Training voor het nieuwe examen met historische contexten
Duidelijke, overzichtelijke samenvatting over heel het hoofdstuk Duitsland! Met jaartallen en verbanden (oorzaak/gevolg) geen lappen tekst dus heerlijk overzichtelijk met alle info die je nodig hebt. Ik sta hierdoor een 8 voor geschiedenis
Ges 6V H3 Duitsland (1871-
1945)
Begin Duitse eenheid
- Voor eenheid -> Duitsland bestond uit allerlei kleine provincies/staatjes
- Duitse Bond (1816) -> nog steeds geen sprake van eenheid binnen rijk
- al 2 mislukkingen: (Congres van Wenen, Frankfurther parlement)
- Wilhelm I -> Koning van Pruisen = militaristische staat oosten van Duitsland
- Wilhelm I wil legerhervormingen -> krijgt geen geld van Landdag (parlement)
De oorlogen van Bismarck
- Otto von Bismarck -> Minpres (1862)
- Wilde wel het leger hervormen -> ‘Realpolitiker’
1. Deens-Pruisische oorlog (1864)
- Bismarck wil Sleeswijk en Holstein veroveren
- Alliantie met Oostenrijk
- Bismarck verslaat de Denen
2. Pruisisch-Oostenrijkse oorlog (1866)
- Bismarck keert zich tegen bondgenoot
- Bismarck wil FA erbuiten houden -> keizerrijk Napoleon
- Oorlog over Sleeswijk en Holstein
- Bismarck wint bij Koninggratz -> Oostenrijk wordt uit de Duitse Bond gegooid
- Bismarck vormt een eigen bond: Noord-Duitse Bond (Dominant Pruisen)
- (1867) Oostenrijk + Hongarije vormen een staat
- (Hitler wil later Oostenrijk er weer bij)
3. Frans-Pruisische oorlog (1870-1871)
- Oorlog tegen Napoleon III van Frankrijk
- Pruisen wint door: Slag bij Sedan (militaire overwinning) en Omsingeling Parijs
(hongersnooden)
- Fransen werden vernederd -> Revanche-gedachten
- Noord-Duitse Bond vervangen door Duitse Keizerrijk (1871,Wilhelm I) in Versailles
- Ook Elzas-Lotharingen afgenomen van FA (grondstoffen) + herstelbetalingen
- Bismarck (nu rijkskanselier) stopt met oorlogen -> genoeg is genoeg
- Dood van Pruisen
, Het Duitse keizerrijk
- Wilhelm I enorm veel macht -> meer dan rijksdag
- Volk koos via kiesdistricten rijksdag, keizer koos rijkskanselier (Kiest ministers + Militair
opperbevelhebber)
- Rijksdag kon makkelijk door rijkskanselier of Bondsraad (provinciale staten) worden
ontbonden
Politieke stromingen
- Conservatieven/nationaal-liberalen: aanhang hogere lagen van bevolking
- Centrumpartij: Katholieke aanhang -> tot 1912 meestal grootste
- Socialisten: vooral aanhang onder arbeiders -> 1917: communisten en socialisten
Gelaagdheid van de bevolking
- Adel, officieren en hoge ambtenaren: beheersten openbare mening, prestige en veel
grond
- Grote fabrikanten en Bankiers: Vaak werd er getrouwd met adel voor meer status,
(geldadel)
- Lagere ambtenaren, arbeiders in dienstensector: Bekneld tussen laag en hoog
- Boeren, arbeiders in industrie: Merkte niks van welvaart, trouw aan religie
Alliantiepolitiek van Bismarck
- Fransen zullen ooit gaan aanvallen -> bondgenootschappen sluiten -> Frankrijk isoleren
- (1873) Driekeizersbond= Duitsland, Oostenrijk-Hongarije (akkoord voor economie),
Rusland
- Frankrijk en Rusland mogen NOOIT samenwerken -> tweefronten-oorlog
- Behouden van huidige machtsevenwicht
- Congres van Berlijn (1878)= Oplossen van problemen bij de Balkan-staten
Conferentie van Berlijn (1884-1885)
- Over de strijd om grondstoffen (Industrialisering)
- Bismarck wil geen kolonien -> meer bezig met machtsevenwicht Europa
- Verdeeld Afrika naar machtsevenwicht -> VS ook aanwezig
Weltpolitik van Wilhelm II
- (1888) Wilhelm II -> Nieuwe keizer van Duitsland -> streven naar autocratie
- (1888) Het 3 keizerjaar
- (1890) Ontslag Bismarck -> oneens met elkaar
- Duitsland zou ook kolonien moeten krijgen -> meedoen aan weltpolitik
- (1887) Driekeizersbond word niet verlengd ->
Frankrijk pakt kans: (1894) Frans-Russischealliantie-> (1907) aansluiting van Engeland ->
Entente Cordiale -> Duitsland is bang -> Von Schliefenplan
- Engeland: Vreest voor Duitse Weltpolitik (kolonien)
- (1898) De Vlootwet = Wilhelm wil machtevenwicht doorbreken -> Expansie Duitse vloot
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller charlie49. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.