De Geo Leefomgeving Wonen in Nederland hoofdstuk 2 vwo
2.1
Stroomgebied: het hele gebied dat afwatert op een bepaalde rivier en zijn zijrivieren
Stroomstelsel: rivier met alle zijrivieren en vertakkingen die deel uitmaken van hetzelfde
stroomgebied
De Eems en de Westerschelde zijn beide een estuarium
Waterscheiding: de grens tussen twee stroomgebieden
Lengteprofiel: grafische weergave van de hoogteligging van de loop van een rivier of beek over een
bepaald traject, bijvoorbeeld vanaf de bron tot de monding, waaruit het verval blijkt
De Rijn is een gemengde rivier die, voor hij uitmondt in de Noordzee, zes landen aandoet, de
zogenoemde Rijnoeverstaten
De Rijn is met zijn 1320 km een van de langste rivieren van Europa en een belangrijke waterweg voor
het scheepvaartverkeer. Bijna 2.3 deel van de rivier en van het stroomgebied ligt in Duitsland
Lengteprofiel van de Rijn
Bovenloop
- De bovenloop loopt tot aan Bingen vindt hier vooral goed doorlatende zand- en
kalkafzettingen
- Vooral in het eerste traject tot de Bodensee (395 m) is het verval groot
- Door de hoge gemiddelde stroomsnelheid is de erosie in de bovenloop groter dan de
sedimentatie
Bovenloop: deel van een rivier of beek vanaf de bron of oorsprong tot de middenloop, waar het
verval, de stroomsnelheid en de uitschuring (erosie) over het algemeen groot zijn
Verval: hoogteverschil tussen twee plaatsen langs een rivier of beek
Tussen Basel en Bingen loopt de Oberrhein langs de grens met Frankrijk aan weerszijden van dit
deel van het Rijndal liggen twee bergketens: het Zwarte Woud en de Vogezen
- Bestaan voornamelijk uit harde, granietachtige gesteenten die omhooggeduwd zijn langs
breuken in de aardkorst.
- De Bovenrijnslenk vormt hier als een reusachtige goot het stroomdal van de Rijn
Middenloop
- De middenloop na Bingen stroomt door een gebied dat voor een groot deel uit
ondoorlatende leisteenafzettingen bestaat
o Het leisteenplateau is gedurende miljoenen jaren langzaam omhooggeduwd, terwijl
de Rijn zich in diezelfde periode diep insneed in het landschap
o Op sommige plaatsen zijn vulkanische afzettingen door de oude gesteentelagen
gebroken en moet het water zich door een smalle kloof persen
o De harde basaltrotsen in de ondiepe rivierbedding vormen een gevaar voor de
scheepvaart en een obstakel voor de waterafvoer
, Middenloop: deel van een rivier of beek tussen bovenloop en benedenloop waar erosie en
sedimentatie ongeveer in evenwicht zijn
Waterafvoer: de manier waarop overtollig water uit een gebied wegstroomt of wordt verwijderd
Benedenloop
- Vanaf Keulen begint de benedenloop, die onder de naam Niederrhein de Nederlandse grens
bereikt. Vanaf de grens zoekt de rivier door de Rijndelta zijn weg naar zee
- Het verhang is vanaf Keulen nog maar klein en neemt naar de monding toe af daardoor
wordt de stroomsnelheid lager en neemt sedimentatie toe
Benedenloop: deel van een rivier of beek vanaf de middenloop tot de monding, waar het verval en
de stroomsnelheid over het algemeen gering zijn en de sedimentatie groot is
Verhang: hoogteverschil tussen twee plaatsen langs een rivier of beek, uitgedrukt in kilometers
- Hoogteverschil (verval) : afstand
De Rijntakken zijn overal bedijkt. In het gebied tussen de riviertakken liggen de polders als badkuipen
achter de dijken
Rijn: Bovenloop veel reliëf, middenloop al minder reliëf, benedenloop vrij vlak (Dit patroon hebben
de meeste rivieren)
De Maas is ruim 900 km lang. De bron is te vinden op het Plateau van Langres in Noord-oost-
Frankrijk, ongeveer 400 m boven zeeniveau. Het stroomgebied bestaat uit een Frans, een Belgisch en
een Nederlands deel met elk een eigen karakter
Regenrivier
Bovenloop
Het Franse deel van de Maas kronkelt door de Franse Ardennen in noordelijke richting en is
bevaarbaar vanaf Sedan. Het Franse stroomgebied is een zacht golvend heuvellandschap, met weinig
verhang. Een groot deel van de neerslag die er valt, zakt in de poreuze kalkrijke bodem weg. Heel
geleidelijk komt een deel van die neerslag uiteindelijk in de Maas terecht.
Middenloop
In de Belgische Ardennen heeft de Maas zich diep ingesneden in het bergachtige leisteenmassief. De
ondergrond is stenig en slecht doorlatend, waardoor de neerslag snel de Maas in stroomt.
- De streek is dicht bebost, maar de dunne bodemlaag kan maar weinig water opnemen. Langs
de vele steile hellingen verzamelt de neerslag zich in smalle dalen. Een groot aantal riviertjes
voert het water in korte tijd naar de maas af.
Hevige regenval in de Ardennen kan binnen een etmaal leiden tot hoge
Maaswaterstanden in Nederlands Limburg vertragingstijd onder deze
omstandigheden is gering
Omdat het stroomgebied van de Maas betrekkelijk klein is, is de kans groot dat er overal
in het stroomgebied tegelijkertijd veel regen of sneeuw valt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marloeoosterlaar. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.