Samenvatting Biologie vmbo-gt 3/4 De vier rijken H1 en H2
7 views 0 purchase
Course
Biologie
Level
VMBO
Destijds geschreven voor mijn schoolexamens en daarna ook gebruikt voor Centraal Examen. Makkelijk en duidelijk uitgelegd. SE afgerond met een 7,4 en voor het CE een 8,1 behaald.
1.1 De tuin
Levende organismen kan je verdelen in vier rijken: plantenrijk, dierenrijk, schimmelrijk en bacterierijk.
Deze vier rijken worden onderscheid door de bouw van hun cellen. Cellen zijn de bouwstenen waaruit
organismen zijn opgebouwd.
Alle organismen hebben dezelfde zeven levenskenmerken.
1. Ze voeden zich
2. Ze groeien
3. Ze ademen (gaswisseling)
4. Ze geven stoffen af (uitscheiding)
5. Ze nemen prikkels waar en reageren daarop
6. Ze planten zich voort
7. Ze bewegen
Je deelt de organismen in door te kijken naar de eigenschappen die verschillend of juist overeen
komen. Bijvoorbeeld organismen uit de groep van de gewervelde dieren. Gewervelde dieren kun je
verder indelen in vijf groepen: amfibieën, reptielen, vogels, vissen en zoogdieren.
De vier rijken werken allemaal samen, dat komt doordat de ene soort de andere soort als voedsel
gebruikt: er is een voedselkringloop.
De producenten (planten) maken de voedingsstoffen.
Consumenten
(gebruikers)
Consumenten (gebruikers) eten planten of dieren en
krijgen zo de voedingsstoffen binnen.
Bodemdieren zijn de afvaleters. Eigenlijk zijn het
consumenten met een speciaal dieet: afval van planten
Producenten
(makers) Voedselkringloop en dieren. Ook de afvaleters geven hun afval af: hun
Afvaleters
(consumenten)
poep.
De bacteriën en schimmels zijn de reducenten. Zij eten
en verteren de kleingemaakte organische stoffen uit de
poep tot mineralen. De producenten nemen deze
Reducenten
(afbrekers) mineralen weer op en de kringloop is rond.
, Anorganische stoffen zijn afkomstig uit de levenloze natuur, dus uit de bodem of lucht. De planten
maken van twee anorganische stoffen (koolstofdioxide en water) glucose. Planten hebben daarbij
energie uit zonlicht nodig. Het maken van glucose heet fotosynthese. Uit glucose maakt de plant alle
stoffen waaruit hij bestaat: zetmeel, eiwitten en vetten. Om die stoffen te kunnen maken hebben ze
mineralen nodig, die nemen zij op met hun wortels. Alle stoffen die levende organismen zoals planten
zelf maken, heten organische stoffen.
1.2 Planten
Planten zijn opgebouwd uit wortels, stengel, bladeren en bloemen. Dat
zijn de organen van de plant.
De wortels zorgen ervoor dat de plant stevig in de grond staat. Met de
wortels zuigt een plant water (waar mineralen in zitten) op.
De stengel is belangrijk voor het vervoer van water en opgeloste stoffen
in de plant.
In de bladeren maakt een plant zijn eigen voedingsstoffen.
(fotosynthese)
De bloemen zorgen voor de voortplanting. Er ontstaan zaden in de
bloem, waaruit jonge planten groeien.
De organen van een plant zijn opgebouwd uit weefsels. Een weefsel
bestaat uit cellen met dezelfde vorm en functie.
Een plantencel bestaat van buiten naar binnen uit:
1. Celwand: een stevige laag van cellulose om de cel
2. Celmembraan: vlies dat bepaalt welke stoffen de cel in en uit gaan
3. Cytoplasma: een stroperige vloeistof in een cel
4. Celkern: hierin zit DNA, dat alles regelt wat er in de cel gebeurt
5. Bladgroenkorrels: geven de plant hun groene kleur en zorgen voor fotosynthese.
6. Vacuole: zit vol met water en zorgt voor stevigheid van de cel
Kruidenachtige planten zijn stevig door de druk van het water in de vacuole tegen de celwand. De
cellen zwellen op tot de celwanden onder druk staan.
Houtachtige planten zijn stevig door de extra dikke celwanden met daarin de harde houtstof. Die
cellen met dikke celwanden noem je houtcellen.
Hout bestaat uit de dikke celwanden van houtstof, de celinhoud is weg.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joycez1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.