100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Inleiding Sociologie Samengevat $3.21
Add to cart

Summary

Samenvatting Inleiding Sociologie Samengevat

 24 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van al het verplichte leeswerk en de hoorcolleges voor inleiding sociologie. Bij sommige weken staan aantekeningen van de werkcolleges. Met deze samenvatting heb ik het vak met een 8 afgesloten.

Preview 3 out of 28  pages

  • Yes
  • April 25, 2021
  • 28
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
SAMENVATTING INLEIDING SOCIOLOGIE
WEEK 1 Wat is sociologie?
Kennisclips

Bij sociologie wordt er geen gebruik gemaakt van een individueel perspectief (focust op individuele
oorzaken), maar van een sociologisch perspectief.

- Sociale oorzaken
- Sociologische verbeelding (uitleg van gedrag gebaseerd op sociale oorzaken)
- Sociale Context

Sociologie is het wetenschappelijk bestuderen van sociale fenomenen, collectief menselijk gedrag.
De invloed van sociale context en het veroorzaakte collectieve gedrag is hierbij van belang.
Het sociologische en individuele perspectief vullen elkaar aan, maar zijn ook alternatieven. Oorzaken
kunnen proximate en ultimate zijn. Proximate is daarbij individueel, dicht bij het te verklaren
fenomeen, en ultimate is sociologisch, de factoren die proximate causes veroorzaken.
Sociale context speelt zich op macro, meso en micro niveau af. Dus land, buurt en het individu.

Goede sociologische vragen hangen af van precisie en relevantie. De vraag moet duidelijk weergeven
waar je interesse ligt. 4 kenmerken zijn nodig: gedrag/interesse, context, periode en populatie.
Sociologische vragen moeten zo precies mogelijk zijn. Wel moet een vraag nog wetenschappelijk of
het liefst maatschappelijk relevant zijn (het probleem speelt zich nu af). Je wil niet dat het antwoord
al bekend is, de vraag onwaar is of onbeantwoordbaar is of slechts op een enkel geval slaat.

Sociologische theorieën verklaren bepaalde sociale fenomenen. Een wetenschappelijke verklaring
houdt in dat een observatie verklaard wordt door proposities en condities. De observatie moet
logisch afgeleid kunnen worden.

- Propositie: algemene wetmatigheden/relaties
- Condities: specifieke uitspraak over iets in een context die de propositie aan de observatie en
hypotheses verbindt.

Je leidt je hypothese uit een propositie af door daar nieuwe condities aan te verbinden. Vervolgens
ga je op zoek naar empirische bewijzen hiervoor. Een sociologische theorie is niet alleen een
verklaring, maar een logisch samenhangende verzameling van proposities en aannames over
condities die sociale fenomenen uitleggen en die hypothesen genereren. Deze manier van
fenomenen uitleggen met behulp van proposities en condities heet een deductieve-nomologische
verklaring. Dit kan je weer geven in een theorie schema. De hypothese is alleen waar als de
propositie en conditie beide waar zijn, terwijl de observatie verklaard wordt door deze twee (als de
hypothese dus geverifieerd is. Het kan modus tollens niet zo zijn dat P waar is terwijl C dat niet is of
andersom.

Een nuttige theorie hangt af van waarheid en informatie gehalte. Waarheid is onzeker, maar we
weten wel of een theorie empirisch succes heeft. Maar een uitspraak naar waarheid kan ook
nutteloos zijn, een tautologie, altijd juist. Daarom is het informatiegehalte van een theorie ook heel
belangrijk voor het nut van de theorie. Het informatiegehalte kan verhoogd worden door de
theoretische precisie en reikwijdte. Kortom: theorieën zijn nuttig als ze overeen komen met
empirische observaties en precies is met een brede reikwijdte.

,Theoretische tools helpen je om theorieën op een systematische manier te presenteren. Dit kan met
schema’s, formele modellen en conceptuele modellen. Conceptuele modellen kijken naar causale
relaties, met x en y variabelen en positieve en negatieve pijlen. Conceptuele modellen laten directe
causale verbanden weer. Soorten verbanden:

- Direct causaal verband
- Complete mediation, compleet uitgelegd door 1 variable
- Partial mediation, deels uitgelegd door die variabele
- Bidirectional relation, alle kanten op
- Moderatie effecten, de relatie is afhankelijk van andere variabelen (interactie effect)
- Er zijn verschillende hulpstukken, met concepten en pijlen.

Hoofdstuk 1

Onderwerpen worden vaak bestudeerd door sociologen als ze een sociaal probleem zijn:

- Gaan verder dan het individu (beïnvloed veel mensen)
- Veel mensen zijn er bij betrokken (het staat in conflict met bepaalde waardes)

Public issue
personal trouble

Hoe meer mensen betrokken zijn, hoe erger het sociale probleem is en hoe erger ze in conflict staan
met de waardes. Wat gezien wordt als sociaal probleem kan per tijd en context verschillen. Als iets in
een land een sociaal probleem is, hoeft dat in andere landen niet zo te zijn. Wat gezien wordt als
sociaal probleem hangt samen met de waardes van mensen. Sociale problemen hoeven niet perse
voor een heel land te gelden, maar kunnen ook op meso (familie, wijk) niveau aanwezig zijn. Dit
conflicteert alleen met de definitie van sociale problemen in de zin dat ze veel mensen beïnvloeden.
Van Tubbergen accepteert ook lokale en eigen aan bepaalde sociale categorieën problemen als
sociaal.

