100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting hoofdstuk 13 economie integraal havo 4/5 $3.78   Add to cart

Summary

Samenvatting hoofdstuk 13 economie integraal havo 4/5

1 review
 30 views  2 purchases
  • Course
  • Level

Samenvatting hoofdstuk 13 economie integraal havo 4/5

Preview 2 out of 5  pages

  • April 29, 2021
  • 5
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5

1  review

review-writer-avatar

By: maisel111 • 2 year ago

avatar-seller
13.1 Binnenlands inkomen en product

Hoe bereken je de hoogte van het binnenlandse inkomen en product?

Op macroniveau kan het binnenlands product op drie manieren worden berekend. Via de objectieve
methode, via de subjectieve methode en via de bestedingen.

Bij de objectieve methode wordt de binnenlandse productiewaarde berekent door alle toegevoegde
waarden in de bedrijven en de overheid bij elkaar op te tellen. De Bruto Toegevoegde Waarde van
een onderneming is de waarde die de onderneming toevoegt aan ingekochte producten en diensten
van derden.

Bij handelsondernemingen gaat het bij de ingekochte producten om de producten zelf maar ook de
hulpstoffen zoals energie en elektriciteit.

Bij fabrikanten gaat het bij de ingekochte producten om grondstoffen( goederen die door de
fabrikanten in een product worden verwerkt) en hulpstoffen ( energie en elektriciteit, worden niet in
de producten verwerkt, maar zijn wel nodig voor de productie)

Diensten van derden : Diensten die niet door het eigen personeel zijn uitgevoerd, maar door andere
bedrijven, zoals diensten van transportbedrijven en schoonmaakbedrijven.

Verschil tussen omzet van een onderneming en de waarde van de ingekochte goederen en diensten
heet de bruto toegevoegde waarde tegen factorkosten

De waarde van de ingekochte goederen en de waarde van de ingekochte diensten van derden
worden niet tot de productiewaarde van dit bedrijf gerekend maar tot de toegevoegde waarde van
de leverancier

De Bruto Toegevoegde Waarde in de bedrijven = omzet – waarde ingekochte goederen en diensten

De Netto Toegevoegde Waarde in de bedrijven = bruto toegevoegde waarde – afschrijvingen.

De netto productiewaarde van het bedrijf is even hoog als het totaal van de in het bedrijf verdiende
inkomens: productiewaarde = inkomen.

Als je de netto toegevoegde waarde van alle bedrijven en de overheid in een jaar bij elkaar optelt
bereken je het netto binnenlands product/inkomen tegen factorkosten.

Omdat door de overheid geproduceerde goederen geen verkoopprijs kennen wordt de netto
toegevoegde waarde van de overheid berekend door alle ambtenarensalarissen bij elkaar op te
tellen.

Ondernemers gebruiken een deel van de toegevoegde waarde om afgeschreven machines en
transportmiddelen te vervangen. Als je de waarde van afschrijvingen/vervangingsinvesteringen
aftrekt van de bruto toegevoegde waarde tegen factorkosten bereken je de netto toegevoegde
waarde tegen factorkosten

Het bruto binnenlands product/inkomen tegen factorkosten = netto binnenlands product/inkomen
tegen factorkosten + afschrijvingen door bedrijven en overheid.

Netto toegevoegde waarde tegen factor kosten is het bedrag dat een bedrijf beschikbaar heeft voor
uitkeren van inkomens.

 De werknemers ontvangen loon

,  De verhuurder van het pand huur
 De verpachter van de grond pacht
 Eigenaar van de onderneming winst

De netto toegevoegde productiewaarde in een onderneming komt overeen met de hoogte van het in
de onderneming verdiende inkomen : productiewaarde= inkomen

Het bruto binnenlands product/inkomen tegen marktprijzen = bruto binnenlands product/inkomen
tegen factorkosten + prijsverhogende belastingen – prijs verlagende subsidies.

De netto toegevoegde waarde van de overheid tegen factor kosten= alle ambtenarensalarissen bij
elkaar optellen

Bruto toegevoegde waarde van de overheid is de netto toegevoegde waarde factorkosten + waarde
van afschrijvingen en vervangingsinvestering

Alle netto toegevoegde waarden tegen factorkosten van alle bedrijven en van overheid in een jaar bij
elkaar optelt bereken je het netto binnenlands product tegen factorkosten. De waarde hiervan komt
overheen met de h0oogte van het verdiende netto binnenlands inkomen

Waarde binnenlands product= hoogte binnenlands inkomen

Bij de subjectieve methode wordt het netto binnenlands inkomen tegen factorkosten berekend door
alle in Nederland in een jaar verdiende primaire inkomens van personen bij elkaar op te tellen.

Bij primaire inkomens gaat het niet alleen om arbeidsinkomens zoals lonen of salarissen van
werknemers, honoraria van artsen en advocaten of royalty’s van boekenschrijvers maar ook om
vermogensinkomens zoals rente voor spaarders, huur/pacht voor verhuurders/verpachters en winst
of dividenduitkeringen.

Bij de bestedingsmethode wordt het bbp tegen marktprijzen berekend door optelling van de
bestedingen: consumptieve bestedingen gezinnen (C) + investeringen bedrijven (I) +
overheidsbestedingen (O) + export (E) – import (M). Deze berekening staat in de Staat van Middelen
en Bestedingen.

Inkomen- en productiecijfers van het CBS en CPB betreffen de officiële of formele economie. Niet alle
productie en inkomens worden in de officiële statistieken opgenomen. De officieuze of informele of
nog anders de verborgen economie bestaat uit alle economische handelingen die niet officieel
worden geregistreerd. Verborgen inkomens bestaan in het zwarte en het grijze circuit van de
economie. Van zwart inkomen is sprake als het verdiende inkomen illegaal wordt verkregen en
daarom niet wordt geregistreerd. Bij grijs inkomen gaat het om inkomen dat wel legaal is verkregen
maar toch niet als inkomen wordt geregistreerd. Bij officieel geregistreerde inkomens wordt
gesproken van wit inkomen.


13.2 Kringloop en nationale rekeningen

Hoe worden bestedingen geregistreerd in de nationale boekhouding?

De Nederlandse economie kan worden beschreven met een vereenvoudigd kringloopschema. Uit dit
kringloopschema kun je twee vergelijkingen afleiden:

Binnenlands inkomen = Consumptie + Belastingen +Sparen: Y = C + B + S

Binnenlands product = Consumptie + Investeringen + Overheidsbestedingen + Export –

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller raynacaitlin. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.78  2x  sold
  • (1)
  Add to cart