, 6.7 Experimenteel onderzoek ......................................................................................................................... 38
6.7.1 Mening van experts ........................................................................................................................... 38
6.7.2 Case reports, case series .................................................................................................................... 38
6.7.3 N- of – 1 study.................................................................................................................................... 38
6.7.4 Controlled clinical trial (cct) ............................................................................................................... 39
6.7.5 Randomized clinical trial (rct) ............................................................................................................ 40
6.7.6 Systematische review ........................................................................................................................ 40
6.7.7 Meta analyse .....................................................................................................................................40
6.8 Outcome onderzoek ................................................................................................................................. 41
6.8.1 Patiënt- controle studie (case control) ............................................................................................... 41
6.8.2 Cohort studie (pre- existing groups with covariates) .......................................................................... 41
7 Kwalitatief onderzoek....................................................................................................................................... 41
7.1 Wat is kwalitatief onderzoek? ................................................................................................................... 41
7.2 Soorten kwalitatief onderzoek .................................................................................................................. 42
7.2.1 Fenomenologisch .............................................................................................................................. 42
7.2.2 Ethnografisch ....................................................................................................................................42
7.2.3 Gefundeerde theoriebenadering (grounded theory) ..........................................................................42
7.2.4 Participerend actieonderzoek............................................................................................................ 42
7.3 Methoden van dataverzameling................................................................................................................ 42
7.4 Verwerking van kwalitatieve gegevens .....................................................................................................42
7.5 Fasen van data- analyse ............................................................................................................................ 43
7.5.1 Opdelen en open coderen ................................................................................................................. 43
7.5.2 Beschrijven en theorievorming .......................................................................................................... 43
7.5.3 Concluderen ......................................................................................................................................44
7.6 Methoden van dataverwerking ................................................................................................................. 45
7.6.1 Thematische inhoudsanalyse (thematic content analysis) ................................................................. 45
7.6.2 Constante comparatieve methode (constant comparative method) ................................................. 45
7.6.3 Framework analyse ...........................................................................................................................46
7.7 Beoordelen van kwalitatief onderzoek ......................................................................................................46
7.7.1 Streven naar betrouwbaarheid en geldigheid .................................................................................... 47
8 Kwantitatief onderzoek via enquêtes................................................................................................................ 47
8.1 Vragen opstellen .......................................................................................................................................49
8.2 Antwoordmogelijkheden .......................................................................................................................... 50
8.3 Engelstalige vragenlijst gevonden? ........................................................................................................... 51
8.4 Opbouw vragenlijst ................................................................................................................................... 51
9 Vragenles?? ...................................................................................................................................................... 52
2
,PROFESSIONEEL REDENEREN 3
1 KORTE HERHALING PR 1
Notities:
Er zijn verschillende soorten wetenschappelijke benaderingen: empirische- analytische referentiekader en het
interpretatief referentiekader. Het empirische – analytische referentiekader = het meest wetenschappelijke dat we
kennen uit het onderzoeksidee. Je gaat opzoek naar feiten, je hebt een bepaalde theorie/ hypothese en je probeert
die hypothese te toetsen aan de hand van observaties, aan de hand van empirische data die je gaat verzamelen
door middel van onderzoek. Het is de grootste en meest bekende manier om aan wetenschap te doen. Het
interpretatief referentiekader dat we vele beter kennen als kwalitatief onderzoek: we gaan niet honderden mensen
gaan testen maar gaan we een paar mensen selecteren en daar bv. een interview bij afnemen om tot in de diepte te
weten te komen wat het voor die bepaalde persoon betekent.
