100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting probleem 2 Orthopedagogiek: ADHD $3.56   Add to cart

Summary

Samenvatting probleem 2 Orthopedagogiek: ADHD

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

De stof over ADHD uit verhulst, prins en Wick en het artikel van Jensen over de MTA studie. Succes!

Preview 3 out of 19  pages

  • April 30, 2021
  • 19
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Probleem 2: Jong, snel en wild
Literatuur:
 Wick-Nelson & Israel (2015) Partial Ch9 in Abnormal child and adolescent
psychology
 Prins & Braet (2014) H12: door Prins en van der Oord
 Verhulst, Verheij & Danckaerts (2015) H11
 Jensen et al., (2007) 3- Year Follow-up of the NIMH MTA study

Leerdoel 1:Wat is ADHD, Wat zijn de kenmerken van ADHD en wat zijn de gevolgen
voor de ontwikkeling?
Kennisclip ADHD
ADHD wordt ook wel gezien als afwijkende vorm van zelfregulatie. Zelfregulatie is
belangrijk voor de ontwikkeling bijvoorbeeld op school. De vaardigheden die belangrijk zijn
voor zelfregulatie komen vanuit executieve functies.

Diagnose ADHD wordt gegeven als er problemen zijn op drie gebieden:
 Aandachtstekort: bijvoorbeeld niet goed reageren op eenvoudige prikkels, complexe
opdrachten of chaotisch. Hoe goed kinderen met ADHD hun aandacht kunnen richten
is situationeel gebonden. Dus moeite met selectieve aandacht en vasthouden aandacht.
Criteria DSM aandachtstekort je moet er aan zes van de negen voldoen:




 Hyperactiviteit: veel motorische onrust, in meer gestructureerde situaties komt dit
gedrag meer voor.
 Impulsiviteit (vanaf DSM-5 samengevoegd met hyperactiviteit): ongeduldig en snel
van de ene naar de andere activiteit. Vooral het inhouden/inhiberen van motorische
reacties. Criteria van de DSM, minimaal 6 van de hyperactiviteit en impulsiviteit.

,Vijf algemene voorwaarden waar kinderen aan moeten voldoen:
1. Voor het twaalfde levensjaar
2. Minimaal zes maanden
3. Niet passen bij ontwikkelingsniveau
4. Belemmering sociaal functioneren
5. In meerdere situaties
Secundaire kenmerken:
 Motorisch gebied  motorische en coördinatie problemen
 Academische prestaties  iets lager IQ of leerstoornissen niet gerelateerd aan IQ
 Executief functioneren  plannen, werkgeheugen, emotieregulatie
 Adaptief functioneren  minder adaptief gedrag, kan komen door problemen met
executieve functies.
 Sociaal gedrag  omdat ze sociaal-emotionele signalen minder goed verwerken of
sociaal ongepast gedrag niet kunnen onderdrukken.
 Gezondheidsproblemen  vaker ongelukken, middelengebruik

Typen ADHD
 ADHD-I  i staat voor inattention end dus staat het aandachtstekort voorop. Meer
internaliserende problemen, automatiseren leerproblemen. Doordat het internaliserend
is wordt het soms ook later gediagnostiseerd.
 ADHD-HI  vooral last van de hyperactiviteit en impulsiviteit
 ADHD-C  gecombineerde vorm, dus voldoen aan criteria van aandachtstekort,
hyperactiviteit én impulsiviteit. Meer externaliserend problemen.

Meisjes krijgen vaker ADHD-I dan ADHD-C. Uiting van ADHD kenmerken kan veranderen
over de tijd. Hoe ouder de kinderen worden hoe meer de ADHD-I vorm toeneemt, deze wordt
vaak later gediagnosticeerd. Hoe vaak ADHD voor komt daarover verschillen de meningen.
Onderzoeken wijzen voor een groot deel in dezelfde richting, namelijk 5% van de bevolking.
Lijkt vaker voor te komen bij meisjes.

Comorbiditeit is hoog bij ADHD vooral ontwikkelingsstoornissen, gedragsstoornissen en
emotionele stoornissen.

, Prins, 2014: H12: Prins & van der Oord
Normale ontwikkeling zelfregulatie
Veel gedragingen die bij ADHD horen zijn normaal voor kleuters, bijvoorbeeld niet stil
kunnen zitten. Het is dan ook belangrijk om normaal gedrag van kinderen niet te
pathologiseren.

Executieve functies
Er zijn drie functies waar kinderen en jongeren met ADHD het meest op uitvallen:
 Inhibitie  dit is het doelgericht kunnen stoppen van gedrag, gedrag waar iemand de
neiging toe heeft of al mee bezig is. Ook gaat inhibitie over het zich verzetten tegen
alles wat hindert het doel te bereiken (Bijvoorbeeld je verzetten tegen afleiding.
Kinderen met ADHD zouden moeten hebben met kortdurende inhibitie (onderbreken
van handeling) en langdurige gedragsinhibitie (eerst alternatieven langslopen en dan
antwoorden op de vraag.
 Werkgeheugen  werkgeheugen zorgt ervoor dat relevante informatie wordt
vastgehouden of gemanipuleerd en georganiseerd. Beperkingen in werkgeheugen
zorgen ervoor dat mensen moeite hebben zich te herinneren waar ze mee bezig waren,
bijvoorbeeld na afleiding.
 Cognitieve flexibiliteit  vermogen om wanneer bepaalde gedragingen, gedachten of
emoties niet gewenst zijn deze te onderdrukken en over te schakelen op alternatieven.
Beperkte cognitieve flexibiliteit zorgt ervoor dat iemand hier moeite mee heeft of
meer tijd nodig heeft om zich aan te passen.

Rol van school en ouders
Executieve functies zijn belangrijk voor bijvoorbeeld school succes.
 Theorie Vygotsky (invloed ouders)  zegt dat de oorsprong van zelfregulatie ligt in
het vermogen van een kind om leren binnen een sociale context. Ouders helpen hun
kind doelen te bereiken die ze op eigen kracht nog niet kunnen halen (scaffolding). Ze
ondersteunen hierbij de nog onrijpe aandachts- geheugen- en taalvaardigheden van het
kind. Geleidelijk aan internaliseert het kind deze vaardigheden en kan het zelf
problemen oplossen (zelfregulatie).
 Sociale omgeving  De vroege ontwikkeling van de hersenen wordt mede bepaald
door ervaringen van ouder-kind interacties. Een aspect van cognitieve ontwikkeling
dat in sterke mate afhankelijk is van de rijping van de hersenen zijn de juiste
executieve processen. De opvoed dimensies sensitiviteit van de moeder, mind-
mindedness (ouders bieden kinderen verbalen middelen om zich uit te drukken) en
stimuleren van de autonomie hingen sterk samen met de excecutieve functies

Categorisch of dimensioneel
 Categorisch  kinderen die wel en niet voldoen aan de criteria verschillen kwalitatief
van elkaar (wel of geen stoornis)
 Dimensioneel  ADHD kenmerken variëren in de algemene bevolking. Individuen
kunnen deze in meer of mindere mate bezitten of er door gehinderd worden. Ze vatten
ADHD op als extreme op het continu verdeelde. Ze denken dat de personen alleen
kwantitatief verschillen. Hier wordt vaak van uit gegaan. Bijvoorbeeld in
hyperactiviteit verschillen kinderen al veel.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anneeeltink. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.56. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.56
  • (0)
  Add to cart