paragraaf 1
Alles wat een dier of mens doet of nalaat, is gedrag. Om spanning te verminderen
gebruiken mensen in zo een situatie een speciaal type gedrag: ritueel gedrag. De
rangorde geeft weer hoe dominant een dier is. Biologen spreken van een
territorium, een gebied waarin een mens of dier heer en meester is. Dieren
gebruiken allerlei signalen om hun territorium te verdedigen. Dat kunnen zichtbare
signalen zijn maar ook geluidssignalen. Andere dieren gebruiken geursignalen.
Dreiggedrag: een agressieve houding die aangeeft wie de baas is.
territoriumgedrag: bedoeld om het territorium in stand te houden.
Paragraaf 2
De verandering in de omgeving is de prikkel waarop het dier reageert. Inwendige
prikkels: bijv. voortplantingsgedrag. Het ontstaat vanuit het dier zelf. Uitwendige
prikkels: komen uit de omgeving en worden waargenomen door zintuigen.
Sleutelprikkel: een prikkel die altijd een bepaald gedrag tot de gevolg heeft.
supernormale prikkel: versterkte sleutelprikkel. Hongerige hommels komen pas
echt naar buiten door een tik tegen hun nest. Dan is hun drempelwaarde bereikt.
Paragraaf 3
Kortdurende stress kan positief werken op reactievermogen en welzijn. ambivalent
gedrag = gedrag dat elementen van twee tegengestelde gedragssystemen afwisselt.
ambivalent gedrag kan overslaan in heel ander gedrag → overspronggedrag.
Omgericht gedrag = wanneer ambivalent gedrag er naar toe leidt dat de agressie
van het ene gedragssysteem zich richt op iets heel anders bijvoorbeeld dat je na
ruzie de kamerdeur keihard dichtklapt. kortdurende stress kan positief werken: het
scherpt de zintuigen en verhoogt prestaties.
Pavlov’s onderzoek is een vorm van klassiek conditioneren: mens en dier koppelen
daarbij een neutrale prikkel die een reflect oproept. operant conditioneren: het
leggen van het verband tussen een bepaald gedrag en het voordeel dat dit oplevert.
Paragraaf 4
Gedrag dat dieren leren door bij elkaar te kijken heet imitatiegedrag. Elk gedrag
bestaat uit aparte handelingen of gedragselementen. een groep gedragselementen
die bij elkaar hoort, vormt zo een gedragsketen. samenhangende elementen
vormen gedragssystemen, zoals bijvoorbeeld de partnerkeuze bij olifanten en het
begroeten van soortgenoten. gedragswetenschappers werken met een ethogram,
een lijst met objectieve beschrijvingen van de gedragselementen van een dier te
noteren. Turf je hoe vaak verschillende elementen voorkomen, dan maak je een
protocol.
Antropomorfisme: het toekennen van menselijke eigenschappen aan dieren, is niet
wetenschappelijk. Het is niet objectief en vergroot daardoor onze kennis van
diergedrag niet
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller alianamdarpour. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.90. You're not tied to anything after your purchase.