Correctiemodel Tll Proefexamen Havo, 2020.
-Voor reken- en afrondingsfouten trekken we geen punt af, het gaat om de
berekeningswijze.
-Goed of bijna goed: 2 punten; half goed: 1 punt. Fout of bijna helemaal fout: 0
punten
1. De premie die de verzekeringsnemer moet betalen leidt er al meteen toe
dat een aantal “goede risico’s” afhaakt: zij menen dat hun risico zo laag is
dat zij de verzekering niet nodig hebben. De verzekering begint dus al met
de “slechtere risico’s”: dure/duurdere verzekeringsnemers. Hoe schever
deze verhouding al meteen is, hoe eerder de verzekeringsmaatschappij in
de problemen komt: de te betalen uitkeringen vallen tegen ten opzichte van
de premie-inkomsten. Als vervolgens de verzekeringsmaatschappij besluit
om de premies te verhogen om inkomsten en uitgaven met elkaar in
evenwicht te brengen, verergert dit de averechtse selectie want nu haken
juist weer meer goede risico’s af en blijven relatief nog meer “slechtere
risico’s” in het bestand van verzekerden over. Conclusie: de slechte risico’s
verdringen de goede risico’s.
2. Moral hazard betekent dat je slordig of onachtzaam met je verzekerde
items omgaat. Het is zeker geen bedrog maar wel een vorm van misbruik
van de verzekering. Echter, als jij eigen risico hebt, dok je eerst zelf! Je
wordt door deze financiële prikkel meteen voorzichtiger en minder slordig.
3. De inkoop van zorg kan voor de verzekeringnemers van de platinapolis
goedkoper. Door contracten af te sluiten met geselecteerde
zorgproducenten kunnen de verzekeraars de vergoedingen aan de
zorgproducenten drukken. De zorgproducenten hebben het voordeel dat
ze veel toeloop hebben.
4. Als een verzekeringsnemer een hoog eigen risico neemt, “informeert” zij
als het ware de verzekering dat zij zichzelf inschat als een “goed risico”.
5. Omdat Karin nog wel haar medicijnen in de buurt wil ophalen, heeft ze de
goudpolis nodig. Daarbij betekent een maximaal eigen risico dat ze 75
euro per maand gaat betalen. Haar eigen risico neemt toe met 500 euro,
zoveel extra spaargeld heeft ze dus nodig. Haar premiebesparing bedraagt
120 – 75 = 45 euro per maand. (Ze had platinapolis met laagste eigen
risico). De besparing op de premie is groter dan het benodigde extra
spaargeld want 12x45=540 en dit is meer dan 500.
6. 1.risico-aversie; 2. Solidariteit; 3.averechtse selectie; 4. Hoog
7. Als verzekeringnemers slordig en onachtzaam met hun verzekerde items
of hun eigen gezondheid omgaan, zullen de vergoedingen die de
verzekeraars moeten uitkeren hoger zijn. Dit kan ertoe leiden dat de
premies verhoogd worden om de premie-inkomsten op het niveau van de
vergoedingsuitgaven te brengen.
8. € 2100 - € 385 = € 1715
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller francisvandermeij705. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.