Samenvatting Waardecreatie met het Internet of Things, ISBN: 9789047012450 Internet Of Things
17 views 0 purchase
Course
Internet Of Things
Institution
Haagse Hogeschool (HHS)
Book
Waardecreatie met het Internet of Things
Samenvatting van heel het thema Internet of Things. Bijna het gehele boek is samengevat en de belangrijkste punten van Internet of Things volgens de docenten staan er ook in.
Samenvatting thema 5 Internet of Things
De methoden, technieken en technische hulpmiddelen voor het verwerken van informatie noemt
men informatietechnologie (IT). Als informatie-uitwisseling via de telefoon of het internet verloopt
noemt men het informatie en communicatietechnologie (ICT).
Om IT te kunnen toepassen in een organisatie zijn er verschillende kenmerken nodig, de
doelstellingen van de organisatie. Een aantal voorbeelden van doelen van een organisatie kunnen
zijn:
- Het behalen /vergroten van de winst (fabriek)
- Het bereiken van een ideëel doel (rode kruis)
- Het bereiken van een bepaald marktaandeel (productiebedrijf)
- Het vervullen van een maatschappelijke functie (gemeente)
- Het verspreiden van een boodschap (jehovagetuigen)
- Het verbeteren van de volksgezondheid (ziekenhuis)
- Het uitoefenen van macht (politiek)
- Het opleiden van mensen (school)
Operationaliseren: een doelstelling meetbaar en hanteerbaar maken, de doelstelling wordt zo
beschreven zodat er achteraf bepaald kan worden of het behaald is.
Elke organisatie heeft een structuur, dit kan een formele of een informele structuur zijn. Bij een
formele structuur gaan werknemers via duidelijke omgangsvormen met elkaar om. Dit kan
bijvoorbeeld zijn door net kleden en iedereen aanspreken met u. Bij een informele structuur mag je
je vrijer gedragen je spreekt iedereen aan met je en mag dragen wat je wilt.
Organisaties zijn onder te verdelen in profit en non-profit organisaties. Profit organisaties hebben
een winstoogmerk en non-profit organisaties hoeven geen winst te maken.
De primaire processen zijn de processen in de organisatie waar het om draait. Waarmee ga je de
doelstellingen halen? Een voorbeeld hiervan bij een bakkerij is het verkopen van brood. Secundaire
processen zijn processen die de primaire processen ondersteunen, ze dragen niet direct bij aan de
doelstellingen. Denk aan de administratie van de bakker.
Ontwikkelingsstadium van de organisatie, organisaties kunnen zich in de volgende stadiums
bevinden:
- Pionieren
- Overleven
- Succes
- Groeien
- Evenwicht
,Elke organisatie heeft een organisatiestructuur, een voorbeeld hiervan is een eenmansbedrijf. Als hij
uit gaat breiden neemt hij mensen aan en verdeeld de taken als hij nog groter wordt krijg je
verschillende afdelingen met een afdelingshoofd hierboven kunnen weer managers komen die de
afdelingshoofden op zich nemen. Voor een manager is er een span of control dit betekend dat hij
maximaal 25 mensen mag aansturen. De organisatiestructuur wordt vaak aangegeven in een
organogram.
Informatie is meestal een hulpmiddel om bijvoorbeeld de productie te ondersteunen, bij sommige
bedrijven is dit ook het primaire proces. Denk hierbij aan de krant of nieuwsoproep.
Elke organisatie heeft zijn eigen kritieke succesfactoren, dit zijn de goederen of diensten die je levert.
Wat spreekt een ander bedrijf aan om jou product of dienst te kopen? Dit kan zijn omdat je lokaal
bent, goedkoop, de beste kwaliteit, naamsbekendheid etc.
Elke organisatie heeft een ondernemingsplan om zijn doelen uit te werken. Dit kan in deelplannen
zijn uitgewerkt een voorbeeld hiervan is:
Dit plan is niet willekeurig als het bedrijf weet wat en waar hij zijn product gaat verkopen kan hij ook
kijken waar hij het inkoopt en waar produceert. Wie heeft hij hiervoor nodig en welke financiële
middelen. Het informatieplan wordt ook wel het ICT-plan genoemd. Het gaat over de
informatievoorziening en de automatiseringen in het bedrijf, hoe lever je het product zo efficiënt en
goed mogelijk.
Voor informatie is er een informatieladder, deze bestaat uit competenties, kennis, informatie,
gegevens, feiten.
