100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Complete samenvatting van het vak hematology 1 gebaseerd op alle gegeven theorielessen op het boek Hoffbrand's Essential Haematology $6.43   Add to cart

Summary

Complete samenvatting van het vak hematology 1 gebaseerd op alle gegeven theorielessen op het boek Hoffbrand's Essential Haematology

1 review
 99 views  12 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Complete samenvatting van het vak hematology 1 gebaseerd op alle gegeven theorielessen en het boek Hoffbrand's Essential Haematology: H1: Haemopoiesis H8: The white cells, part 1 H11: The aetiology and genetics of haematological neoplasia H12: Management of haematological malignancy H13: Acute...

[Show more]

Preview 4 out of 34  pages

  • No
  • H1, 8, 11, 12, 13, 14, 17, 23, 30
  • April 30, 2021
  • 34
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: Moonknight99 • 2 year ago

avatar-seller
Hematology 1 → wetenschap die zich bezighoudt met bloed

Introduction to blood components (powerpoint)
Samenstelling van bloed
Het centrifugeren van bloed levert verschillende lagen:
1. 55% plasma = bovenste laag (minste dicht)
a. Bestaat uit 90% water, 8% eiwitten zoals albumine, antilichamen, fibrinogeen
en andere clotting factors en 2% hormonen (insuline, electrolyten (zout)) en
nutriënten (bijvoorbeeld glucose)
i. Fibrinogeen en clotting factors zijn inactief aanwezig en kunnen door
een protease geknipt worden en zijn nu actief
ii. Bevat daarnaast ook waste products en een kleine hoeveelheid O2 en
CO2
b. Serum = bloedplasma zonder fibrinogeen en clotting factors

2. < 1% witte bloedcellen en bloedplaatjes (buffy coat) = middelste laag

3. 45% rode bloedcellen (erytrocyten) = onderste laag (meest dicht)
a. In deze cellen komen ook eiwitten voor zoals hemoglobine
b. Hematocriet = (volume van rode bloedcellen) / (totale volume bloed)
i. Staat dus gelijk aan het percentage rode bloedcellen
c. Polycythemia (hoog hematocriet) = veel rode bloedcellen en
hemoglobine (>> 45%)
d. Anemia (laag hematocriet) = weinig rode bloedcellen (<< 45%)

→ anticoagulant is een stof die zorgt dat bloed buiten het lichaam niet zal stollen

Complete blood count (CBC)
Het bloed wordt onderverdeeld in drie type cellen:
1. Rode bloedcellen (erytrocyten)
a. 5 x 1012/L
b. Levensduur van ongeveer 120 dagen
c. Diameter van 6 tot 8 µm (micrometer)
d. Biconcave disc (shape)
e. Rood van kleur omdat de cellen gebonden zijn aan hemoglobine
i. In het midden is minder hemoglobine gebonden waardoor de
cellen hier minder rood zijn
f. Voornamelijke functie: transporteren van O2 via hemoglobine en het
transporteren van CO2 terug naar de longen
g. Worden geproduceerd in het beenmerg, hier hebben de RBC’s nog een
celkern → deze wordt verwijderd wanneer de cellen in het bloed terecht
komen

2. Bloedplaatjes (trombocyten)
a. 200-400 x 109/L
b. Levensduur van ongeveer 10 dagen
c. Diameter van 0,5 tot 3 µm
d. Voornamelijk functie: betrokken bij bloedstolling (clotting)


1

,3. Witte bloedcellen (leukocyten)
a. 5 x 109/L
b. Voornamelijk functie: innate (aangeboren) en adaptieve immuunsysteem
c. Er zijn veel verschillende type leukocyten: fagocyterende (neutrofielen,
eosinofielen, basofielen en monocyten ) en lymfocyten:

d. Neutrofielen (granulocyten) → belangrijke rol bij acute ontstekingen en
bacteriële infecties
i. Levensduur van 6-10 uur
ii. Diameter: 12-15 µm
iii. Neutrophilia (toename van neutrofielen) door
brandwonden, leukemie of dus bacteriële infecties
iv. Neutropenia (afname van neutrofielen) door
bijvoorbeeld medicatie of chemotherapy

e. Eosinofielen (granulocyten) → voornamelijk vernietigen van parasieten
i. Levensduur van een aantal dagen
ii. Diameter: 12-15 µm
iii. Eosinophilia (toename van eosinofielen) door allergie,
leukemie of dus een parasiet infectie
iv. Eosinopenia (afname van eosinofielen) door eventueel
gebrek aan nutriënten
1. Zeer onwaarschijnlijk want de laagste waarde
voor gezonde range is 0%

f. Basofielen (granulocyten) → aanwezig bij een allergie en parasiet infecties
i. Levensduur van een aantal dagen
ii. Diameter: 12-15 µm
iii. Basophilia (toename van basofielen) door allergie,
Hodgkin disease of CML
iv. Basopenia (afname van basofielen) door eventueel
gebrek aan nutriënten
1. Zeer onwaarschijnlijk want de laagste waarde
voor gezonde range is 0%
→ deze (fagocyterende) cellen zijn betrokken bij het innate (aangeboren)
immuunsysteem

g. Monocyten → grootste witte bloedcellen en betrokken bij chronische
ontstekingen (door te fagocyteren, antigenen presenteren op T-cellen en
produceren van cytokines)
i. Levensduur van 20-40 uur
ii. Diameter: 12-20 µm
iii. Bij een infectie komen de cellen vrij uit de milt (spleen)
en omdat ze erg mobiel zijn bewegen ze naar het
weefsel met de ontsteking
iv. Monocytosis (toename van monocyten) door chronische
ontsteking, stress of virale infecties



