Een samenvatting waarin vele belangrijke punten van het handschriftonderwijs naar voren komen die je tijdens toetsvragen op de Pabo moet kunnen maken. Succes ermee :)
1.Schrijven en schrijfonderwijs
De computer heeft invloed op het aantal schrijftaken. Er wordt zo’n 30-60% van de totaaltijd
geschreven op de basisschool. Op het voorgezet is dit meer. Handschrift is daarmee de meest
voorkomende ‘verwerkingsbasisvaardigheid’
Handschriftvaardigheid is een basisvaardigheid (leesvoorwaarde). Iedereen moet handschrift even
goed beheersen. Het wordt als noodzakelijk gezien, want het start al in groep 3. De
handschriftontwikkeling vanaf groep 4 laat een dalende ontwikkeling zien.
De 3 belangrijkste momenten wanneer handschriftonderwijs kan ontsporen:
1) Te vroeg beginnen: Direct na de zomervakantie beginnen is niet goed. Een
schrijfrijpheidstoets is vereist.
2) Verkeerd aanleren: In de instructiefase geen kijk op het ontstaan van verkeerde trajecten.
3) Niet goed onderhouden/begeleiden: Geen besef dat het handschrift in ontwikkeling blijft.
Elk kind kan goed leren schrijven, mits dit op een juiste wijze gebeurt en de bereikte vaardigheid op
een juiste wijze wordt onderhouden. Kinderen moeten op de basisschool de basis van vaardigheid en
kennis opdoen.
1.1 Schrijven
Schrijven: Is een grafisch-instrumentele vormgevende vaardigheid, waarbij cultureel
bepaalde tekens worden gebruikt, bedoeld om schriftelijke communicatie mogelijk te maken.
Door digitale tekstopslag – en verwerkingsmogelijkheden zijn de schriftmogelijkheden nog verder
uitgebreid. De mogelijkheden zijn versterkt door de ontwikkeling van de typografie of
boekdrukkunst: Het maken van tekst met prefab letters.
1.1.1 Schrijven, taal en de misverstanden hierover
Schrift wordt vaak gekoppeld aan taal. Steven Pinker zegt dat taal een ieder gegeven is,
waarbij mensen met elkaar in contact komen. Een instinct. Maar dit klopt niet. Ze nemen de
taal/dialect over uit hun omgeving, maar het schrift kunnen ze alleen eigen maken door
scholing en instructie. Schrift is een afgesproken cultureel systeem. De constructie,
verhoudingen en de toegepaste lijneigenschappen zijn allemaal factoren van de cultureel
bepaalde schriftcode en moeten daarom nauwkeurig worden overgedragen.
1.1.2 Schrift en schrijvenHet woord schrijven kan taalkundig of vormgevend opgevat worden.
Schrijven moet in de juiste volgorde worden aangeleerd. (Vormgegeven lettervormen –
vertolken van verhaal) Schrijven betekent: ‘ Het construeren van lettertekens in het platte
vlak’. Dit vereist een eigen vaardigheid. Schrift moet niet gezien worden als middel voor taal
en andersom. Ze staan elkaar gelijktijdig ten dienste vanaf het moment dat ze beheerst
worden.
Het woord ‘ schrijven’ is een homoniem geworden. D.w.z: Eenzelfde woord verschillende
betekenissen heeft. Eerst een stukje semantiek. Bij schrijven worden er letters gevormd.
Nageschreven wordt of wel afschrijven genoemd.
,Woordenboek van van Dale wordt schrijven omschreven als:
1. Met een stift, pen, potlood, griffel, krijt enz. (aaneengeschakelde) letters of cijfers op papier
of een ander vlak voorwerp aanbrengen, neerzetten: letters, getallen, tekens schrijven.
7. Als literair of ander werk vervaardigen: een boek, een verhandeling schrijven
Op de basisschool leren de kinderen eerst de trits basisvaardigheden ‘lezen, schrijven, rekenen’ Met
schrijven wordt bedoeld het vormgeven van de tekst.
1.1.3Beginnende geletterdheid of beginnend lettergebruik?
Ontluikende geletterdheid. Het maken en construeren van letters en woorden wordt daar al vaak
inbegrepen, m maar kinderen kunnen hier nog niet goed lettervormen construeren, waardoor ze
later in de verwarring raken al moeten ze op de juiste manier leren schrijven. Hier geen
minuskelletters construeren.
1.1.1 Lezen – Schrijven
Als kinderen leren lezen en de leeswoorden moeten schrijven, moeten de lettervormen eerst
goed worden aangeleerd. Schrijfles moet dus in dit geval aan de leesles vooraf gaan. Omdat
er aanwijzingen zijn om aan te nemen dat kinderen eerder leesrijp dan schrijfrijp zijn is het
van belang:
1. Een schrijfrijpheidstest af te nemen
2. Een voldoende lettervormkwaliteit bereikt te hebben alvorens een aangeleerd letter in te
zetten voor het leren lezen.
