100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Wetenschapsfilosofie $6.98
Add to cart

Summary

Samenvatting Wetenschapsfilosofie

 14 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Nederlandse samenvatting van alle literatuur en colleges van het vak wetenschapsfilosofie.

Preview 4 out of 40  pages

  • May 8, 2021
  • 40
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Wetenschapsfilosofie

HC1
- 1. Nadenken over wetenschap:
 D. Stapel-> neppe data-> uitzonderlijk
 ‘Levelt’ conclusie: er is veel ‘sloppy science’: publicatie bias (niet alle resultaten publiceren), gebrek aan
herhaling van onderzoek (dus geen controle), statistische incompetentie en desinteresse, geen of
nauwelijks besef van wetenschapsethiek (hoe je onderzoek zou moeten doen)
 Het ‘common sense’- beeld van wetenschap:
 Zoeken naar waarheid
 Kennis is objectief
 Externe invloeden spelen geen rol, alles draait om bewijs
 Er is een unieke wetenschappelijke methode naar natuurkundig model
 Bedreigt door sloppy science
- Is wetenschap objectief?
 Verschil objectief en subjectief
 Wetenschappelijke kennis is objectief-> dus heldere begripsvorming; geen vaagheid of meerduidigheid->
begrippen moeten operationeel zijn: gespecificeerd en meetbaar (vrij persoonlijke/ culturele opvattingen
en waarden
 Voorbeeld intelligentie: meten door inhoud van schedel te meten-> dit onderzoek begint al met een
aanname gerelateerd aan het tijdsperk-> nu nieuwe meting via een IQ test
 Moet er objectiviteit zijn? En moet je daar naar streven?
- J. Geurts: meer dan een mening? Zit veel tussen objectiviteit en subjectiviteit dus niet zomaar een mening,
tussen gebied zo betrouwbaar mogelijk. dus Als wetenschap feilbaar is, dan toch betrouwbaar? Mensen nou
eenmaal feilbaar daarom nodig om betrouwbaar maken.
- Natuurkunde model als voor sociale wetenschap:
 16e/17e eeuw succesvol natuurwetenschappen
 19e eeuw maatschappij onderwerp onderzoek-> twee kanten: natuurkunde kant of nieuwe methode?
 Natuurkunde methode heeft soort wet aangeeft waar causaliteit aan moet voldoen reduceer- baar tot
individuen en die zijn subjects (onderzoeker ook individuen) tegenover van objecten van onderzoek ->
kan dat bij sociale wetenschap? Met wetten en individuen?
- Subject (onderzoek) vs. object-> religie: insider vs. outsider
 Insider: moet zelf religie aanhanger om te begrijpen
 Bezwaren: Bias (gekleurde beschrijvingen) en apologetische (verdedigende, beschermende)
beschrijvingen
 Outsider: onderzoeker komt nou eenmaal met zijn eigen ideeën, niks aan te doen-> moet outsider zijn
ander bias
 Bezwaren: te veel nadruk op verklarende theorieën, onterechte reductie van binnen perspectief
 Oplossing: neutral stance (neutraliteit), refelxive stance (kritische eigen standpunt) en stranger
(Schütz)
- Sloppy science gevaar voor betrouwbare wetenschap, maakt nadenken noodzakelijk, common sense
problematisch, mensen werk dus feilbaar
- Hoe dan toch betrouwbaar:
 Naturalisme: probleem van begrijpen en verklaren in de sociale wetenschappen (causale wetten?)
 Reductionisme: probleem van de verhouding tussen holisme en individualisme in sociale wetenschappen
(reduceren tot individuen?)
 Normativiteit: vraag naar normen, waarden en regels in sociale wetenschapper (subject tegenover object?)
- Vragen: onafhankelijkheid, gesitueerdheid en diversiteit, reductionisme, representatie en communicatie,
kritische denken, moreel oordelen, argumenteren en overtuigen, wetenschapsethiek
- Putman: naturalisme: begrijpen, reductionisme: vooral individuen, normativiteit: eigen waarden erin geslopen
- Centrale schema:
Explanation Understanding
Holisme Systems Practices
Individualism Agents Actors
e