2

, v. Monocytopenia (afname van monocyten) door anemia, AML en
myelotoxische geneesmiddelen

h. Lymfocyten
i. Hiervan zijn ook weer 3 verschillende type cellen
1. T-cellen
a. T-helpercellen → helpen andere cellen van het
immuunsysteem door de productie van cytokines
b. Cytotoxische T-cellen → vernietiging geïnfecteerde
cellen
c. Memory T-cellen → blijven lange tijd aanwezig zodat
eenzelfde infectie snel verwijderd kan worden
2. B-cellen
a. Plasma B-cellen → produceren antilichamen
b. Memory B-cellen → zie memory T-cellen
3. NK-cellen → vernietigen van geïnfecteerde of kankercellen
ii. Lymphocytosis (toename van lymfocyten) door virale infecties of
leukemie
iii. Lymphocytopenia (afname van lymfocyten) door HIV (virus dat
T-cellen vernietigd) of aplastic anemia (productie nieuwe bloedcellen
stopt)
→ de lymfocyten zijn betrokken bij het adaptieve immuunsysteem

→ soms heb je een afwijkend aantal witte bloedcellen in het algemeen:
- Leukocytosis = hoog aantal leukocyten = > 11 x 109/L
- Een toename heet dan -cytosis (bij leukocyten, lymfocyten, monocyten of
bloedplaatjes) of -philia bij de granulocyten
- Leukopenia = laag aantal leukocyten = < 4 x 109/L

→ de volgorde van de meest aanwezige tot minst aanwezige witte bloedcellen:
Never Let Monkeys Eat Bananas
Neutrofielen Lymfocyten Monocyten Eosinofielen Basofielen

Hoe tel je nu cellen in zo’n bloedsample?
→ vroeger met telkamers, tegenwoordig met automatische apparatuur (flowcytometer)
- Hiervoor gebruik je een anticoagulant (zodat bloed niet stolt) bijvoorbeeld EDTA
- EDTA is in water negatief geladen en kan nu Ca + (kation) binden
- Ca+ is nodig voor de activiteit van clotting factors en de clotting
cascade
- Cellen worden geteld op grootte → hierbij worden de bloedplaatjes (klein)
gescheiden van de rode bloedcellen
- Voor het tellen van witte bloedcellen moeten de rode bloedcellen gelyseerd worden
- Nu kan je de witte bloedcellen tellen door grootte en absorptie van een
bepaalde kleurstof
- Bepaalde leukocyten kunnen bepaalde kleurstoffen beter opnemen
dan anderen
- Let op: macrofagen, dendritische cellen en plasmacellen worden hierbij niet
meegeteld


3

, Chapter 30 Blood transfusion

Componenten voor bloedtransfusie
→ vanuit whole bloed worden de componenten gescheiden in:
1. Rode bloedcellen → worden in een bepaalde oplossing gehouden zodat deze goed
blijven functioneren
a. Bewaren: 35 dagen bij 4 - 6°C
2. Trombocyten → worden in een bepaalde oplossing gehouden zodat deze goed
blijven functioneren
a. Bewaren: 7 dagen (want korte levensduur) bij 20°C (niet functioneel na
blootstelling aan lagere temperaturen
b. Worden getest om te kijken of ze geen infecties met zich meedragen (die zijn
in staat om te groeien bij 20°C)
3. Plasma → wordt gebruikt voor het isoleren van eiwitten zoals immunoglobuline,
albumine of clotting factors
a. Bewaren: vriezer
→ witte bloedcellen worden verwijderd (filteren, rode bloedcellen zijn kleiner) omdat deze
infecties mee kunnen dragen en na transfusie een immuunrespons kunnen opwekken

Aferese → techniek waarbij alleen benodigde bloedbestanddeel wordt afgenomen (plasma
of bloedplaatjes) van een enkele donor
- Andere bloedbestanddelen worden teruggeleverd naar de bloedbaan
- Donoren kunnen zo vaker doneren en hoeven niet lang te herstellen

→ bloed wordt ook getest voor bloedgroep, virussen en bacteriën

Rode bloedcel antigenen
→ beschikken over bepaalde antigenen op hun oppervlakte,
hiertegen kunnen antilichamen gemaakt worden
- Antigen is een polysaccharide → A, B, AB, O, hh
(bombay)
- Antigen is een eiwit
- Single-pass protein → eiwit gaat 1x door het
membraan (MNS, Kell)
- Multi-pass protein → eiwit gaat meerdere keren
door het membraan (Rh)
- GPI-linked protein → lipide gekoppeld aan een
eiwit en suikergroep (Duffy)

ABO antigenen → polysaccharides (suikergroepen)
- Bloedgroep O → beschikt alleen over het H-antigen = galactose - fructose
- Maakt dus antilichamen tegen het A- en B-antigen
- Glycosyltransferases zijn hier niet functioneel waardoor er geen
galnac of galactose aan het H-antigen gekoppeld kan worden
- Bloedgroep A → beschikt over een H-antigen gekoppeld aan galnac
- Maakt antilichamen tegen het B-antigen
- Bloedgroep B → beschikt over een H-antigen gekoppeld aan galactose
- Maakt antilichamen tegen het A-antigen


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sannewitziers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.43  12x  sold
  • (1)
  Add to cart