100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Hersenen en Gedrag samenvatting, tentamenvragen/leervragen en hoorcolleges met aantekeningen $5.97   Add to cart

Summary

Hersenen en Gedrag samenvatting, tentamenvragen/leervragen en hoorcolleges met aantekeningen

1 review
 26 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Hierin is een samenvatting van het boek te vinden, met bladzijdenummers. De leervragen staan erin verwerkt en de hoorcolleges met aantekeningen ook. Ik heb een 9,3 gehaald met behulp van deze samenvatting. Gebruikt in de Minor: Inleiding in de Toegepaste Psychologie aan de Hogeschool Utrecht (HU)

Preview 4 out of 60  pages

  • Yes
  • April 22, 2021
  • 60
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: mirandakorevaar • 2 year ago

avatar-seller
Samenvatting Hersenen & Gedrag
Hoorcollege 1 & Hoofdstuk 3
Hoe komt het dat
- We overal gezichten in zien?  Onze hersenen zijn continu bezig met zie ik een gezicht. Gezichten
zijn belangrijk, want stel je voor dat je geen gezichten herkend. Dan herken je je zelf ook niet. In de
hersenen is een gespecialiseerd gebied wat altijd opzoek is naar gezichten, dit heb je niet voor
bomen etc.
We zien eerder een negatief gezicht tussen allemaal positieve gezichten dan andersom. Dit komt
omdat negatieve ervaringen harder binnen komen dan positieve ervaringen. In je hersenen is een
aparte structuur die continu aan kijken is of er gevaar is.
- We ons makkelijk laten verleiden tot een aankoop die we niet van plan waren?  We zijn
gevoelig voor de mening van andere en als iemand ons wat geeft willen we wat terug doen
- We makkelijk te beroven zijn?  We kunnen onze aandacht niet goed verdelen. We hebben maar
een beperkte hoeveelheid aandacht, als je bv. een harde knal hoort gaat je aandacht automatisch
daarheen. Als je aangeraakt wordt dan sturen de hersenen een noodsignaal daarheen want dat is
bedreigend, dan letten je hersenen dus op dat punt. Als daaromheen wordt dan wazig.
- We soms levensgevaarlijke dingen doen?  Ontwikkeling puberbrein

- Waarom doen we wat we doen?  Verbindingen: Neuronen en hun verbindingen bepalen ons
gedrag, wie we zijn etc. Relatie achterhalen is niet eenvoudig.
- Wat zijn overeenkomsten en verschillen in jouw gedragingen en die van een ander?
Uitgangspunten van evolutionaire psychologie  vooral overeenkomsten + Cumulatieve cultuur en
Shared intentionality. Verder kan je gedrag bijvoorbeeld verschillen door dat ik niet met mijn
telefoon aan tafel mogen zitten terwijl dat bij een vriendin dat wel mag.
- Hoe zijn die overeenkomsten en verschillen te verklaren? (blz. 88)
Door epi-genetica (verandering van genexpressie (manier waarop genen invloed uitoefenen op het
lichaam) tijdens het leven). Hierbij speelt omgevingsinvloeden een belangrijk rol. Zoals roken is slecht
voor je, omdat het de expressie van het DNA in een negatieve zin veranderd. Je kan er wat aan doen
door te stoppen met roken.
We krijgen ons DNA bij de bevruchting aangereikt (nature), maar we hebben invloed op de expressie
hiervan tijdens ons leven (nurture).
- Is jouw gedrag van vandaag vergelijkbaar met gisteren, en met dat van 10 jaar geleden?  Nee
10 jaar geleden zat ik in de pubertijd (15 jaar) (ontwikkeling puberbrein). Vergelijken met dat van
gister zal het niet heel veel verschillen maar je kan elke dag nieuwe ervaringen opdoen die je gedrag
zullen veranderen, of door middel van observerend leren.
- Waarin verschilt het gedrag van mensen en dieren? En van mannen en vrouwen?
Wat lager het in de hersenen zit heeft meer overeenkomsten met dieren. Wat hoger in de hersenen
zit hebben dieren niet, zoals verplaatsen in andere, taal, wiskunde, muziek etc + cumulatieve cultuur
en Shared intentionality. Mannen en vrouwen jaloezie + seksuele selectie (Darwin)
- Kunnen we ons in een ander verplaatsen?  Spiegelneuronen
- Waarom worden we verliefd?

