ALGEMENE AANPASSINGEN OMTRENT ZORG VOOR DE OUDERE POPULATIE
BEGRIPSBEPALING VAN DE OUDERE POPULATIE
Niet 1 definitie omdat oudere heel divers zijn
DEFINIEREN VAN DE OUDERE POPULATIE
- Senioren vs kwetsbare oudere persoon
Vroeger was je al bejaard als je 60+ was, zonder onderscheid te maken in activiteit en leeftijd.
Daarna opsplitsing en kwam men tot de actieve en oudere bejaarde. De 3 e leeftijd werd dan
opgedeeld in jongbejaarde, bejaarde en hoogbejaarde
- De 3e, 4e en 5e leeftijd -> oudere populatie (wordt nu gebruikt)
3e leeftijd= young old
4e leeftijd= oldest old
5e leeftijd= de naderende dood, palliatieve zorgfase
VISIE OP OUDER WORDEN IN DE OUDHEID
Plato ouder worden niet erg omdat je veel ervaring hebt opgebouwd
en dan heb je het vermogen om kritisch te denken
e
2 visie van Hij beweert het tegenovergestelde, ouderen kunnen zich beter
Aristoteles terugtrekken uit de my, ze hebben geen functie meer in de my
Disengagement Cumming en Uitganspunten:
theorie Henry (’61) - Maatschappij ‘promoot’ disengagement voor ouderen
- Ouderen en maatschappij moeten zich gelijktijdig
‘loskoppelen’ van elkaar
- Na het pensioen moeten ouderen géén nieuwe taken
opnemen (en de samenleving moet dat ook niet
vragen)
Activiteit theorie Ruth Cavan ’(49)/ Uitgangspunten:
- Moraal en tevredenheid pos. gerelateerd aan de
Havighurts en sociale integratie en een hoge betrokkenheid bij
Albrecht (‘ 53)) sociale netwerken.
- Moraal en tevredenheid negatief gerelateerd aan
verlies van rollen en activiteiten. Dergelijke verliezen
moeten worden gecompenseerd door vervanging van
activiteiten/alternatieven
Continuïteittheorie Atchley (‘89) Komt vanuit 2 theorieën:
- Ouderen zullen na hun pensionering de nood hebben
om gelijk(aardig)e activiteiten, interesses na te streven
als in de rest van hun levensloop
- Men moet uitgaan van de persoonlijkheid van de
individu (je verandert niet omdat je ouder bent)
Differentie disengagement: mensen kunnen niet heel hun leven dezelfde activiteiten doen door
mentaal en fysieke problemen en er moet een herschikking gebeuren
Succesful ageing Rowe & Kahn (‘87) =vermijding van ziekte, een hoge cognitieve capaciteit en
/ actieve betrokkenheid op latere leeftijd
Baltes & Baltes Reactie op negatieve, maatschappelijk discussies rond ouderen
(‘90) als zijnde afhankelijk en onproductief
1
,DEMOGRAFISCHE VERANDERINGEN
TOENAME VAN DE LEVENSVERWACHTING
Vroeger was het heel uitzonderlijk dat je eens 100 werd, nu is dit de normaalste zaak.
Dit komt enerzijds door de evolutie van de medische kennis en de technologie en de toenemende welvaart.
Vrouwen worden gemiddeld ouder dan de mannen -> het is gender gerelateerd
AANDEEL OUDERE POPULATIE TEN OPZICHTE VAN DE BEVOLKING
Dit stijgt. Dit komt door de babyboom.
Na de 2de wereldoorlog veel euforie en daarom in deze periode veel baby’s geboren
De bevolkingspiramide had vroeger een brede basis en een kleine top, nu schuift de brede basis naar boven
Overal in de wereld stijgen de oudere populatie
VERGRIJZING EN DUBBELE VERGRIJZING
Dubbele vergrijzing= verzilvering: toename van de oudste ouderen/ de oudste bevolking (de groep
hoogbejaarden neemt sterk toe, stijging 85 (80)-plussers)
Vergrijzing: toenemende aantal ouderen in de my, stijging 65- plussers
Daarom dat de pensioenleeftijd omhooggaat, de mens moet voor de pensioenen zorgen ->
generatiepact
Gevolgen:
- Woon-en zorgcentra/ thuiszorg zal een topic worden
- Moeilijker voorzien van pensioenmiddelen
MAATSCHAPPELIJKE BEELDVORMING VAN DE OUDERE POPULATIE
Geen positieve kijk op de oudere populatie, boze dikke, strenge opa/ oma, de kijk is heel stereotiep.
Ouderen vaak slachtoffer van leeftijdsdiscriminatie: bv opzoek gaan naar werk als 50e
Reden van stereotypen- negatief
- Ouderen verliezen hun intellectuele vaardigheden
- Ouderen hebben een negatieve persoonlijkheid
- Ouderen zijn eenzaam
- Ouderen worden steeds meer afhankelijk en hulpbehoevend
- Ouderen worden aseksueel
- Geen rol meer in te vullen
Reden van stereotypen – positief
- Ouderen zijn wijs
- Vandaag de dag gaan oudere sporten, naar de gym
- Gaan op vakantie
- Zijn mooi (en verdienen eigen beauty-producten)
2
, STEREOTYPCONTENT MODEL
Omschrijft hoe stereotypen zijn opgebouwd
Key idea = 2 dimensies spelen een belangrijke rol in stereotypering
en vooroordelen (warmth, competence)
We moeten letten op:
- zwart/wit denken
- ‘self-fulfilling-prophecy’ = gedragen naar je stereotype
- Ageism versus leeftijdsgedifferentieerd gedrag
o Ageism gedrag dat geen onderscheid maakt in heterogeniteit v mensen binnen een
leeftijdsgroep
o Leeftijdsdifferentiatie: gedrag dat verschilt ifv de leeftijd van de doelgroep
DEFICITMODEL VS HET COMPETENTIEMODEL
- Het deficitmodel
Uitgaan van de vermindering van de bekwaamheid, tot het leven van geestelijke prestaties.
Dus de oudere is minder intelligent, leert moeilijker, lijdt verlies op gebied van de
psychomotoriek, verliest lichaamskracht en reactiesnelheid. De oudere heeft geen rol meer in
te vullen
Oorsprong: slechte observatie of vergelijking met jonge generatie
- Competentiemodel
De talenten, competenties worden in beeld gebracht obv de omgang met de doelgroep.
Vertrekt vanuit positieve kanten van het ouder worden, de mogelijkheden
VARIABILITEIT
Oudere hebben interindividuele verschillen (inkomen, kwetsbaarheid, gender, diversiteit) en intra-individuele
verschillen
KALENDERLEEFTIJD OF CHRONISCHE LEEFTIJD
hoelang we al op deze wereld zijn
De chronische leeftijd is een steeds slechtere voorspeller van het functioneren van iemand
Bv: bij een kind van 2 ga je gemakkelijk kunnen voorspellen wat hun motorische en cognitieve functies
zullen zijn. Bij een ouder wordt dit steeds moeilijker
Maw leeftijd zegt niets over de mogelijkheden, kwaliteiten en beperkingen van een persoon!!!
BIOLOGISCHE LEEFTIJD
de algemene toestand van een persoon
Dit houdt in
- Algemeen verouderingsproces
- Geleidelijke achteruitgang
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annvangestel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.