Dit document heeft meer uitleg over de algemene informatie over het betreffende vak Frans. In dit document staan alle vaardigheden die je moet bezitten voor de derde graad ( ASO, TSO) + examencommissie
SCHRIJVEN EN SPREKEN , ÉCRIRE ET PARLER
BESCHRIJVEN , DÉCRIRE
INFORMATIE GEVEN / VRAGEN
INSTRUCTIES GEVEN
IETS OF IEMAND BESCHRIJVEN
EEN SPONTANE MENING , REACTIE GEVEN
ECHTE OF VERZONNEN SITUATIES , GEBEURTENISSEN SCHRIFTELIJK BESCHRIJVEN
VERTELLEN , RACONTER
VERTELLEN OVER JE DROMEN , VERWACHTINGEN EN AMBITIES (oefenen)
RAPPORTEREN , RAPORTER
VERSLAG UITBRENGEN OVER EEN SITUATIE , ERVARING , GEBEURTENIS (oefenen)
UITLEGGEN , EXPLIQUER
ZAKEN UITLEGGEN EN TOELICHTEN (oefenen)
ANALYSEREN EN STRUCTUREREN , ANALYSER ET STRUCTURER
TEKST SAMENVATTEN (oefenen)
EEN BRIEF OF E-MAIL SCHRIJVEN
ARGUMENTEREN ? ARGUMENTER
EEN WAARDERING KORT TOELICHTEN (oefenen)
EEN STANDPUNT VERWOORDEN MET ARGUMENTEN EN VOORBEELDEN (oefenen)
JE SPREEKT OF SCHRIJFT , VOUS PARLEZ OU ÉCRIVEZ
JE SPREEKT OF SCHRIJFT => 3e MAAND ZAL DIT AFGEWERKT WORDEN
, Schrijven en spreken
BESCHRIJVEN
INFORMATIE GEVEN / VRAGEN
In het Frans kan een vraag op verschillende manieren gesteld worden. Dit heeft
vaak te maken met de sociale kring waarin men zich bevindt. In de kolom
hieronder staan drie manieren om een vraag te stellen, waarbij aangegeven
wordt welk taalgebruik men in welke omstandigheden hanteert .
3. OFFICIEEL
TAALGEBRUIK
1. Algemeen gebruik
zin met EST-CE QUE
VRAAGWOORDEN 2. VRIENDEN/FAMILIE
intonatie: INVERSIE: omkeren ww-
Betekent "is het dat" maar onderwerp.
Met voorbeeldzinnen
wordt niet vertaald; is
en vertaling toon omhoog aan
beleefdheidsvorm
het eind van de zin Let op : dit kan alleen
▼ met je, tu, il, elle, on,
▼ nous, vous, ils, elles
▼
als onderwerp !
▼
Gewone vraagzin met
stijgende toon aan het
eind van de zin Est-ce que tu es
Tu es français ? Es-tu français ?
français ?
(Ben je Frans ?)
Komen jullie/komt U ?► Est-ce que vous venez ? Vous venez ? Venez-vous ?
QUE / QUOI (wat)
Qu’est-ce que vous
Vous étudiez quoi ? Qu’étudiez-vous ?
étudiez ?
(Wat studeer je ?)
Wat doet zij ?► Qu'est-ce qu'elle fait ? Elle fait quoi ? Que fait-elle ?
(À) QUI ((aan) wie)
Qui est-ce que tu invites ? Tu invites qui ? Qui invites-tu ?
(Wie nodig je uit ?)
À qui est-ce que vous
Aan wie schrijf je ? ► Vous écrivez à qui ? À qui écrivez-vous ?
écrivez ?
Comment est-ce que vous Vous venez comment Comment venez-vous au
COMMENT (hoe) venez au bureau ? au bureau ? bureau ?
(Hoe komt u naar
1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller declercqldc. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.91. You're not tied to anything after your purchase.