100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting 4 vwo Biologie voor jou, ISBN: 9789020840452 Biologie, hoofdstuk 1; inleiding in de biologie $3.25   Add to cart

Summary

Samenvatting 4 vwo Biologie voor jou, ISBN: 9789020840452 Biologie, hoofdstuk 1; inleiding in de biologie

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

samenvatting van hoofdstuk 1 van biologie. het is van het boek biologie voor jou voor vwo 4. alle paragrafen staan erin

Preview 2 out of 6  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1
  • April 19, 2021
  • 6
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Basisstof 1 wat is biologie?

In biologie bestudeer je organismen (levende wezens) à vertonen allemaal levensverschijnselen:
voortplanten, groeien, stofwisseling à alle chemische reacties in een organisme, enzymen versnellen
dat proces à katalyseren. Dingen in de natuur die nooit hebben geleefd: levenloos.

Levensloop

- Start na het ontstaan van een organisme à begint te groeien en ontwikkelen (er treden
veranderingen op in de bouw en het functioneren)
- Kun je indelen in verschillende fasen à eindigt met de dood.
- Individuen behoren tot dezelfde soort als ze onderling kunnen voortplanten en daarbij
vruchtbare nakomelingen kunnen voortbrengen.
- Levenscyclus eindigt alleen als de soort uitsterft.

Biologie à natuurwetenschap (bestudeert natuurverschijnselen). Bij belangrijke vraagstukken over
de toekomst van voeding en voedselzekerheid, gezondheid, duurzame ontwikkeling, energie en
veiligheid, is kennis over en inzicht in biologische processen en systemen steeds relevanter.

Een context voor bio à situatie waarin biologie een rol speelt.

Organisatieniveaus in de biologie

- Molecuul: bouwstenen van stoffen (DNA)
- Organel: onderdelen van de cel (celkern)
- Cel: is lichaam uit opgebouwd (beencel)
- Weefsel: samenhangend geheel van gelijksoortige cellen (beenweefsel)
- Orgaan: deel van een organisme met specifieke bouw en functie (bot)
- Organenstelsel: meerdere organen die samen een taak verrichten (skelet)
- Organisme: individu, eencellig/meercellig (koe)
- Populatie: groep individuen van dezelfde soort die in een bepaald gebied leeft en zich
onderling voortplant (koeien)
- Levensgemeenschap: alle dier- en plantsoorten die in een gebied leven
- Ecosysteem: bepaalde eigenschappen van een gebied (temperatuur, plantsoorten, etc.)
- Biosfeer: het geheel aan ecosystemen op aarde

Emergente eigenschappen: als er op hoger niveau een eigenschap ontstaat die er op lager niveau
niet is. De interactie (op elkaar reageren) zorgt voor meer eigenschappen. Spieren en botten kunnen
niet lopen, maar samen kunnen ze dat wel.



Basisstof 2 organen, weefsels en cellen

Organen --> opgebouwd uit weefsels (groep cellen met dezelfde vorm en functie). In je lichaam
komen verschillende soorten weefsels voor:

 Dekweefsel: bekleedt en beschermt inwendige en uitwendige lichaamsoppervlakten. In holle
organen --> dekweefsel, genaamd slijmvlies. Cellen zijn vaak rechthoekig en liggen dicht
tegen elkaar aan
 Zenuwweefsel: in organen van zenuwstelsel. Zenuwcellen geven informatie door 
bevatten sterk vertakte uitlopers die een netwerk vormen.
 Spierweefsel: bestaat uit langgerekte cellen die samen kunnen trekken

,  Bindweefsel: geeft steun en vorm aan het organisme en afzonderlijke organen. Verbindt
lichaamsdelen en vult ruimtes op. Cellen liggen ver uit elkaar met daartussen vezels en
tussencelstof. De vezels kunnen elastisch of stevig zijn of een netwerk vormen (geven
ondersteuning aan organen). Kraakbeen en been  steunweefsel, ondersteund het lichaam.

Bij veel weefsels liggen cellen niet direct tegen elkaar aan  tussencelstof (hangt samen met de
functie van weefsel)  geeft stevigheid

De soort tussencelstof hangt samen met de functie van het weefsel (bijv. stevigheid)

- Collageen: zorgen voor samenhang van het weefsel
- Kalkzouten: geven stevigheid

Beencellen hebben uitlopers die in contact staan met andere beencellen  transport van stoffen
mogelijk. In de kanaaltjes bevinden zich bloedvaten en zenuwen.

Kraakbeenweefsel bevat meer collageenvezels en minder kalkzouten  elastisch en buigzaam.
Kraakbeen bevindt zich op plaatsen waar vervorming kan plaatsvinden.

Stroomlijnvorm = als de kop, romp en staart geleidelijk in elkaar overgaan  weinig weerstand.

Bij organismen  verband tussen vorm en functie van biologische eenheden:

- Langwerpige holle botten: licht en stevig
- Beenbalkjes in kop van bijbeen: maken het been licht en geven stevigheid
- Gewelfde vorm van botten in voeten: dragen het gewicht en vangen schokken op



Paragraaf 3 plantaardige en dierlijke cellen

Organel = elk deel van een cel met een eigen functie

 Celmembraan: buitenste laag van en cel  bestaat voor grootste deel uit vetmoleculen
 Celwand: buitenste laag om de celmembraan heen (plantaardige cellen)
 Cytoplasma: bestaat uit grondplasma (water & opgeloste stoffen) met daarin alle organellen.
Ligt in dunne laag tegen celwand aan
 Celkern: ligt in het cytoplasma
 Kernmembraan: vormt de buitenste laag van de celkern

Plantaardige cellen

 Vacuole: gevuld met vacuolevocht, omgeven door vacuolemembraan  stevigheid, kan
kleurstoffen bevatten
 Plastiden: chloroplasten (bladgroenkorrels)  groene kleurstof,
chromoplasten  gele, oranje, rode kleurstoffen
leukoplasten  om stoffen zoals vet, zetmeel en eiwit in op te slaan
plastiden kunnen overgaan in andere: chloroplasten gaan over in chromoplasten, na het rijpen.
Intercellulaire ruimten: ruimten met lucht of vocht op plaatsen waar plantaardige cellen niet
helemaal op elkaar aansluiten.

Microscopen  belangrijke rol bij allerlei onderzoeken. Bij een lengtedoorsnede snijd je in de lengte
van het organisme of weefsel.
Lichtmicroscoop: een microscoop waarbij het licht door het preparaat valt. Het object  dun zijn,
anders valt er geen licht doorheen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maud2005. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62555 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.25
  • (0)
  Add to cart