100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Alle stof voor het eindexamen economie 20-21 $4.73   Add to cart

Summary

Samenvatting Alle stof voor het eindexamen economie 20-21

2 reviews
 19 views  2 purchases
  • Course
  • Level
  • Book

een volledige samenvatting van het boek examenoverzicht met alle stof voor het eindexamen 20-21

Preview 2 out of 6  pages

  • Yes
  • April 26, 2021
  • 6
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5

2  reviews

review-writer-avatar

By: soukainataourirt04 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: britttuinte • 3 year ago

avatar-seller
Economie examen
A. De markt
A1. Vraag en aanbod
Als de prijs daalt, stijgt de gevraagde hoeveelheid. De betalingsbereidheid is de maximale prijs die
de consument betaalt voor het product. De individuele vraag wordt door 5 factoren beïnvloed. Dit
zijn individuele voorkeuren, beschikbaar budget, aanwezigheid en prijs van substitutie goederen
(koffie/thee), aanwezigheid en prijs van complementaire goederen (koffie/koffiefilters) en de
exogene factoren. Verschuivingen van de vraaglijn kan komen door verandering behoeften vragers,
verandering budget vragers, prijsverandering substitutie/complementaire goederen en verandering
aantal vragers.

De mate waarin de vraag reageert op een prijsverandering noemen we de prijselasticiteit van de
vraag (% verandering vraag : % verandering prijs). Als de uitkomst kleiner is dan -1 is het elastisch
(heftig, inferieur) en als het tussen de 0 en -1 zit is het inelastisch (minder heftig, noodzakelijk). De
inkomenselasticiteit kijkt naar de verandering van de hoeveelheid na stijging van het inkomen (%
verandering gevraagde hoeveelheid : % verandering inkomen).Hieruit kunnen we drie soorten
goederen onderscheiden. Als bij een inferieur goed het inkomen stijgt daalt de vraag (huismerk). Bij
een noodzakelijk goed stijgt de gevraagde hoeveelheid met een kleiner percentage dan het inkomen
(energie/voedsel) en bij een luxe goed stijgt de gevraagde hoeveelheid met en groter percentage
dan het inkomen (auto/vakantie).

Er kan een verschuiving van de aanbodlijn ontstaan wanneer het aantal aanbieders verandert, de
kostprijs verandert, de overheid ingrijpt en technologische verbeteringen.

Totale opbrengt (TO) = prijs (P) x afzet (Q)
Gemiddelde opbrengst (GO) = totale opbrengst : afzet
Totale winst (TW) = TO – TK / (P-GTK) x Q

Productiefactoren maken productie mogelijk (KANO). De GVK worden gezien als de kostprijs van het
product (TK : afzet). G(C/V)K = T(C/V)K : afzet. De totale winst is bij MO = MK en de maximale omzet
is bij MO = 0. Bij een marktevenwicht zijn vraag en aanbod gelijk. Als er een aanbodoverschot is
veranderd de prijs het proces van prijsaanpassing heet de markt/prijsmechanisme. Als de prijs
hierdoor volledig wordt bepaald noem je dit een volkomen concurrentie. Als er een vraagoverschot
is gaat de prijs omlaag.

A2. Marktstructuur en toetreding

Er zijn twee soorten markten. Op een concrete markt komen vragers en aanbieders fysiek bij elkaar
(bloemenveiling) en een abstracte markt is geen echte plaats waar je naar toe gaat (huizenmarkt).
De belangrijkste markkenmerken zijn: het aantal aanbieders (concurrenten), de aard van het goed
(homo/heterogeen), het bestaan van toetreding barrières (bouwen fabriek). Verschillende markten:

- Volkomen concurrentie: veel aanbieders met hetzelfde product (homogeen). Aanbieders willen
een maximale winst. Er is vrije toe/uittreding en er is veel concurrentie.
- Monopolistische concurrentie: veel aanbieders met verschillende varianten van de producten.
Aanbieders hebben wel invloed op de prijs maar die is beperkt door de concurrentie.
- Monopolie: er is maar één product en er zijn geen concurrenten. Er is veel invloed op de prijs.
- Oligopolie: klein aantal grote producenten. Er zijn hoge toetreding drempels door verzonken
kosten, octrooien en schaalvoordelen.

, Volkomen Monopolistische Oligopolie Monopolie
concurrentie concurrentie
Aantal aanbieder Veel Veel Weinig 1
Aantal vragers Veel Veel Veel Veel
Aard van het goed Homogeen Heterogeen Homogeen + Homogeen
heterogeen
Doorzichtigheid markt Goed Slecht Slecht Slecht (geen
vergelijking)
Mogelijkheid tot Makkelijk Makkelijk Makkelijk Moeilijk
toetreding
Invloed aanbieder op Geen Prijszetter Prijszetter Prijszetter
prijs
Voorbeeld Valutamarkt Kledingmerken Supermarkten NS
Prijsdiscriminatie is dat de producent voor hetzelfde product verschillende prijzen heeft. Hiervoor
worden consumenten onderscheiden in verschillende groepen en er mag niet worden doorverkocht.

A3. Welvaart en economische politiek
Het consumentensurplus is het verschil tussen de werkelijke prijs en de betalingsbereidheid van de
producent. Het producentensurplus is het verschil tussen de marktprijs en de prijs die een
aanbieders voor zijn product wil. Dit samen is de welvaart. Als de markt geen volledige surplus heeft
noem je dit het welvaartsverlies. Er zijn drie manieren om het marktevenwicht te beïnvloedden:
- Prijsregulering: min/max prijzen vaststellen. Een minimumprijs beschermt de producent en de
maximumprijs de consument.
- Heffingen en subsidies: er worden subsidies verstrekt als een goed/dienst positieve effecten kent
dit is om de verkoop te stimuleren. Ook kan de overheid verhogende belastingen zoals heffingen en
accijns verstrekken dit is om de verkoop te ontmoedigen.
- Wet- en regelgeving: de mededingingswet verbiedt samenwerkingsverbanden te vormen. Er
mogen hierbij geen prijs afspraken gemaakt worden. Dit wordt door de toezichthouder bewaakt.

Externe effecten zijn onbedoelde gevolgen van consumptie en productie waarvan de kosten niet
doorberekend zijn in de verkoopprijs. Een voorbeeld daarvan zijn negatieve effecten zoals
milieuvervuiling. Je hebt ook positieve effecten een voorbeeld hiervan is een grote parkeerplaats bij
een supermarkt die ook gebruikt wordt voor carpoolplek.

B. Ruilen over de tijd
B1. Gezinnen ruilen over de tijd
Bij voorraadgrootheden wordt de waarde op een bepaald moment vastgesteld (goederen
magazijn/saldo rekening/staatsschuld). Bij stroomgrootheden wordt de waarde over een bepaalde
periode vastgesteld (bij- en afschrijvingen bankrekening/inkomsten en uitgaven). Bij ruilen over de
tijd wordt de consumptie verschoven (lenen/sparen).

Nominale rente is de rente die je werkelijk krijgt (over je spaargeld) en de reële rente is de
werkelijke waarde van je rente (inflatie meegerekend). RIC = NIC x PIC x 100%.

B2. De overheid ruilt over de tijd
Vaak heeft de overheid een begrotingstekort wat moet worden geleend waardoor er een
staatsschuld ontstaat (uitgestelde belastingheffing). AOW is een basispensioen dat bestaat uit +/-
70% van het minimumloon. Het pensioen wordt op twee manieren gefinancierd. Een daarvan is het

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller catobazelmans. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.73. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

85651 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.73  2x  sold
  • (2)
  Add to cart