Inhoudsopgave
HC Astma............................................................................................................................................2
HC COPD.............................................................................................................................................7
IC Farmacologie astma en COPD.......................................................................................................13
HC COPD in de huisartsenpraktijk.....................................................................................................19
HC Kinderastma................................................................................................................................24
WG7 Astma en COPD........................................................................................................................29
WG8 Kinderastma en COPD..............................................................................................................34
1
,HC Astma
Global initiative for asthma
Epidemiologie
Een van de meest voorkomende chronische ziekten
5-16% van de mensen
Prevalentie neemt nog toe, ontstaat vaak op kinderleeftijd
Veelvoorkomende oorzaak van school-/werkverzuim
Nog steeds overlijden er patiënten t.g.v. astma
Definitie
Chronische inflammatoire luchtwegaandoening
Veel celtypen spelen hierbij een rol
Luchtweghyperreactiviteit
Periodiek optredende kortademigheid, piepen en hoesten.
Reversibele luchtwegobstructie
Spontaan of door therapie
Inademen gaat prima, uitademen is het probleem.
Het is een complex ziektebeeld. Meest belangrijke celtypen zijn de T-helper-2-cel, eosinofielen, IgG
en de daarbij horende cytokinen.
De inflammatie zorgt ervoor dat de epitheliale laag beschadigd raakt en uiteindelijk verloren gaan.
Hierdoor komen de zenuwuiteinde nog sneller prikkelbaar, waardoor de bronchiale hyperreactiviteit
en inflammatie nog meer op de voorgrond komt te staan.
De prikkelbaarheid lijdt uiteindelijk tot samentrekking van de spieren en dus bronchoconstrictie. Dit
is wat je ziet en wat je meet bij spirometrie.
Ten gevolge van de inflammatie is er meer mucus productie. Dit stapelt op en wordt dan minder
makkelijk opgehoest.
Verschillende fenotypes
2
,Th2-high fenotype
1. Early onset allergic
Allergisch astma op kinderleeftijd. Kan mild tot ernstig zijn. Kan op kinderleeftijd fors zijn, en
daarna overgroeien. Kan ook andersom. Vaak hoog IgG en specifiek IgG. Patiënten reageren
goed op corticosteroïden.
2. Late onset eosinophilic
Vaker op oudere leeftijd. Mensen die opvallend veel sinusklachten hebben. Vaak
neuspoliepen. Minder allergisch, maar intrinsiek een enorme eosinofilie reactie.
Corticosteroïden werken vaak minder goed. Nepolucimap.
Th2- low fenotype
1. Obesitas gerelateerd
Meer bij vrouwen dan bij mannen. Gedachte is dat het misschien wel hormonaal afhankelijk
is. Reageren helemaal niet op corticosteroïden. Patiënten moeten afvallen + hormonaal
beïnvloeden.
2. Neutrofiele astma
Vaak op oudere leeftijd. Behoorlijke obstructie, longfunctie is echt veel achteruit gegaan.
Veel neutrofielen in het sputum. Reageren vaak goed op macroliden. Corticosteroïden doen
het minder goed.
Onderscheid kan je maken in het bloed. Als je het echt niet weet, kan je ook nog naar het sputum
kijken.
Sommige patiënten lopen bij de huisarts,
andere lopen bij de longarts
Discordant symptomen = veel
symptomen, weinig inflammatie
Discordant inflammatie = weinig
symptomen, veel inflammatie
Concordant ziekte = symptomen en
inflammatie ongeveer gelijk
Binnenste hoek vooral bij de huisarts,
alles daarbuiten bij de longarts
Factoren van invloed op ontstaan en beloop
Gastheer factoren
- Genetisch
- Overgewicht
- Geslacht V > M
Omgevingsfactoren
- Allergenen (huisstof, dieren, schimmels, pollen of grassen)
- Infecties (vooral virussen)
- Blootstelling op werk
- Roken (actief dan wel passief), uitlaatgassen, parfum, schoonmaakmiddelen
- Dieet (bv alcohol)
- Emoties
- Medicatie (bv NSAID’s of B-blokkers)
3
, Casus vrouw 23 jaar, student. Vanaf puberteit kortademigheid in aanvallen. Piepen bij mist,
sigarettenrok en inspanning. Hooikoorts en eczeem. Nooit gerookt. Familieanamnese positief,
moeder heeft astma. LO is vaak normaal, evt wheezing.
Diagnose stellen
Vaak typische anamnese
X-thorax (doorgaans normaal)
Als longarts doe je altijd X-thorax, om alternatieve diagnose uit te sluiten
Vasculitiden, eosinofiele pneumonie
Laboratoriumonderzoek: leukocyten differentiatie, eosinofilie, IgE, RAST
RAST is een bloedtest om te kijken naar allergieën, kijken of er sensibilisatie is.
Je mag het pas een allergie noemen als de test positief is + iemand heeft klachten
Evt huidpriktest
Longfunctieonderzoek: spirometrie
Inspiratie is eigenlijk altijd normaal
Expiratie is afwijkend.
BD = bronchodilatatie
Twee dingen wil je zien: enorme
indeuking zichtbaar + reversibiliteit
zichtbaar
Stel je hebt de rode curve, en na
BD verbeterd het niet, moet je de
diagnose op een andere manier
bevestigen.
Het kan zijn dat de
obstructie/inflammatie dusdanig is
dat een keer een pufje niet
voldoende is, dan moet je langdurig met corticosteroïden behandelen en zie je daarna
verbetering. Ook dan mag je van reversibiliteit spreken.
Stel iemand komt met normale groene curve, maar je denkt toch aan astma:
metacholineprovocatietest
Je laat iemand vernevelen met histamine of methacholine, met opgaande dosering.
Als de longfunctie (FEV1) dan met 20% daalt, noem je het ook reversibiliteit van de
luchtwegen
Dan geef je weer ventolin om de obstructie tegen te gaan
Als iemand erge astma heeft, kan iemand bij een lage concentratie al heftig reageren en dit
moet je dus wel in een gecontroleerde setting doen
Bij welke concentratie de longfunctie sterk verminderd is, bepaald of de astma mild of
ernstig is.
Onze casus. X-thorax was niet afwijkend. In het lab was het aantal eosinofiele normaal. IgE was
verhoogd en een sensibilisatie voor HSM en katten. Ze ervaarde ook meer klachten in een stoffige
omgeving of als er katten waren. Dit is dus een allergie. FEV1 was 80% van voorspeld, maar herstel
naar 100% na ventolin. Dan heb je die 20% verbetering.
Conclusie: allergisch astma, met reversibele luchtwegobstructie
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sannahcw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.22. You're not tied to anything after your purchase.