100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting lesbrief vraag en aanbod $3.47   Add to cart

Summary

Samenvatting lesbrief vraag en aanbod

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level

korte en duidelijke samenvatting van de lesbrief vraag en aanbod, economie

Preview 2 out of 5  pages

  • April 23, 2021
  • 5
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
VRAAG EN AANBOD
H1 MARKTEN
Concrete markt: vragers en aanbieders komen op een bepaalde tijd direct met elkaar in contact.
Abstracte markt: het geheel van vraag naar en aanbod van een bepaald product > geen sprake van
een plaats waar vragers en aanbieders elkaar ontmoeten.
Omzet (TO) = verkoopprijs x afzet = P x q

H2 VRAAG
Als de prijs verandert leidt dit tot een verschuiving langs de lijn.
Bij een bepaalde prijs neemt de vraag toe of af > verschuiving van de lijn.
Ceteris paribus: alle andere factoren die invloed hebben blijven gelijk.

Prijselasticiteit van de vraag: verandering van de vraag als gevolg van een verandering van de prijs.
% ∆ Qv
 Ev=
%∆P
 Elastisch: de prijs reageert meer dan evenredig op een daling/stijging vd prijs.
 Inelastisch: de prijs reageert minder dan evenredig op een daling/stijging vd prijs.

Inkomenselasticiteit van de vraag: de verandering van de vraag als gevolg van een verandering van
het inkomen
% ∆ Qv
 Ey=
% ∆ besteedbaar inkomen
 Vraag naar primaire goederen is inkomensinelastisch.
 Verzadigingsinkomen: vanaf een bepaald inkomen leidt een verdere stijging van het inkomen
niet meer tot een toename van de Qv

Kruislingse prijselasticiteit van de vraag: de verandering van de vraag van het ene goed als gevolg van
een prijsverandering van het andere goed
% ∆ Qv
 Ek=
% ∆ P ander product

Normaal goed: vraag neemt toe als het inkomen stijgt.
Primair goed: de vraag neemt minder dan evenredig toe als het inkomen stijgt
Complementaire goederen: goederen die elkaar aanvullen > bijv vulling en vulpen > negatieve
kruislingse prijselasticiteit
Substitutiegoederen: goederen die elkaar kunnen vervangen > kruislingse prijselasticiteit positief
Inferieur goed: product waarvan de vraag afneemt als het inkomen stijgt > vervangen door
luxegoederen > bijv merkloze spijkerbroek > negatieve inkomenselasticiteit
Luxe goed: product waarvan de prijs meer dan evenredig toeneemt als je inkomen stijgt > vraag is
inkomenselastisch > drempelinkomen

H3 PRODUCTIE
In een bedrijfskolom staan de opeenvolgende schakels tussen grondstof en eindproduct
 Parallellisatie: bedrijven zijn actief in meerdere bedrijfskolommen > bv Hema (buiten kleding ook
andere spullen)
 Specialisatie: toeleggen op 1 activiteit > een bedrijf stoot activiteiten af naar een andere
bedrijfskolom

,  Integratie: bedrijven omvatten meerdere schakels uit een bepaalde bedrijfskolom > onzekerheid
of transactiekosten te hoog.
 Differentiatie: een bepaalde schakel van de bedrijfskolom, een productiefase, afgestoten door
een bedrijf dat eerder deze schakel omvatte.

Berovingsprobleem: bij een samenwerkingsverband investeert de ene partij meer in de
samenwerking dan de andere partij, waardoor de machtsverhouding verandert > fabrikant moet wel
een lage prijs accepteren om nog iets te verdienen
 Verzonken kosten: kosten die als ze eenmaal zijn gemaakt niet meer kunnen worden
terugverdiend als een activiteit wordt gestaakt.
TK = TCK + TVK Marginale opbrengst MO = ∆TO / ∆q
GO =
= q x GTK(=kostprijs) Marginale kosten MK = ∆TK / ∆q
TVK = q x GVK P als
MK = ∆TVK / ∆q
TCK = q x GCK alle
Marginale winst MW = ∆TW / ∆q
TW = TO – TK MW = MO - MK
= q x GW
= q x (P – GTK) consumenten hetzelfde betalen Winstmarge = winst per
Winstmarge = P – GTK product
BE-afzet = kostendekking = kritische afzet TO = TK
GO = GTK
TW = 0
TCK
BE-afzet =
( P−GVK )
Maximale totale winst MO = MK
^bij gegeven verkoopprijs en propVK als MO > MK productiecapaciteit Proportionele
variabele
kosten: de variabele kosten zijn per stuk hetzelfde > de variabele kosten stijgen recht evenredig met
de productieomvang > MK = GVK
Progressief variabele kosten: de variabele kosten nemen meer dan evenredig toe met de
productieomvang > MK > GVK
Degressief variabele kosten: de variabele kosten nemen minder dan evenredig toe met de
productieomvang > MK < GVK

 Zo lang P > GTK: er wordt winst gemaakt: prima zo!
 Als GTK > P > GVK: er wordt weliswaar verlies gemaakt, maar de opbrengst dekt de variabele
kosten, en een deel van de vaste kosten. Stoppen zou betekenen dat alle vaste kosten
verliesposten zijn. Doorgaan dus.
 Als P < GVK: alle vaste kosten en een deel van de variabele kosten zijn verliesposten. Stoppen
geeft lagere verliezen. Stoppen dus!

Duurzame productie: productie die niet ten koste gaat van de welvaart of productiemogelijkheden vd
toekomstige generaties. Schaadt het milieu niet en put de grondstoffen niet uit.
Maatschappelijk verantwoord ondernemen: bedrijven die naast winst (manier waarop) als
doelstelling rekening houden met het effect van hun activiteiten op het milieu en op menselijke
aspecten binnen en buiten het bedrijf > profit, planit, people
Maatschappelijke kosten: interne kosten + externe kosten
 Externe kosten: kosten die niet in de verkoopprijs zijn opgenomen zoals kosten voor het
schoonmaken van vervuilde grond. Behoren voor de samenleving als geheel wel tot de kosten

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ebakkum. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.47. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.47
  • (0)
  Add to cart