Biologie 4H Thema 7 Ecologie en milieu
7.1 Organismen
Een organisme (individu) is een levend wezen. Een populatie is een groep organismen van dezelfde
soort in een bepaald gebied. Een levensgemeenschap zijn alle populaties in een ecosysteem. Een
ecosysteem is een natuurlijk begrensd deel van de biosfeer. Biotische factoren zijn invloeden
afkomstig van de levende natuur. Abiotische factoren zijn invloeden van de levenloze natuur. De
abiotische factoren in een ecosysteem vormen samen de biotoop. De belangrijkste abiotische
factoren zijn bodemgesteldheid, licht, water en temperatuur.
Zand zijn grote bodemdeeltjes met veel lucht en weinig water. Klei zijn kleine bodemdeeltjes met
weinig lucht en veel water. Humus is een mengsel van organische en anorganische stoffen en micro-
organismen. Humus verbetert de structuur van de bodem en gaat uitspoeling van mineralen tegen.
Zonplanten groeien het best bij een hoge lichtintensiteit en schaduwplanten bij een lage
lichtintensiteit. De daglengte heeft bij veel organismen invloed op het tijdstip van voortplanting.
Landplanten in een vochtig milieu hebben zwak ontwikkelde wortelstelsels, bladeren met een dunne
cuticula en veel huidmondjes. Landplanten in een droog milieu hebben goed ontwikkelde
wortelstelsels, bladeren met een dikke cuticula en weinig huidmondjes.
De enzymactiviteit is afhankelijk van de temperatuur.
Tolerantie is het vermogen van organismen om schommelingen in een abiotische factor te
verdragen. Het optimum is de waarde van een abiotische factor die het gunstigst is voor het
organisme. Een beperkende factor is een abiotische factor die bepaalt hoeveel organismen van een
soort in een gebied kunnen overleven. Een verspreidingsgebied is het gebied op aarde waar een
soort voorkomt.
7.2 Populaties
In een ecosysteem is er concurrentie om voedsel, ruimte en een partner. Concurrentie tussen
populaties is meestal minder sterk dan binnen een populatie. Natuurlijke selectie houdt in dat de
organismen die het best aangepast zijn aan het milieu de grootste overlevingskans hebben. Bij sterke
concurrentie is de selectiedruk groot. Symbiose is een langdurige samenleving van organismen van
verschillende soorten. Bij mutualisme hebben beide soorten voordeel. Bij commensalisme heeft een
organisme voordeel. Bij parasitisme leeft een organisme op of in een organisme van een andere
soort en onttrekt er voedsel aan.
De populatiegrootte is het gemiddeld aantal organismen van een soort per oppervlakte-eenheid of
volume-eenheid. Factoren die van invloed zijn op de populatiegrootte: predatie, parasitisme,
concurrentie, geboorte, sterfte, migratie, het klimaat of de mens. Biologisch evenwicht is een
toestand waarin de populatiegrootte van elke soort in een ecosysteem schommelt om een bepaalde
waarde. Een biologisch evenwicht wordt gehandhaafd door negatieve terugkoppeling. Als een soort
zich nieuw in een ecosysteem vestigt, kan populatiegroei plaatsvinden. Inheems is een soort die van
nature in een gebied voorkomt. Uitheems is een soort die van nature niet in een gebied voorkomt.
Exoot is een soort die als gevolg van menselijk handen terechtkomt in een gebied waar hij van
oorsprong niet thuishoort.
Draagkracht is de maximale populatiegrootte in een ecosysteem. Na het instorten van een populatie
kan zich een nieuw biologisch evenwicht instellen, meestal met een lagere draagkracht.
7.3 Ecosystemen
Een informatienetwerk is communicatie via stoffen tussen organismen in een ecosysteem. Bij planten
signaalstoffen. Een voedselketen is een reeks soorten waarbij elke soort een voedselbron is voor de
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shiriveldman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.