Welke gevolgen hebben prijsveranderingen en hoe kan je ze meten?
geldontwaardiging daling van koopkracht van geld
Met de consumentenprijsindex (CPI) wordt het algemeen prijsniveau gemeten. Het CPI is een
samengesteld en gewogen indexcijfer van verschillende soorten uitgaven met verschillende
wegingsfactoren. Inflatie wordt berekend als procentuele verandering van de consumentenprijsindex
ten opzichte van 12 maanden geleden. Door inflatie daalt het reëel inkomen. De wegingsfactor van
een productgroep geeft weer welk percentage de bestedingen aan deze productgroep van de totale
bestedingen van de gemiddelde consument uitmaakt.Geldontwaarding is de procentuele daling van
de koopkracht van het geld. Als het CPI daalt is er deflatie: een daling van het algemeen prijsniveau.
Naast het CPI is er ook het afgeleide CPI ( CPI-afgeleid), de producentenprijsindex (PPI) en de
Europees geharmoniseerde HICP
Afgeleide CPI is gelijk aan de CPI maar dan zonder het effect van alle veranderingen in de tarieven
van product gebonden belastingen en subsidies op de prijzen. CPI-afgeleid indexcijfer wordt gebruikt
bij loononderhandelingen tussen werkgeversorganisaties en werknemersorganisaties.
Europees geharmoniseerd HICP is bestemd voor het vergelijken van inflatie in landen van de
Europese unie. In vergelijking tot CPI worden niet alle goederen meegeteld en de goederen worden
anders gewogen.
Persoonlijke inflatie: op basis van jouw consumentenpatroon kijken hoeveel jij bijdraagt en zorgt
voor inflatie
De PPI, het gewogen indexcijfer dat de gemiddelde prijsontwikkeling weergeeft van Nederlandse
producten
De prijsindex van het BBP, het gewogen indexcijfer dat de gemiddelde prijsontwikkeling weergeeft
van alle in Nederland in een jaar geproduceerde goederen en diensten.
als je loon of uitkering even hard stijgt met de inflatie heb je een waardevaste stijging van je inkomen
als je loon sterker toeneem dan de inflatie stijgt de koopkracht van je loon.
Als de uitkeringen meestijgen met de koopkrachtstijging van het gemiddelde loon is er sprake van
welvaartsvaste uitkeringen.
Gevolgen van inflatie:
Daling van de koopkracht: leidt tot geldontwaarding, een waarde daling van het geld en door
stijging prijspeil minder goederen kopen met inkomen.
Herverdeling inkomens: werknemers die prijscompensatie krijgenzien hun inkomen stijgen
met hetzelfde percentage als de inflatie, producenten die hun producten tegen een hogere
prijs kunnen verkopen krijgen meer inkomen, maar werknemers die geen prijscompensatie
krijgen en gepensioneerden met een gelijke uitkering raken door inflatie achterop. Hierdoor
nemen inkomensverschillen naar verhouding toe.
Verandering van de waarde van je vermogensbezit/spaargeld: vermogen is de waarde van je
bezittingen min je schulden. Je vermogen kan door inflatie minder waard worden omdat je er
minder mee kan kopen dan eerst.
, Loonprijsspiraal: de werknemers eisen prijscompensatie ( net zoveel stijging loon als inflatie)
loonkosten nemen toe, producten worden duurder, nieuwe inflatie, nieuwe vraag om
toename loon.
Verslechtering internationale concurrentiepositie: als de prijzen van Nederlandse bedrijven
stijgen komt er minder exportvraag
Onzekerheid in het economisch verkeer en sociale onrust: inflatie leidt tot veranderingen in
de koopkracht besparingen, bestedingen, concurrentiepositie en werkgelegenheid. De
geldontwaarding kan zo snel gaan dat men spreek van hyperinflatie, dat houdt in dat zeer
hoge inflatie waarbij de geldontwaardiging (daling van koopkracht van geld) zo snel gaat dat
mensen geen vertrouwen meer hebben in geld. Koopkracht daalt enorm en dat zorgt voor
sociale onrust.
Deflatie is een algemene daling van het gemiddeld prijspeil.
Gevolgen van deflatie:
Je kunt met je geld meer goederen kopen, koopkracht neemt toe.
Ook bij deflatie is er sprake van herverdeling van inkomen en vermogensbezit
Als de prijzen van Nederlandse bedrijven sterker dalen dan die in het buitenland verbetert de
internationale concurrentiepositie
Door daling van prijspeil nemen in bedrijven winstmarges per product af, dit kan leiden tot
dalende investeringen, daling van de investeringen kan zorgen voor dalende
werkgelegenheid. Ook kunnen bedrijven failliet gaan.
Als consumenten deflatie verwachten leidt dat tot uitstellen van consumeren met de hoop
op meer deflatie wat inderdaad zorgt voor meer deflatie.
17.2 Oorzaken van inflatie en deflatie
Door welke oorzaken veranderen de prijzen?
bestedingsinflatie ontstaat de bestedingen hoger zijn dan dat er maximaal kan worden geproduceerd
in een land.
Oplossingen:
Overheidsbezuinigingen, minder besteden
Verhogen van belastingen en premies
Stijging van rente en beperking van krediet verlening
Kosteninflatie ontstaat als bedrijven hogere kosten per product doorberekenen in hun
verkoopprijzen.
Bijvoorbeeld: loonkosteninflatie
De loonkosten per eenheid product bereken je door de loonindex te delen door de index van de
arbeidsproductiviteit. Als een stijging van de loonkosten per product wordt doorberekend in de
verkoopprijzen ontstaat loonkosteninflatie.
Oplossing is loonmatiging- beleid waarbij de stijging van de lonen van de werknemers zo veel
mogelijk beperkt gehouden wordt, als de procentuele stijging van de lonen kleiner is dan die van de
arbeidsproductiviteit kan loonkosteninflatie worden voorkomen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller raynacaitlin. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.