100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Nectar Biologie Hoofdstuk 16: Sport $3.21   Add to cart

Summary

Samenvatting Nectar Biologie Hoofdstuk 16: Sport

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Samenvatting van hoofdstuk 16 van Nectar Biologie

Preview 2 out of 8  pages

  • No
  • 16
  • April 29, 2021
  • 8
  • 2015/2016
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
H16 Sport


16.1 | Lopen

 Doordat spieren samentrekken, zorgen zij dat botten op hun draaipunt in een gewricht
bewegen.
 Pezen verbinden spieren met de botten en brengen de krachten die spieren uitoefenen over
op de botten.
o Pees: stevige band van bindweefsel die een spier aan een bot verbindt.
 Achillespees vormt de verbinding tussen de grote kuitspier en het hielbeen in de voet.
 Achillespees is actief bij (hard)lopen: bij hiellanding drukt de achillespees enigszins in elkaar.
Kuitspier trekt dan samen, waardoor voet niet loskomt, maar pees oprekt: energie uit
kuitspier wordt opgeslagen in achillespees. Deze energie wordt geleid naar punt van afzet,
waar het voor kracht en snelheid zorgt.
 Werking van blades lijkt op die van achillespezen: door het gewicht van de loper buigt de
blade en hoopt zich energie op in het materiaal -> komt vrij bij afzet als blade terugveert.
o Verschillen: blade is lichter -> minder energie nodig om te verplaatsen -> sneller.
Kustspieren kan je trainen, blades niet.

Pezen

 In pezen wordt veel collageen gemaakt. Vele collageenmoleculen vormen samen een
collageenfibril omgeven door bindweefsel. De fibrillen vormen collageenvezels in dicht
opeengepakte, parallel lopende bundels.
o Collageen om kracht aan bot door te geven en om veerenergie op te slaan.
 Pezen bevatten veel tussencelstof: de producten die de bindweefselcellen afgeven, waardoor
een samenhangend geheel ontstaat.
 Door het collageen liggen de cellen in een pees ver uit elkaar, maar met uitlopers via ‘gap
junctions’ wel communicatie (diffusie ionen): coördinatie van reactie.
o Gap junctions zijn eiwitkanalen met kleine openingen in de celmembranen van de
uitlopers van twee cellen. Zo kunnen ionen gemakkelijk het celmembraan passeren
naar het grondplasma van een buurcel. Cellen in pezen beïnvloeden elkaar op deze
manier. Zo kunnen alle cellen na mechanische stress min of meer gelijktijdig
collageen aanmaken.
 Groeifactoren zitten aan de eiwitten in de tussencelstof -> komen door mechanische
krachten (bv. bij krachttraining) vrij -> binden aan membraanreceptoren van de
bindweefselcellen -> ionkanalen gaan open en/of G-eiwitten raken geactiveerd -> in cel
komen secundaire boodschappers vrij die DNA van cel bereiken. Als 1 cel is geactiveerd,
raken via de gap junctions alle cellen geactiveerd -> aanmaak collageen.
o Reactie van cellen op groeifactoren of beweging = aanmaak collageen.

Peesblessure

 Door slechte doorbloeding trage genezing van ontsteking of scheuring.
o Alleen bindweefselvliezen rond bundels collageenvezels bevatten bloedvaten.
 Bij blessure komen eerst granulocyten (witte bloedcellen) in actie: eten bacteriën die bij
ontstaan van blessure zijn binnengedrongen. D.m.v. cytokinen activeren granulocyten de rest
van het lichaam.
 Bindweefselcellen in pezen reageren op deze cytokinen door aanmaak enzym collagenase:
ruimt beschadigd collageen op.
 Macrofagen reageren ook op cytokinen: binnen een dag zijn ze druk bezig met het opruimen
van het beschadigde weefsel.

,  Onder invloed van groeifactoren ontstaan om de wond nieuwe bloedvaten ->
bindweefselcellen krijgen meer brand- en bouwstoffen -> actieve deling -> maken wekenlang
extra collageen. Daarna volgt een periode waarin de collageenmoleculen dwarsverbindingen
maken en in het verlengde van de trekrichting komen te liggen: pees wint aan sterkte.
o Voorzichtig + regelmatig belasten van pezen werkt stimulerend op de rangschikking
van de collageenvezels in de trekrichting -> massage heeft positief effect.

Werking van blades

 Blades lijken qua structuur op pezen: in elkaar gedraaide koolstofvezels (i.p.v.
collageenvezels). Bij blades vormen ze geen bundels, maar lagen.
 Veel trainging vereist (vooral bij startblokken): ze missen zintuigen in voeten, enkels en
onderbenen die belangrijk zijn om info over positie en kracht in het onderbeen door te
geven. Voordeel is wel dat contactopp. groter is -> met zelfde beenlengte grotere passen.

16.2 | Bouw van een dwarsgestreepte spier | Binas 90C

 Skeletspier is met pees aan het bot bevestigd, en bestaat uit spiervezels: samengesmolten
cellen.
 Elke bundel spiervezels is omgeven door bindweefsel met daarin bloedvaten voor de
doorbloeding van de spieren.
 Spiervezels bevatten bundels langgerekte eiwitfilamenten, de myofibrillen. Door de
myofibrillen kunnen spieren samentrekken. Dunne en dikke filamenten:
o Dunne filamenten: opgebouwd uit 2 ketens actine (eiwit);
o Dikke filamenten: opgebouwd uit aantal ketens myosine (eiwit).
 Door geordende rangschikking van de actine- en myosinefilamenten ontstaat een patroon
van lichte banden (I-filamenten) en donkere (A-banden): skeletspieren hebben
dwarsgestreept spierweefsel.
 In het midden van elke I-band bevindt zich een membraan, de Z-lijn, waaraan de
actinefilamenten gehecht zijn.
 Sarcomeer: het gedeelte tussen 2 Z-lijnen; kleinste samentrekkende eenheid van spiervezel.
 Spier – spierbundels – spiervezels – myofibrillen – eiwitfilamenten (actine en myosine).
 https://www.bioplek.org/animaties/spieren_botten/spiersubmicroscopisch.html
 Microscopisch preparaat: lichte plekken is waar geen myosine zit.

Samentrekken (van spiervezel)

 Overdracht van de impulsen van motorische neuronen op spiervezels gaat via een
neuromusculaire synaps (motorisch eindplaatje).
 Axonen vertakken zich over een spier -> meerdere spiervezels tegelijk reageren op de
impulsen = motorische eenheid.
o Hoe kleiner de motorische eenheid, hoe fijner de beweging (aansturing van vingers).
 Nadat impulsen in een spiervezel aankomen, schuiven de myofibrillen (actine- en
myosinefilamenten) in elkaar -> myosinefilamenten trekken aan actinefilamenten -> Z-lijnen
bewegen naar elkaar toe -> lengte van sarcomeren nemen af -> spiervezel wordt korter.

Contractie sarcomeer | bron 11 blz. 245!; Binas 90C

 Motoreiwit myosine splitst ATP in ADP en Pi -> energie gebruikt voor ombuiging naar actieve
stand (kop buigt een beetje -> vorm verandert).
o Motoreiwit: eiwit dat een beweging kan veroorzaken -> door myosine kunnen de
filamenten in elkaar schuiven.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller boeky. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

70055 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
  Add to cart