- Systems: Marx-> systemen bepalen actie individuen
1

, - Agensts: Mill-> handelen van individuen bepalen het systeem
- Practices: Wittgenstein-> sociale werkelijkheid bepaald door de regels van het spel (geen causale verbanden
maar interne relaties)
- Actors: Elster-> sociale instituties worden gevormd door handelingen individuelen-> individuen maken het
spel
Risjord H1
- Normativiteit (rol van waarden in sociale wetenschap), naturalisme (rol van natuurlijke en sociale
wetenschap) en reductionisme (hoe voegt de sociale wetenschap toe aan individuen)
 Voorbeelden:
 Democratic peace: waarde, geen oorlog, sterke correlatie volgens natuurlijke wetenschap,
reductionisme, individuele niveau
 Azande Witchcraft: waarde, Azande Witchcraft is omstreden, natuurlijke wetenschap zegt dat Azande
weinige rationaliteit maar is niet zo, reductionisme de invloed van het geloof van heksen op de
populatie
 Freedom riders and free riders: waarde is dat de regelgeving moet veranderen, natuurlijke wetenschap
zegt dat samen dat kan lukken maar sociale wetenschap vraagt zich af wat de rol van eigenbelang is,
reductionisme is dat eigenbelang in de weg zit van de waarde
 Sociale wetenschap is al het systematische empirisch onderzoek naar de activiteiten van mensen vooral
groepen-> theorieën zijn de resultaten
- Filosofie: waarde theorie (grondslag en justificatie van waarde, regels en normen), epistemologie (menselijke
kennis), metafysica (fundamentele karakter van de wereld)
- Belangrijke thema’s:
 Normativiteit: normen, waarden en regels zijn onderdeel van wat de onderzoeker onderzoekt en herkent in
zijn eigen wereld-> objectiviteit-> sociale wetenschap vaak gebruikt om bij sociale regelgeving-> feit vs.
waarde
 Naturalisme: vraag rondom de regels van natuurwetenschap-> naturalisme en anti-naturalisme (sociale
wetenschap eigen regels)-> menselijk denken is ‘onnatuurlijk’ dus eigen regels nodig, metafysica anti-
naturalisme-> causaliteit heeft regels nodig, maar zijn er regels bij menselijk denken-> rationaliteit en
regels van sociale wetenschap
 Reductionisme: epistemologische reductionisme is dat de ene theorie kan worden vervangen door een
theorie op een lager niveau-> metafysica reductionisme zegt eigendommen, processen en gebeurtenissen
niet meer dan objecten op een ander niveau -> naturalisme en reductionisme liggen komen overeen->
methodologische individualisme is sociale objecten gereduceerd tot individuele keuze en actie-> anti-
reductionisten/ Holisten normativiteit en gezamenlijke actie niet te begrijpen op individueel level -> wat
zou moeten zijn kan niet worden gereduceerd tot wat is
Tekst ‘Scientific fraud’
- Fraude, waarbij de ‘wetenschappelijke’ feiten niet betrouwbaar (door error (of bias) of niet te reproduceren
zijn (liegen over respondenten of resultaten)):
 Bias (expres of niet) bij experimenteel design of cherry-picking van data
 Academische promotie druk
 Te grote aanhangig (commitment)
 Onwetendheid
 Zelfbedrog
 Bias voor bevestiging
 Deadline druk
 Druk voor dramatische uitkomsten
 Zoektocht naar wetenschappelijke financiering
 Sensatie?
- Beweging naar transparante wetenschap
- Fraude door citaties aan te passen doordat er druk is naar vele referenties
- Plagiaat
Tekst Geurts
- Wetenschap is fouten maken, feilbaar-> met methode of model: wetenschap is door mensen gemaakt en dus
met fouten-> de oorzaak voor een probleem (of ziekte) moeilijk te vinden en toch doen we onderzoek omdat
het oplossen er van vaak geen oorzaak nodig heeft
- Wetenschap is onzeker en dus reflecteren wetenschappers door feedback en elkaar checken
- Door incomplete kennis en hypotheses lossen we meer problemen of dan eerst
Tekst Smith I