Psychologie
= een wetenschap die zich bezig houdt met de oneindig veel vragen over ons gedrag en wat eraan
ten grondslag ligt
- In de loop van de tijd zijn veel verschillende psychologische stromingen ontstaan die allemaal een
eigen visie hebben op gedrag en op hoe het kan worden verklaard.

,Hersenen en gedrag
De neuropsychologie (ruimer: op de neurowetenschappen) is verwant aan de biologische
psychologie en evolutionaire psychologie.

Er zijn verschillende invalshoeken voor het bestuderen van gedrag. Deze verschillende invalshoeken
leiden tot verschillende opvattingen over gedrag. Als je vindt dat gedrag vooral biologisch bepaald is,
zal je bepaalde ideeën hebben over hoe we om moeten gaan met bv. criminaliteit. Misschien denk je
dan ‘eens een dief, altijd een dief’ en ben je daarom voor lange straffen. Ben je van mening dat
gedrag vooral bepaald wordt door de omgeving dan zal je ook andere opvattingen hebben over
straffen.

Film Mia en Alexandra
Welke gedragingen zijn genetisch te verklaren en welke door invloed van de omgeving?
75% van intelligentie hangt af van de biologie, maar er moet met die 25% wel wat gedaan worden.
Dus ongeveer 2/3 is genetisch en 1/3 moet de omgeving wat mee doen.

Biologische psychologie
Uitgangspunten van de biologische psychologie
(1) De mens is ‘een beschreven blad’. Al bij de conceptie wordt de erfelijke bagage, het DNA, van een
mens vastgelegd. Deze bepaalt of beïnvloedt (daarover lopen de opvattingen binnen deze stroming
uiteen) de gedragsmogelijkheden van de mens.
 Vraag: verschil tussen bepalen en beïnvloeden & hoe kan je dat onderzoeken? Bepalen is
dat het echt de oorzaak is voor het gedrag en beïnvloeden is dat het zou kunnen mee helpen
aan het gedrag door het een bepaalde richting op te sturen. Dit zou je kunnen onderzoeken
door het te plaatsen binnen de evolutie. Hoe eiwitten in ons lichaam in elkaar zitten bepaald
of je intelligent bent of een goede impulscontrole hebt. Je kan dit onderzoek door te kijken
naar tweelingen, in families, of dat bijvoorbeeld schizofrenie vaker in ene dan in andere
familie voorkomt. Kan dan komen door levensomgeving maar je hebt wel aanwijzingen dat
overeenkomt met biologie. Als de ene schizofrenie heeft is de kans dat de ander dat krijgt
80%. Bij familie die niet eeneiig zijn kan dit dan maar 25% zijn. Zo kun je de rol van biologie
onderzoeken. Behalve lichamelijk kenmerken blijkt niets helemaal 100% vast liggen want de
omstandigheden kunnen de biologie veranderen (Epigenetica).

(2) Gedrag en gedachten, emoties en motieven hangen altijd samen met biologische processen in
het lichaam. Zo kan gedrag worden veroorzaakt door een virus, een erfelijk gen, een celafwijking, en
een teveel of tekort aan hersen- en lichaamsstofjes zoals neurotransmitters en hormonen.

(3) De hersenen zijn het belangrijkste orgaan bij het sturen van gedrag, gedachten, emoties enz.
Zonder hersenen is gedrag onmogelijk.
(4) Mensen zijn het product van een langdurige evolutionaire geschiedenis. Gedrag van mensen kan
begrijpelijk gemaakt worden door het te plaatsen binnen de evolutie.
 Hersenen zijn een product van de evolutie. Vanaf daar ga je kijken wat het nut is, zoals de
gezichten die je ziet, hoe helpen die ons om voor te leven.

