De late middeleeuwen en de Renaissance zijn van invloed geweest op de vorming van de
Republiek. Voorheen kenden de Nederlanden een hofstelsel. Er komt technische
vernieuwing wat zorgt voor extra graanproductie. Het overschot wordt verkocht op de
markt waar extra geld verdiend wordt. Er is een terugkeer van de geldeconomie.
Par. 1.1 - Opstand in de Nederlanden (1515-1572)
De Nederlanden waren een sterk verstedelijkt gebied → gunstig voor de handel dankzij
de centrale ligging.
Nadruk lag op handel en nijverheid. De stedelijke burgerij had een sterke positie in de
samenleving.
1464: invoering Staten-Generaal
1515: Karel V aan de macht, hij erft onder andere de Nederlanden. Karel V was streng
katholiek. Hij maakt van de Nederlanden een aaneengesloten gebied. De gewesten
kwamen onder Habsburgs bezit. Op de zeeën moest Karel V concurreren met Portugal.
Op land was zijn grootste concurrent Frans l van Frankrijk.
1519: Karel V wordt keizer van het Duitse Rijk.
In Brussel: Centrale Rekenkamer → zorgde voor inning van belastingen.
De Grote Raad → hoogste rechtbank
Gewesten betaalden beden → jaarlijkse belastingen. Karel V kwam met centralisatie en
uniformering. Adel, steden en gewesten ontevreden → hun privileges verdwenen.
- centralisatie = politiek om vanuit een centrale stad het land te regeren
- uniformering = politiek om in alle gewesten dezelfde wetten door te voeren
De adel, steden en gewesten gingen streven naar particularisme → behouden van
privileges.
Karel V wilde zijn macht in Heilig
Romeinse Rijk versterken.
Reformatie (kerkhervorming)
zorgde voor onrust.
, ‘Maarten Luther’
Duitsers kregen sympathie voor Maarten Luther, die de katholieke kerk bekritiseerde.
Kritieken:
1. katholieke kerk had te veel macht door zelfbedachte regels en wetten (aflaten)
2. alleen de Bijbel was belangrijk en moest worden vertaald naar volkstaal
3. zaken die niet in de Bijbel stonden moesten worden afgeschaft:
- heiligenverering
- kloosterorden
De Paus riep Luther op zijn standpunten terug te nemen: Luther verbrandt dit bevel.
Karel V stond alleen katholieke geloof toe.
Luther had drie hoofdgedachten:
1. mensen kunnen alleen door de genade van God worden gered: God vergeeft, de
mens niet.
2. mensen kunnen alleen door het geloof tot God komen, niet door ‘goede werken’,
zoals biechten, pelgrimstochten of aflaten.
3. mensen zijn zelf direct verantwoording schuldig aan God. Een gelovige heeft
genoeg aan een Bijbel als richtlijn, omdat dit het woord van God is. De rol van
priesters is minder belangrijk.
1517: Luther publiceert 95 stellingen
1521: Rijksdag in Worms → Luther moest verschijnen in de Rijksdag van Worms voor
een vergadering van de vorsten van het Duitse Rijk. Er wordt hem gevraagd zijn 96
stellingen terug te nemen. Luther weigert. Karel V sprak rijksban uit over Luther.
Luther krijgt bescherming van de Keurvorst Frederik van Saksen en wordt verstopt op
kasteel de Wartburg. Daar vertaalde Luther de Bijbel in Duitse volkstaal. Door de
kerkelijke ban gingen Luther volgelingen eigen kerkgemeenten stichten. Er ontstond een
kerksplitsing. Lutheranen kregen steun van vorsten in het Heilige Roomse Rijk. Voor
vorsten was het namelijk aantrekkelijk, want:
● vorst zou hoofd worden van de kerk = macht
● kloosters worden gesloten = bezittingen voor de vorst
● vorst moet door het volk worden gehoorzaamd = macht
1555: Augsburgse Religievrede → aanhangers lutheranisme protesteerden op een
Rijksdag tegen inperking van de godsdienstvrijheid, vandaar de naam protestanten.
Protestanten namen ook bezittingen van rijke katholieke kerken in beslag om lutherse
gemeenten te bouwen. Er ontstond oorlog tussen Karel V en de lutherse vorsten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisawouters2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.