2

, - Schütz: we gebruiken ‘types’ in het dagelijks leven en in de sociale wetenschap om te ‘voorspellen’ hoe
anderen waarschijnlijk gaan gedragen-> we kunnen voorspellende patronen creëren die ons helpen nadenken
door een situatie heen en hoe we ons daarbij moeten gedragen
- Sociale wetenschap doet dit ook bij empirisch bewijs-> we negeren dat deze niet objectief zijn-> ‘postulate of
adequancy’: een wetenschappelijk statement is ‘adequant’ (voldoende/ geschikt) als deze rekening houd met
een dagelijkse ervaring en begrijpelijk is voor diegene die leven in de bestudeerde relaties
- Schütz zijn voorbeeld dat van een stad: persoon op straat (die de stat kent zoals het zijn thuis is, niet
reflecterend), de cartograaf (diegene die de stad genoeg kent om een kaart te maken maar niet genoeg om te
begrijpen wat het is om in die stad te wonen, metafoor voor veel sociaal wetenschappelijke praktijk) en de
vreemdeling (die de stad alleen voldoende weet van de relaties in de stad om er doorheen te komen, niet niet-
reflectief en ook niet kleingeestig)
 Vreemden kunnen zich mengen in het dagelijks leven en toch afstandelijk blijven terwijl de persoon op
straat zich aan ongeschreven regels weet te houden-> sociale wetenschappers moeten zich afvragen of zij
willen mengen of afstandelijk blijven in het proces van de relaties en instituties
 Er zijn valkuilen in het te betrokken zijn (doelen en objectieven van het onderzoek verliezen) en te
afstandelijk zijn (de realiteit niet kennen, en dus een niet representatief beeld schetsen)
- Schütz adviseert de vreemdeling te zijn als brug tussen afstandelijkheid en onduidelijke terminologie bij
sociaal wetenschappelijk onderzoek: zo kan je meerdere mensen bereiken en zonder al bekende kennis te
brengen bij de mensen
Tekst Putnam
- Een review van ‘Our Kids’ door Putman over de ‘nieuwe’ dichotomie van mensen die wel en niet de kans
krijgen om hun talenten te ontwikkelijken-> onderzoekt arme en rijke families in Amerika
- Interviews met de families met persoonlijke verhalen-> hij gebruikt kwantitatieve data om deze te
ondersteunen
- Kritiek: te veel focus op subjectieve perspectieven en te weinig op politieke en economische krachten die
verandering vorderen of tegenhouden, zijn schrijfstijl en keuze van woorden (hoe neutraal zijn die)
HC 2
- Empirisch-analytische methode (naar natuurwetenschappelijk model)
 Empirisch: wetenschappelijk onderzoek gebaseerd op systematische waarneming
 Analytisch: ontleedbaar in logische elementaire uitspraken
 Resultaat: hypothese over empirische regelmatigheden (‘wet’)
 Uitgangspunten: vrij van waarden, derde persoons perspectief, gericht op objectieve kennis, gebruik
van statistische analyse
- Standaardbeeld van de wetenschap: (‘wiener kreis’ of ‘logisch-positivisme’)
 Empirische wetenschappen moeten theologische en metafysische wereldbeschouwingen-‘de onredelijke
machten van Kerken en Politieke ideologieën’- vervangen
 Relatie onderzoeker- object van onderzoek-> onderzoeker speelt geen rol
 Klassieke rationaliteit: argumenten gelden alleen indien ze het product zijn van logisch redeneren of
empirisch bewijsvoering
 Betekeniscriterium: uitspraken hebben betekenis of niet-> analytische uitspraken (feiten) en synthetische
uitspraken (zijn te verifiëren)
 Verificatie en confirmatie: iets waar alleen als het te verifiëren valt -> verificatie criterium: een theorie is
wetenschappelijk als hij ‘waar gemaakt’ kan worden aan de hand van feiten die door theorievrije
waarneming zijn verkregen-> ideaal: wetenschap als een geheel van ware uitspraken, in het bijzonder
empirische regelmatigheden en wetten -> problematisch-> confirmatie criterium: een theorie is
wetenschappelijk als hij ‘bevestigd’ kan worden aan de hand van feiten die door theorievrije
waarnemingen zijn verkregen
 Van waar naar ‘probability’
 Theorievrije waarneming: waarnemingen behoren ‘theorievrij’ te zijn, feiten moeten voor zichzelf
spreken-> zo niet dan wellicht zie je wat je wil zien, want feiten zijn dan geobserveerd door een gekleurde
bril-> uitgangspunt: het testen van een theorie heeft alleen zin als de feiten onafhankelijk zijn van de
theorie
 Empirische cyclus
- Karl Popper
 Feilbare ratio: kritisch rationalisme
 Kritisch: zo scherp mogelijk te bekritiseren
 Rationalisme: verstand (generator van problemen en creatieve oplossingen) als oorsprong van alle
kennis