Sociologen proberen accurate wetenschappelijke beschrijvingen en theoretische verklaringen te
geven voor sociale fenomenen. Er zijn drie hoofddoelen: beschrijven, uitleggen en toepassen (van
kennis). Het beschrijven, uitleggen en toepassen van kennis op sociale problemen kan tot een
oplossing leiden. Meestal houden overheden en organisaties zich bezig met het oplossen van deze
problemen. Om doeltreffend beleid te maken is inzicht in de natuur en oorzaken van sociale
problemen nodig.

- Sociologen benaderen sociale problemen van een wetenschappelijk oogpunt, als sociale
fenomenen. Sociale problemen hebben een normatieve dimensie (waarden worden
bedreigd, mensen willen dit oplossen en dit wordt gedaan door oplossingen aan te dragen).
Sociale fenomenen zijn wetenschappelijke interesses.

Om sociale problemen te kunnen begrijpen hebben we een accurate beschrijving er van nodig. Deze
worden vervolgens op een wetenschappelijke manier uitgelegd, waarbij de uitleg getest wordt aan
de hand van empirische gegevens. Bij het toepassen en delen van inzichten keren sociologen terug
bij de normatieve dimensie. Dit doen ze met:

- Voorspellingen over wat er waarschijnlijk zal gaan gebeuren.
- Het ontwikkelen en evalueren van sociale interventies, gebaseerd op empirie en
wetenschappelijke inzichten, met als doel het probleem te verkleinen. De maatschappij en

, politiek kunnen op basis hiervan bepalen welke interventies zij geschikt achten. Het
beschrijven en begrijpen van het sociale leven zegt niks over hoe dit zou moeten zijn.

Als het werk van sociologen betrekking heeft op wat er nu in de maatschappij speelt, is het
maatschappelijk relevant. De waarde van sociologie ligt in de wetenschappelijke kennis die
gegenereerd wordt op basis van de huidige sociale problemen. Publieke sociologie zou geen politiek-
normatieve ideologie moeten ondersteunen. Omdat er ook non-sociale factoren betrokken zijn bij
sociale problemen, zijn er vaak meerdere wetenschappelijke disciplines nodig om ze op te lossen.

Sociologische vraagstukken ontstaan wanneer de normatieve vragen rondom sociale problemen aan
de kant geschoven worden en er gefocust wordt op de wetenschappelijke aspecten. De vraag moet
dus wetenschappelijk zijn en over sociale fenomenen gaan. Van belang is het doel van de vraag.

- Beschrijvende vragen (Qd): hoe veel, wat? beschrijvend, te beantwoorden door observaties
(O)
- Theoretische vragen (Qt): waarom? Te beantwoorden met theorieën en daarvan afgeleide
hypothesen.
- Toepassende vragen (Qa): wat zal er in de toekomst gebeuren, wat zijn de consequenties van
bepaalde interventies
- Precise, ill-defined -> wat zijn de vraagingrediënten (hoe breed, informatief etc)
- False theoretical question
- Comparative-case question

Sociologen bestuderen hoe sociale contexten over tijd veranderen, om sociale trends te ontdekken,
long-term en periodisch. Ook kan vergeleken worden tussen sociale groepen.

Sommige mensen nemen aan dat sociologie gelijk is aan algemenen kennis of intuïtie, maar er zijn
vaak intuïtieve argumenten te geven voor alle opties, terwijl sociologen daadwerkelijk onderzoek
doen en werken op basis van empirische gegevens. Vaak is algemene kennis juist verkeerd als het om
het begrijpen van sociale fenomenen gaat. Just mythes weerleggen en onverwachte sociale patronen
blootleggen is het werk van sociologen. Prive sociologie verschilt van academische sociologie. De
kennis gegenereerd door academische sociologie wordt gezien als objectief. De kern van sociologisch
werk is om systematisch en kritisch bestuderen of onze beschrijvingen en begrip van sociale
fenomenen kloppen. Tegelijkertijd vereist dit vaak het geloven dat je beschrijving juist is. Mensen
hebben vaak last van confirmation bias, wat de reden is dat sociologen hun bevindingen systematisch
moeten testen. Intuïtieve ideeën worden onderhevig aan systematische en rationele bediscussiëring.

Omdat sociologie een cumulatieve wetenschap is kunnen eerdere uitkomsten van onderzoeken ook
helpen en uitgebreid worden bij nieuwe onderzoeken. Daarom zijn er niet slechts een paar klassieke
onderzoekers waarvan het werk bestudeert moet worden, maar ook naar de voorgang gekeken
worden. Er is sprake van achtergrond kennis. Daarom is het ook zo belangrijk om de uitkomsten van
onderzoek te delen. Sociologen werken samen in sociologische gemeenschappen.

Hoofdstuk 2

Een theorie is een coherente set van proposities en aannames over condities die bepaalde
fenomenen uit kunnen leggen en hypotheses genereren over andere fenomenen. Deze kunnen
weergegeven worden in een theory schema. De aanpak die in de sociologie gebruikt wordt is
deductief-nomologisch.

Een bruikbare theorie is waar en informatief. Een hoger informatiegehalte kan de waarheid van de
theorie in gevaar brengen, wat het lastig maakt om een uitgebreide theorie te verdedigen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller siframeijers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
Add to cart
Added