100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting parlementaire democratie Dilemma 4 VWO hoofdstuk 1 $3.30   Add to cart

Summary

Samenvatting parlementaire democratie Dilemma 4 VWO hoofdstuk 1

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Dit is een samenvatting van het hoofdstuk parlementaire democratie van het boek Dilemma, voor 4 VWO.

Preview 2 out of 7  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1
  • April 22, 2021
  • 7
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
H1.1
Je spreekt van een maatschappelijk probleem als:

 Het groepen mensen aangaat
 Het samenhangt met of het gevolg is van een maatschappelijke veranderingen
 Er verschillen van mening bestaan over de oorzaken en over de aanpak
 Het vraagt om een gemeenschappelijke oplossing

Omdat er vaak meer meningen zijn is een gemeenschappelijke oplossing vaak niet zo snel te vinden.
Vaak hangen de verschillen van meningen samen met verschillende opvattingen van waarden en
normen. Waarden zin principes dat mensen belangrijk vinden in het leven en zijn opvattingen over
wat goed is, zoals rechtvaardigheid en eerlijkheid. Normen vormen de verbinding tussen die
algemene waarden en de concrete gedragingen. Bijvoorbeeld bij de waarde eerlijkheid hoort de
norm niet liegen. als een norm een regel is geworden is de straf een sanctie. Bijvoorbeeld de norm
‘gij zult niet doden’ resulteert tot de sanctie dat je in de gevangenis komt. Belangen beïnvloeden ook
het gedrag van mensen. Belangen hebben vaak te maken met het voordeel dat mensen ergens bij
hebben. Bij maatschappelijke problemen zijn er vaak verschillende belangen en is het dus moeilijk
om een gemeenschappelijke oplossing te vinden. Een groep mensen die ergens belang bij hebben
heten belangroepen

Anarchisten vinden dat een staat altijd onderdrukt en dat echte vrijheid pas bereikt kan worden als
de staat verdwenen is. Een staat is een staat als:

 Hij beschikt over een omgrensd grondgebied
 Het grondgebied wordt bewoond door een groep mensen, een volk
 de staat de hoogste macht heeft, de soevereiniteit over dat gebied en de bevolking

vaak wordt de overheid gebruikt als de instantie de hoogste macht heeft, de overheid maakt
namelijk de wetten en heeft het geweldsmonopolie. De staat heeft als taak om het handhaven van
de openbare orden en de veiligheid, waartoe de bescherming van het land behoort. Ook kan een
taak zijn om de samenleving te bevorderen bijvoorbeeld door onderwijs. Ook kan een staat dingen
regelen zoals de aanleg van spoor. Als laatste verdeelt de staat materiele en immateriële goederen.

Politiek is het beleid van de overheid, de totstandkoming van dat beleid en de effecten ervan. Met
overheidsbeleid wordt de doelen bedoeld die de politiek wilt bereiken. Beleid is niet makkelijk op te
stellen omdat de verschillen van belangen en opvattingen ook in de politiek voorkomen. Actoren zijn
mensen die helpen bij een maatschappelijke oplossing. Als een van die actoren de politiek is, wordt
het probleem een politiek probleem.

Macht is het vermogen om iets gedaan te krijgen, om invloed uit te oefenen. Machtsbases zijn de
factoren waarop macht is gebaseerd, zoals functie, geld, kennis en ervaring. Als iets of iemand zijn
macht gebruikt kan hij invloed uitoefenen. Invloed is het uiteindelijke resultaat van het gebruik van
de macht. Als anderen die macht van iemand accepteren is er gezag.

Als een burgermaatschappij problemen oplost in plaats van de politiek is dat een civil society,
bijvoorbeeld kerken of vakbonden.

, 1.2
Referenda zijn volksstemmingen waarbij de inwoners via de stembus hun mening geven over een
bepaalde kwestie. Er zijn 2 soorten referenda: een raadgevend en een bindend referendum. Bij een
raadgevende hoeft de overheid er niet naar te luisteren, bij een bindend wel. In een democratie
besturen de inwoners het land zelf. De overheid is er dan van en voor burgers. Een dictatuur is het
tegenovergestelde van een democratie. In een dictatuur is alle macht in handen van 1 familie, van 1
persoon of van 1 partij. In een militaire dictatuur heeft het leger de macht. In een totalitaire dictatuur
heeft de leider de hele bevolking in zijn macht, vaak is er dan ook een persoonsverheerlijking van
deze lijder. Als er al verkiezingen zijn kan je maar op 1 partij stemmen, er is geen vrije pers en kritiek
op de lijder is verboden. Politieke tegenstanders belanden zonder proces in de gevangenis.

Een land is een democratie als:

 de bevolking haar eigen overheid kiest (direct of indirect), en mag er voor kiezen om de
regering af te zetten voor een nieuwe regering
 mensen mogen zelf kiezen op wie ze stemmen en je mag je eigen partij beginnen. Ook zijn de
verkiezingen anoniem
 de overheid moet de grondwet respecteren
 de rechterlijke macht is onafhankelijk van de overheid en hoeft niet aan de overheid uit te
leggen wat ze hebben gedaan

In Nederland kiezen wij volksvertegenwoordigers voor in de regering die beslissingen nemen voor
ons dit is een indirecte democratie of parlementaire democratie. De kroon op de indirecte
democratie is de Staten-Generaal of het parlement. Ons parlement bestaat uit de eerste en de
tweede kamer. De eerste kamer wordt gekozen door de provinciale staten. Het kabinet bestaat uit
alle landelijke bestuurders: de ministers en de staatssecretarissen. Als het parlement het vertrouwen
verliest in het kabinet valt het kabinet. Dit heet de vertrouwensregel en is de essentie van de
parlementaire democratie.

Een gedecentraliseerde eenheidsstaat bestaat uit 3 lagen: landelijk, provinciaal en gemeentelijk. De
provinciale laag doet het werk dat te klein is voor de landelijke overheid en te groot voor de
gemeente.

Volksvertegenwoordiging Dagelijks bestuur
Landelijk Parlement Regering
 1e kamer  ministers
 2e kamer  koning
kabinet
 ministers
 staatssecretarissen
Provinciaal Provinciale staten College van commissaris van
de koning (CvdK) en
gedeputeerden (GS)
Gemeentelijk Gemeenteraad College van burgemeesters en
wethouders

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ThijmenP. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.30. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78998 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.30
  • (0)
  Add to cart