,- Zijn wij ons brein?
- Is wat we doen onze keuze? Oftewel: bestaat de vrije wil? (blz. 198)
Ons brein
Hersenen zijn een wisselwerking, dus geen blokkendoos met allemaal losstaande blokken. Dat je
boos wordt kan je niet beïnvloeden, of je kan niet zeggen ik wil geen drost hebben, je kan wel zeggen
in wacht nog even met drinken.
Blz. 193 tm 198: veel verschillende meningen hierover. Conclusie laatste bladzijde
- Houd je jezelf verantwoordelijk voor alles wat je doet? En een ander?
- Kan een bacterie, krokodil, muis, schaap, chimpansee of mens kiezen wat ie doet?
- Iemand met een verstandelijke handicap?
- Kan een baby van 8 maanden ervoor kiezen om te stoppen met huilen? We kunnen kiezen maar
vanaf wanneer begint dat? Een baby van zo jong zou dit zelf nog niet kunnen kiezen omdat die
structuren niet goed ontwikkeld zijn.
- En een kind van 4 jaar? 8 jaar? 18 jaar?
- En tegen iemand met autisme: ‘Hou nu eens op met dat autisme’.
- Zou je tegen iemand die door een hersenbloeding afasie heeft, zeggen: ‘Nu weer gewoon doen’
- En tegen iemand die door hersenletsel als gevolg van een verkeersongeluk sociaal ongeremd
gedrag vertoont? Dit zal je niet iemand kwalijk nemen
- Houden we dementerenden verantwoordelijk voor hun dementie?
- Niet zo intelligent? Eigen schuld, doe er wat aan?
- En als we onder invloed zijn van medicijnen, alcohol of drugs? Zijn we dan verantwoordelijk voor
ons gedrag?
- Waarom houden we mensen de ene keer wel en de andere keer niet verantwoordelijk voor hun
gedrag?
- Als gedrag wordt veroorzaakt door de eigenschappen van het organisme dat het gedrag vertoont,
kan iemand dan verantwoordelijk worden gehouden voor zijn gedrag?

Vaak lijken we ervan uit te gaan dat de persoon in kwestie geen invloed kan uitoefenen op zijn
gedrag: “Bij hem zit een draadje los”.
Dus de mens als een machine? Niet verantwoordelijk voor zijn gedrag?
 Vraag: Wat vind je van deze opvatting? Mijn mening komt eigenlijk wel een beetje overeen
met de stof van deze les. Ik ben het er mee eens dat je bij bv. een hersenbeschadiging niks
aan je gedrag kan doen, dan wordt de mens dus gezien als een machine. Wel vind ik dat als
een ‘normaal’ persoon probeert te stoppen met roken, maar dit niet lukt het zijn eigen
schuld is. Dan zou de mens dus geen machine zijn, maar ik snap hierbij wel dat als iemand
niet gemotiveerd is dat het een resultaat van het proces in de hersenen is. Dan zou je er dus
zelf geen invloed op hebben en zijn mensen dus wel een machine. Kortom, ik ben het dan
eens met de opvatting dat mensen machines zijn. Alleen vindt het wel heel raar klinken,
omdat ik voor mijn eigen gevoel gewoon kan beslissen of ik iets doe of niet.
- Soms lijken we ook echt op een machine. Bijv. Parkinson en deep brain stimulation (DBS).
- Verlamd een robotarm aansturen
- Een man van wie de seksuele geaardheid veranderde en die een hersentumor bleek te hebben.

In ‘normale’ gevallen, lijken we er juist van uit te gaan dat mensen hun gedrag zelf kunnen bepalen
en er dus zelf verantwoordelijk voor zijn: “Hij is een man uit één stuk”, “Zij heeft geen ruggengraat”.
Hebben we dat toch een eigen wil?

 Dus bij mensen met een ongeluk waardoor hersenschade etc vinden we dat de persoon er niks
aan kan doen & bij ‘normale’ gevallen vinden we dat mensen er wel wat zelf aan kunnend doen,
zoals bij roken dat iemand niet kan stoppen.

