Latijn cultuur les 30; de eerste eeuw v. Chr.: Romeinen tegen Romeinen
133-123 de Gracchen
107 Marius consul: vorming van beroepsleger
88-83 Marius en Sulla: burgeroorlog
83-79 Sulla dictator
78 Sulla †
Persoonlijke belangen als inzet
Verschuivingen van belangen
Het Romeinse leger bestond aanvankelijk uit dienstplichtige burgers die een bepaald
minimumvermogen bezaten. Soldaten moesten zelf hun wapenuitrusting betalen. Doordat er meer
oorlogen uitbraken en het Romeinse rijk dus groter werd bleven ook boeren langer weg. De akkers
waren overhoop. Tiberius probeerde hier verandering in te brengen met weinig succes. In 107 v. Chr.
liet Marius proletariërs vrijwillig het leger betreden. De kosten van de wapenrusting werden
afgetrokken van hun soldij en ze werden een stukje land na campagne beloofd. Hierdoor werd een
groot deel van het leger proletariër. Tussen generaals en soldaten ontstond een patronus-cliens-
relatie want succes voor de generaal betekende succes voor de gewone burger. Als consequentie
gebeurde dat de optimates en populares zich gingen groeperen rond generaals die een soort privé-
leger hadden. Dit zorgde voor burgeroorlogen.
Burgeroorlog en terreur
De optimaat Sulla had als consul van de senaat het bevel over de Romeinse provincie Asia. De
popularis Marius voelde zich gepasseerd en probeerde via de volksvergadering dat besluit weer terug
te draaien. Dat lukte. Sulla stuurde zijn leger naar Rome. Romeinen tegen Romeinen. De oorlog
duurde van 88-83 v. Chr. de optimaten wonnen. Sulla liet zichzelf tot dictator benoemen voor
onbepaalde tijd. Hij herstelde het bewind van de senaat en beperkte de invloed van de
volksvergadering. Hij beoefende extreme terreur. Hij deed aan mensenjachten een nam zonder
pardon alle bezittingen van zijn tegenstanders in. In 79 trok hij zich terug en overleed in 78 in zijn
bed.
Onderwijs
Paedagogus: Griekse slaaf die Romeinse jongens naar school bracht
Romeinse jongens volgden vanaf hun 7e tot en met hun 12e onderwijs.
Magister: schoolmeester die Romeinse jongens leerde schrijven, rekenen en lezen, meestal was dit
een ontwikkelde Griek.
Grammaticus: een leraar die leerlingen onderwees in het Latijn en in het Grieks, en hen wijdde in
klassieke literatuur. Ze moesten hele stukken poëzie en proza uit hun hoofd leren. Na het
basisonderwijs gingen jongens uit rijke families en soms meisjes, naar deze leraar. Tot en met 16 jaar.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller julidebarut. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.