanneer de wet het niet regelt of niet voldoende duidelijk is
o Geen beslissing heet rechtsweigering
- Rechter moet wettekst interpreteren
- Rechters streven naar eenheid in de rechtspraak
- Lagere rechters nemen in gelijke gevallen gelijke beslissingen
- Uitspraken van de Hoge Raad zijn leidend voor de lagere rechters
Internationale verdragen
- Contracten tussen staten
- Om bepaalde materie te regelen
- Of internationale organisatie op te richten
- Multilateraal: meerdere staten, Benelux, EU en de VN
- Bilateraal:2 staten, Uitleveringsverdragen
- “Vb. EU-verdrag, Handvest van de Verenigde Naties, Europees Verdrag tot
bescherming van de rechten van de mens
- Supranationaal en intergouvernementeel
- Art. 94 Grw.
- Nederlandse burgers kunnen jegens elkaar een beroep doen op bepalingen in
internationale verdragen die naar hun inhoud eenieder kunnen verbinden
- Dit heet: ‘rechtstreekse werking’
- Ook wel: directe werking of ‘self-executing’
- Bv. EVRM
- Bv.art.6lid4ESH
Gewoonte en ongeschreven recht
- Ongeschreven recht:
o Goede trouw
o Redelijkheid en billijkheid
o Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Week 2 Staatsrichting
Staatsrecht
- Gaat over het begrip staat en overheid
- Staat: Een rechtsgemeenschap van burgers op een grondgebied die een overheid
heeft ingesteld die overheidsgezag uitoefent
- Vier elementen: burgers, rechtsregels, grondgebied en overheidsgezag
- Overheidsgezag definitie: aan de overheid toegekende macht/ bevoegdheid die niet
aan individuele burgers toekomt t.b.v. Vreedzaam en ordelijk verloop van de
samenleving, inrichting van het land, en positie in de internationale gemeenschap.
- Overheid: verzamelnaam van instanties die overheidsgezag hebben
- Gaat ook over overheidsbeslissingen met algemeen geldende regels
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller trkylm. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.