Hoofdstuk 3.1 het middellandse zeegebied
Ligging en topografie
Grootste binnenzee ter wereld. Van Straat van Gibraltar (westen) tot aan Syrië (oosten) is hij
3.800 km lang. Op drie plaatsen toegankelijk voor zeeschepen: vanaf de Atlantische Oceaan
via de Straat van Gibraltar, vanuit de Rode Zee via het Suezkanaal in Egypte en vanuit de
Zwarte Zee via de Bosporus.
Er grenzen 21 landen op drie verschillende continenten aan de Middellandse Zee. 150 miljoen
inwoners in de ecologisch kwetsbare kustgebieden. Tussen mei en september wordt het aantal
kustbewoners ook nog eens verdubbeld door de grote aantallen toeristen.
De kustlijn Middellandse Zee erg onregelmatig met schiereilanden, baaien en kapen.
Honderden kleine en grote eilanden. Rotskusten met steile kliffen worden afgewisseld door
stranden, lagunes en delta’s. De Middellandse Zee zelf bestaat uit een aantal grote bekkens.
Als gevolg van de nauwe zeestraat die tussen Spanje en Marokko ligt, zijn er in de
Middellandse Zee nauwelijks eb- en vloedbewegingen.
Zeestromen.
Zo’n 5 miljoen jaar geleden was de Middellandse Zee afgesloten van de Atlantische Oceaan;
toen was het een binnenzee. Tegenwoordig verbonden met Atlantische Oceaan via de Straat
van Gibraltar. Die is op het smalste deel slechts 13 km breed en zo’n 400 m diep.
Het water in de Middellandse Zee is in vergelijking met het water in de Atlantische Oceaan
veel zouter. Een liter water in de Atlantische Oceaan bevat 36 gram per liter, terwijl een liter
Middellandse Zeewater 38 gram bevat. De oorzaak hiervan is de temperatuur van het water.
De hete zomers in het Middellandse Zeegebied zorgen ervoor dat de watertemperatuur van de
zee ongeveer 5 °C hoger is dan in open wateren op dezelfde breedte, bijvoorbeeld in de
Atlantische Oceaan. Het zeewater wordt, naarmate het langer in de Middellandse Zee is en
dus oostelijker stroomt steeds warmer. Daardoor wordt de verdamping groter en stijgt de
zoutconcentratie. In de Middellandse Zee, op een diepte van 3,5 km, resten van oude
zoutmeren ontdekt. Het zoutgehalte is daar minimaal 300 gram per liter. Het kenmerkende
patroon van de zeestromen wordt veroorzaakt door de verticale en horizontale stromingen van
het water in het Middellandse Zeegebied. De verdamping van het zeewater is gemiddeld over
het jaar groter dan de hoeveelheid water die de Middellandse Zee ontvangt via rivieren en
neerslag. Dat de zeespiegel van de Middellandse Zee desondanks niet daalt, komt door de
aanvoer van zee- en oceaanwater. Via de Bosporus komt zeewater vanuit de Zwarte Zee
binnen en via de Straat van Gibraltar stroomt water uit de Atlantische Oceaan in de
Middellandse Zee. Een deel van het water uit de Atlantische Oceaan stroomt in de richting
van de Balearen en de Tyrrheense Zee. Een ander deel stroomt langs de Noord-Afrikaanse
kust naar het oosten. Deze stromingen van west naar oost door de Middellandse Zee worden
de horizontale stroming genoemd. De verplaatsing van water van het oppervlak van een zee
naar de diepte heet een verticale stroming. De verticale stromingen in de Middellandse Zee
worden veroorzaakt door de dichtheidsverschillen van het water. De dichtheid van het water
wordt bepaald door het zoutgehalte en de temperatuur . Water met een lagere temperatuur en
een hoger zoutgehalte heeft een hogere dichtheid. Dit water is zwaarder en zakt eerder naar de
diepte dan water met een lagere dichtheid. De verticale stroming is het duidelijkst herkenbaar
, op plaatsen waar rivierwater in de Middellandse Zee stroomt. Rivierwater is zoet. Het bevat
veel minder zouten en is daardoor lichter dan het zeewater. Het rivierwater blijft op het
zeewater drijven. Het zwaardere zoute water zakt naar beneden en stroomt in de diepte weg in
westelijke richting.
Natuurlijke plantgroei.
Behalve het Middellandse Zeeklimaat (Cs-klimaat) is de oorspronkelijke plantengroei, de
mediterrane vegetatie, de belangrijkste factor die van het Middellandse Zeegebied een
eenheid maakt. De hoeveelheid neerslag en de verdeling van de neerslag over het jaar zijn van
grote invloed op het (natuurlijke) bodemgebruik. Bovendien kent het Middellandse Zeegebied
een grote verdamping. De vegetatie heeft zich aangepast aan de klimaatomstandigheden. De
planten groeien en bloeien vooral in het vochtige voorjaar. Tijdens de droge zomerperiode
ziet het landschap er droog en verdord uit. De natuurlijke vegetatie bestaat uit drie groepen
plantensoorten.
1. Er groeien loofbomen die hun blad gedurende de droge periode niet verliezen. Deze
bomen en struiken hebben zich met hun lange wortels en kleine, leerachtige bladeren
aangepast aan de droogte. Boomsoorten zoals de kurkeik en de steeneik kunnen in het
gebied overleven
2. Bladverliezende struiken voor die in het voorjaar rijkelijk bloeien en daarna in de
‘ruststand’ de zomerdroogte overleven, zoals struikheide, buxus, brem en jeneverbes.
3. Maquis die bestaat uit een dicht opeenstaand, moeilijk doordringbaar, manshoog,
doornachtig struikgewas met harde, altijd groene bladeren (figuur 3.8). De maquis is
ontstaan door het kappen en afbranden van het oorspronkelijke bos en het afgrazen
door geiten. Tussen de struiken is ruimte voor bloeiende planten, zoals lavendel en
rozemarijn.
Op plaatsen waar het oorspronkelijke bos is verdwenen, zijn op grote schaal olijfbomen
geplant. Al vierduizend jaar geleden werden olijven gebruikt voor de productie van olie. Een
olijfboom kan groeien op plaatsen waar de temperatuur in de koudste maand gemiddeld niet
beneden de 5 °C ligt. De aanwezigheid van olijfbomen wordt daarom ook wel gebruikt om het
Middellandse Zeegebied af te grenzen. De olijfboom groeit vooral op terrassen in het westen
van het Middellandse Zeegebied.
Mediterrane akkerbouw.
Traditioneel mediterrane landbouw overwegend akkerbouw. De belangrijkste producten uit
het gebied waren granen, olijven en wijndruiven. Tegenwoordig worden in het Middellandse
Zeegebied ook veel tuinbouwproducten geproduceerd. De akkerbouw komt in drie vormen
voor, elk aangepast aan het specifieke regionale klimaat.
1. De droge akkerbouw, vooral granen, die gedurende het gehele jaar plaatsvindt , komt
vooral in de laaglanden voor. Bij deze vorm is er sprake van een twee- of driejarige
cyclus. Bij de tweejarige cyclus wordt de akker het eerste jaar bebouwd met een gewas
en blijft deze het tweede jaar braak liggen. Bij de driejarige cyclus wordt het perceel
dat braak ligt, gedurende het eerste jaar extensief beweid. Het tweede jaar van de
cyclus wordt de akker niet gebruikt. In de braakliggende grond wordt in de tussentijd
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daphnevanderlee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.47. You're not tied to anything after your purchase.