,  We hebben er zelf geen invloed op! Dus als iemand niet gemotiveerd is dat is dan resultaat van
proces in de hersenen.

Evolutionaire psychologie (blz. 84 en 85)
- Is jaloezie nuttig? Heeft het een functie?
De functie van jaloezie is het uitlokken van gedrag dat het ontstane verschil tussen jou en een ander
op een voor jou gunstige manier verkleint, om op die manier de kans op het behouden of verkrijgen
van een seksuele partner te vergroten.
- In een heteroseksuele relatie?
Op basis van de seksuele selectie theorie zou je verwachten dat heteroseksuele mannen meer
jaloezie ervaren dan vrouwen. Het zijn namelijk de mannen die in competitie zijn om de kieskeurige
potentiele vrouwelijke partners voor zicht te winnen.
- Is de aard van de jaloezie van een man hetzelfde als die van een vrouw?
Bij M is het nooit met zekerheid vast te stellen of de kinderen die zijn V baart van hem zijn, dan
inverteert hij tijd, energie en aandacht in andermans genen. Hierbij heeft hij dus belang om in de
gaten te houden wat zijn V met andere M doet en zou daarom meer gericht zijn op tekenen van
seksuele ontrouw. Daarnaast wordt er ook nog gesteld dat M hun V meer in de gaten houden tijdens
de ovulatie dan tijdens de rest van de cyclus.
Voor V geldt dat ze fysiek veel meer inverteren in het ter wereld brengen van een kind. Ze weet wel
dat ze haar eigen kind baart en zal daarin de regel tot de volwassenheid voor zorgen. Hierbij is het
vooral belangrijk voor V dat ze een partner hebben die blijft investeren in haar en haar kinderen.
Daarom hebben V meer aandacht voor emotionele aspecten van de relatie. V zullen meer gericht zijn
op emotionele ontrouw dan M.
Mannen dus meer seksuele jaloezie en vrouwen meer emotionele jaloezie

Uitgangspunten van evolutionaire psychologie
Er worden evolutionaire verklaringen gezocht voor de geest, het gedrag en de hersenen van de
mens. (1) Hersenen zijn, net als alle andere onderdelen van het lichaam, de uitkomst van een
evolutionair proces.

(2) Daaruit volgt dat, al is iedereen uniek, ieders geest ook kenmerken heeft die terug te vinden zijn
bij alle andere mensen.
Deze worden door middel van natuurlijke selectie (zie Darwins theorie) doorgegeven van generatie
op generatie omdat ze helpen bij overleving dan wel voortplanting.

Psychologische adaptaties (= aanpassingen) (blz. 86):
- (3) Deze universele kenmerken van menselijke geest, zorgen ervoor dat onze gedragsmogelijkheden
(die in theorie oneindig zijn) gereduceerd worden tot een beperkt aantal reacties. Zo kan je snel en
gepast reageren op bijvoorbeeld een slag, giftig eten of een mogelijk ontrouwe partner
- (4) Zijn complex, bestaan uit verschillende onderdelen (zoals bij jaloezie: seksuele en emotionele
jaloezie), zijn functioneel gespecialiseerd en bovendien talrijk, snel, automatisch en onbewust!

(5) In de hersenen blijken allerlei functies die wij als één geheel beschouwen, te zijn opgebouwd uit
meerdere deelprocessen (bijv. les over de visuele waarneming)

Vraag: Benoem en beschrijf de 4 kenmerken vaan een psychologische adaptatie
- Complex van aard, het voorbeeldgedrag moet veel aspecten/gradaties kennen = dat het niet
eenduidig is en uit meerdere onderdelen bestaat, zoals boosheid. Daarin heb je een aantal fases
zoals het begint bij een stimulus die je opwindt, vinden veranderingen plaats in het lichaam,
structuren zijn daarbij betrokken, hormonen, gedachten en uiteindelijk het gedrag. Het bestaat dus
uit meerdere onderdelen en is daardoor complex.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Donnaveld. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.97. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62555 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.97  1x  sold
  • (1)
  Add to cart