Voorkom dat er een losse ‘blokletter’ wordt aangeleerd. Zwakke leerlingen hierdoor blijvend in de
problemen als daarna het verbonden schrift wordt aangeleerd.
Een leerkracht, die zelf niet toekomt aan ‘ woordvorming’ (zie het woord woor den) of van een juiste
lettervormgeving (letter ‘w’,’r’,’m’ en ‘j’) en letterspatie “(woor), laat dit kind letters schrijven in één
zone (tussen grondlijnen) terwijl er letters worden gebruikt met drie letterzones
3.5.2 Het bord (analoog of digitaal)
Is een mooi hulpmiddel om aspecten van het handschrift groot en duidelijk te tonen. Kinderen zijn
goed in kopiëren en imiteren, maar dan moet het voorbeeld ook zonder fouten zijn.
Extra’s digibord:
1) Eenvoudig op te roepen linieringen
2) Het automatisch laten herhalen van de, door leerkracht geschreven letters. Kinderen moeten
telkens de leerkracht het goede voorbeeld zien geven.
Vaardigheid om goed op het bord te schrijven hangt af van:
1) Wrijfweerstand van het bord
2) Juiste afstelling van het bord (kalibreren)
Nadelen van het huidige digibord:
1) Te glad bord, waardoor het schrijven onnauwkeurig wordt.
, 2) Tevens loopt de lijn nog vaak achter de penpunt of vinger aan.
3) Een voorbeeld moet weer plaats inruimen voor andere activiteiten.
4) Verduistering van het lokaal is nodig. Laag contrast i.v.m. analoge krijtbord.
Digitaal bord en krijtbord naast elkaar is goed, maar een white bord is af te raden i.v.m. glad bord en
het spiegelt. Dit bord is een mededeling – en vergaderborden en ze zijn niet geschikt voor instructie
aan een grote groep.
Met die stift schrijf je vanzelf vanuit de vingers en worden de letters klein. Met een krijtje schrijf je
vanuit de schouders en worden de letters daardoor groter.
10.3 Bordschrijven
Krijtborden, white – boards en digiborden. Voor de basistechniek is het stalen bord perfect. Dit heeft
voldoende wrijfweerstand om de lettervormgeving te leren beheersen. Het white – bord is te glad
hiervoor. Voor veel digiborden geldt dit ook, maar die hebben nog een vertraagde weergave van de
lijn en soms ook op enige afstand van de punt.
Op het bord schrijf je vanuit je schouder. En het bord is niet gelinieerd. Je moet dus zelf denken om
marges en horizontaal schrijven bij gelijke regelafstand. De punt van het krijt verandert als je ermee
schrijft, dus draai het krijtje steeds om de lengte – as om asymmetrisch afslijten tegen te gaan. Om
de punt van het krijtje als nieuw eruit te laten zien snij je met een mesje/schaar het ronde deel eraf.
Beetpakken van het krijtje:
Zoals een pen. Duw de middelvinger die het krijtje ondersteunt iets naar voren. Het krijtje komt dan
horizontaal binnen de hand te liggen. Beweeg alleen vanuit de schouder. De pols moet niet
meedraaien met bochten.
Schoonmaken van het bord:
Voor kleine foutjes gebruik je een droog (microvezel) doekje. Het hele bord doe je met een spons en
een trekker. Doe eerst de bovenste helft, daarna de onderste (spons omdraaien dan). Trekken van
rechts naar links. Water loopt dan in de spons.
Lijnen trekken:
Lijnen trekken altijd met een liggend krijtje. De druk van het krijt wordt nu over een groter vlak
verdeeld, waardoor er een heel dunne lijn ontstaat. Het is een hulplijn
Krijtlijnen en vingerlijnen:
Met de achterkant van je vingers. Dunne lijn. 10 cm afstand is de afstand voor het lerarenhandschrift.
Even grootte letterhoogte door tussen eerder getrokken krijtlijnen te schrijven, of te letten op de
boven – of onderkant van het bord of de vingerlijnen.
Hellingshoek:
Wie niet makkelijk dezelfde schrijfhoek kan volhouden, kan zichzelf helpen met ‘richtlijnen’ op bord
met de achterkant van je vingers van beneden naar boven. Er ontstaan vingerlijnen die je helpen de
letters even schuin te schrijven.
2.1De fasen van het handschriftonderwijs
Voorbereidend - , aanvankelijk – en voortgezet schrijven genoemd. Dit zegt niets over de aard en
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bartvanbeuzekom. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.63. You're not tied to anything after your purchase.