Het zijn 2 aparte kaders, 2 aparte benaderingswijze van wetenschappelijk denken. Je hebt in de meeste
gezondheidszorgen meer empirisch- analytisch, psychologie is ook voor een stuk empirisch- analytisch. Sociaal
werk gaan vaker interviews doen, focusgroepen doen,… Ergotherapie zit daar ergens tussenin, ergotherapie is een
two body practice: aan de ene kant maken we gebruik van kwalitatief onderzoek (interpretatief referentiekader),
maar aan de andere kant doen wij ook testings bij patiënten, gaan wij ook hypotheses opstellen en gaan we die
proberen te bevestigen of te weerleggen aan de hand van het analytische kader
EVIDENCE BASED PRACTICE (EBP) – EVIDENCE INFORMED PRACTICE (EIP)
Notities:
= een onderdeel van de ergotherapie en dat gaat over onze
klinische beslissing. 1x we in de praktijk zijn dan willen we onze
klinische beslissing een stuk baseren op wat de literatuur zegt. We
gaan ons ook voor een stuk baseren op uw eigen kennis is,
hetgeen je geleerd hebt op school maar ook wat uw collega’s van
kennis aandragen, uw eigen voorkeuren ook kunnen daarmee van
tel zijn. Je gaat ook rekening houden met de waarden en
voorkeuren van de cliënt en tenslotte je gaat je baseren op de
literatuur. Onze eigen klinische beslissing in de praktijk die zullen
we altijd moeten baseren op die 3 benaderingen. Als je bijvoorbeeld bij iemand werkt met een chronische-
vermoeidheidssyndroom, als je daar al langer mee werkt dan heb je zelf daar al wat kennis op maar je gaat ook
vragen aan de cliënt wat zijn voorkeur is op behandeling en je gaat je baseren op hetgeen je terugvindt in de
literatuur: wat werkt er nu juist? Op basis van die 3 elementen gaat u uw klinische beslissing gebruiken +
implementeren. De klinische beslissing gebaseerd op de 3 elementen is hetgeen dat wij EBP/ EIP noemen, uw
bewijst zich op bewijskracht vooraleer u een beslissing neemt. Het is uiteraard ook afhankelijk van de context
waarin u zich bevindt: in universitaire ziekenhuizen gaat men meer belang hechten aan de wetenschappelijkheid
van de behandelingen dan in een WZC, waar misschien evidence wel belangrijk is maar toch van een andere graad is
dan in zo’n universitair ziekenhuis
3
, Notities:
Klinisch probleem: je zit met een cliënt waar je een behandeling
voor wilt opstellen en u gaat dan op basis van de klinische vraag van
het klinische probleem een PICO element selecteren, je gaat dus
een concrete vraag stellen. Op basis van de PICO vraag ga je de
literatuur induiken en gaat evidence bewijskracht zoeken. Op basis
van de evidence dat je vindt, ga je die kritisch beoordelen. Op basis
van de beoordeling die je gaat terugpakken naar je cliënt/ naar je
collega’s eventueel en op basis daarvan ga je je eigenlijke
behandeling opstarten -> evidence implementeren. De
behandeling ga je evalueren en dan is de cyclus is het rond.
1.1 OP ZOEK NAAR EEN ANTWOORD …
• …. Op welke vraag?
• Klinische vraag: diagnostiek, effect van interventies, prognostiek
• Omzetten naar een beantwoordbare vraag adhv PICO- regel
PICO- regel:
• P: patiënt of probleem (wie?)
• I: interventie (wat?) – test – blootstelling risicofactor
• C: co- interventie (wat ook?) – gouden standaard – geen blootstelling
• O: outcome of resultaat (waarom? Effect waarop?) – kwaliteit van de test – optreden ziekte na blootstelling
Notities:
Wij zijn binnen de literatuur opzoek naar antwoord. Je moet je vraag duidelijk krijgen/ je moet de klinische vraag
verduidelijken. Klinische vraag kan zijn over diagnostiek: wat is de juiste diagnose van deze patiënt? Wanneer kan ik
spreken van een effectieve depressie? Wanneer kan ik spreken van een duidelijk handelingsprobleem? (diagnostisch
probleem). Maar je zou ook kunnen nagaan wat een bepaald effect van interventies zijn: het kan zijn dat je bepaalde
interventies kent vanuit school of dat je het hebt leren kennen door een boek te lezen,… dan ga je die moeten
implementeren en op basis daarvan ga je die ook moeten evalueren en kijken wat het effect is geweest van uw
interventie. Prognostiek: wat gebeurt er met mijn cliënt? Hoe lang gaat die goed zijn als ik deze behandeling
toepas? Wat is de prognose naar de toekomst toe?
-> deze vraag ga je moeten omzetten naar een PICO
1.2 METHODE (SYSTEMATISCHE) LITERATUURONDERZOEK
• Vraagstelling: adhv PICO-regel (zeker bij Engelstalig literatuur)
• Trefwoorden: Engels
• Combinatie zoektermen
• Beperking zoektermen (publicatiejaar, auteur, soort onderzoek etc.)
• Bronvermelding bijhouden
Methode:
• Snuffelen – browsing
✓ Oriëntatie – basiskennis, wikipedia, handboeken, overzichtsartikel
• Sneeuwbalmethode: op basis van het goede artikel, vind je meerdere goede artikelen door in de
referentielijst te kijken
✓ 1 goede publicatie = uitgangspunt
✓ Via literatuurlijst
• (Systematisch) literatuuronderzoek
✓ Trefwoorden
Methode: eindwerk >< PR 3
• Eindwerk
✓ Snuffelen – browsing
✓ Sneeuwbalmethode
✓ (systematische) literatuuronderzoek
• PR 3
✓ Onderzoeksartikel (correlatiestudie, RCT)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller EllenPellis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.