3

,  Zoekt naar alternatief van standaardbeeld want verificatie/ confirmatie stelt logisch gezien niks voor en
kan pseudowetenschap niet elimineren
 Een theorie moet het risico lopen met de feiten te kunnen botsen
 Falsificatie-criterium: een hypothese of theorie is wetenschappelijk als zij weerlegbaar of falsifieerbaar is-
> observaties moeten in strijd kunnen zijn met de theorie
 Verschil falsifieerbaarheid (zou niet zo kunnen zijn) en falsificatie (is niet zo)
 Is een theorie falsificeerbaar, is hij dat (tegenvoorbeeld, overeenstemming), theorie beter dan
voorgangers (empirische inhoud (scherpe formulering) en corroboratie graad (testen doorstaan))
 Theoriegeladenheid: je moet een voorkennis hebben om te kunnen observeren
 Popper is geen relativistische: uitspraken moeten falsificatie doorstaan
 ‘ware’ kennis (truth): bestaat maar voor mensen onbereikbaar, moet wel streven naar de ware kennis om
dichterbij te komen-> door eliminatie onware uitspraken, je kan hooguit spreken van het benaderen van de
waarheid
- Is wetenschap ‘waardevrij’?
 Wetenschap is autonoom: alleen wetenschappers (en niet de politiek of het bedrijfsleven) bepalen welke
onderzoeksvragen de moeite waard zijn
 Wetenschap is onpartijdig: bij de acceptatie van wetenschappelijke kennis spelen morele oordelen of
bijvoorbeeld ideologische opvattingen geen rol
 Wetenschap is neutraal: onderzoekers vertellen hoe de wereld in elkaar zit, niet hoe die in elkaar zou
moeten zitten
- US Census!!! Manier van tellen beïnvloed te uitkomst en heeft politieke gevolgen
- Waarden kunnen in drie fasen een rol spelen: voor het onderzoek (financiering etc.), tijdens (Epistemische of
niet, contextueel of constitutief) en erna (welk resultaat accepteer je, ‘probability’)
- Onderscheiding:
 Epistemische waarden: bij de evaluatie van hypothese en theorieën
 Niet-Epistemische waarden: in de ontwikkeling van wetenschappelijke kennis (deel uit van gronden die
de aanname of verwerping van wetenschappelijke claims bepalen?)
 Constitutieve waarden: noodzakelijk bij het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek (fundamentele
wijze vorm aan onderzoek van binnenuit)
 Contextuele waarden: deel van de situatie waarin het onderzoek plaatsvindt (geven op toevallige wijze
vorm aan het onderzoek en zijn dus niet noodzakelijk voor de praktijk van wetenschappelijk onderzoek
- Als waarden zo sterk verweven kunnen zijn, hoe dan onderscheid feiten en waarden? Taal altijd waarde
geladen?
- Nog wel wetenschap?
 Moderate thesis of value freedom: uitsluitend Epistemische waarden een constitutieve rol spelen en niet-
Epistemische waarden slechts contextuele rol spelen
- Kan een onderzoek met constitutieve niet-Epistemische waarden nog objectief zijn?
 Objectief:
 Vrij van vooringenomenheid
 Intersubjectiviteit
 Betrouwbaarheid
 H. Longino:
 Recognized avenues for criticism: er zijn erkende voor kritisch debat
 Shared standards: debat gebaseerd algemeen gedeelde criteria
 Community response: ingegaan op kritiek, en standpunten en aannames worden zo nodig aangepast in
het licht van de kritiek
 Equality of intellectual authority: alle leden van de gemeenschap worden als intellectueel
gelijkwaardig beschouwd
Risjord H2
- Sociale wetenschap kan worden gedreven door sociale regelgeving-> maar beïnvloed de politiek dan niet het
onderzoek?-> sociale wetenschap kan niet waardevrij zijn
- Vragen naar de invloed en aard van waarde
 US census: het tellen van de mensen om te weten hoeveel vertegenwoordigers ze naar de House of
Representatives sturen-> moeilijk (meerdere adressen, citizenship etc.), welke methode (huis aan huis of
vragenlijsten-> allebei met fouten) en tijdrovend-> toch steeds grote verschillen-> sprake van waarde van
welk type error of bias wordt aangenomen-> heeft politieke gevolgen
- Strong thesis of value freedom: wetenschap is objectief in dusverre dat waarde geen rol spelen bij
wetenschappelijk onderzoek-> is dat zo?

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller svandoorm. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.98. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.98
  • (0)
Add to cart
Added