Feiten zijn gebeurtenissen of omstandigheden die zich in de werkelijkheid voordoen. Vb gister viel er
5mm regen het is echt gebeurd.
Gegevens zijn registraties van feiten. Als feiten op papier of in de computer worden vastgelegd
spreekt men van gegevens.
Feiten die een betekenis voor je hebben, vormen voor jou informatie. Op basis van informatie neem
je beslissingen.
Kennis ontstaat uit informatie, als die is aangevuld met vaardigheden en ervaring.
Competentie heeft te maken met wat een persoon doet met zijn kennis. Mensen bezitten
competenties om in een bepaalde situatie goed te kunnen functioneren. Dit is een combinatie van
kennis, vaardigheden, houding en gedrag.
Om zo goed mogelijk te functioneren als organisatie heb je elkaar nodig, de communicatie gaat via
informatiestromen. Er zijn twee soorten informatiestromen namelijk de horizontale en de verticale
informatiestroom. De horizontale informatiestroom is nodig voor het primaire productieproces, dit is
nodig om het als een geheel te laten functioneren. De afdeling inkoop heeft bijvoorbeeld de
gegevens van de afdeling productie nodig om genoeg grondstoffen in te kopen.
,Verticale informatiestromen gaan vanuit de directie, dit gaat bijvoorbeeld over de regels voor het
inkopen van grondstoffen, de vereiste kwaliteit en de aantallen. Vanuit het primaire proces komt de
managementinformatie en verantwoordingsinformatie, door de verantwoordinginformatie weet het
management of de afdelingen zich houden aan de richtlijnen die via de besturingsinformatie worden
gegeven.
Informatie treedt dus op als integrator, integrator is een ander woord voor bindmiddel. Zo lijkt het
voor de buitenwereld alsof de afdelingen als een functioneren terwijl ze allemaal gescheiden zijn. De
functionaliteit is te zien met behulp van een schematechniek genaamd data flow diagram. Een goed
geautomatiseerde informatievoorziening verbeterd een organisatie zo erg dat e minder managers
nodig hebben omdat ze de informatie beschikken. Hierdoor kan de span of control groter worden en
het middenmanagement kan verdwijnen.
De informatievoorziening in een bedrijf is erg belangrijk, daarom moet de informatie dus ook aan een
aantal kwaliteitseisen voldoen:
- De informatie moet actueel zijn, de informatie over de voorraad van vorig jaar is niet
interessant maar die van nu wel.
- De informatie moet juist zijn, op basis van de informatie worden beslissingen gemaakt als de
informatie niet klopt zijn de beslissingen niet goed gebaseerd en vaak onjuist genomen.
- De informatie moet volledig zijn, er mag geen belangrijke informatie ontbreken.
- De informatie moet de juiste detaillering hebben, de directeur wil de omzet van een product
weten maar de werknemer uit het magazijn wil het aantal stuks dat verkocht zijn weten.
- De informatie moet beschikbaar zijn, de inspanning om de belangrijke informatie te
verkrijgen moet niet groot zijn. Het moet snel kunnen, als dit dagen duurt voordat hij het
heeft gevonden is de bereikbaarheid slecht gesteld.
Er is een verschil tussen gegevens en data, gegevens zijn de kale feiten, informatie ontstaat uit
gegevens die bruikbaar zijn voor de ontvanger van de informatie.
Een organisatie is op te delen in verschillende managementniveaus:
- Strategisch management, dit management houdt zich bezig met de grote lijnen in de
toekomst. Het bepaalt de budgetten voor de afdelingen.
- Tactisch management, dit management zit wat taken betreft tussen strategisch en
operationeel management.
- Operationeel management, dit management houdt zich bezig met de korte termijn. Zij
maken de beslissingen, bijvoorbeeld voor verlofdagen of het bestellen van goederen mag het
wel of niet.
Een voorbeeld van deze niveaus met een school: het strategische management kiest welke opleiding
er komt en op welke locatie en verdeelt het budget, het tactisch management beslist het
studieprogramma en neemt met het beschikbare budget personeel aan. Het operationeel
management zorgt voor het mailen met de studenten en de wekelijkse roosters. BLZ 26
Het managementteam heeft uiteindelijk als doel om ervoor te zorgen dat de primaire processen op
de werkvloer zodanig te verlopen dat ze een bijdrage leveren aan de bedrijfsdoelen.
Om als manager na te gaan of de gewenste doelstellingen behaald zijn heeft hij prestatie-indicatoren
nodig. De prestatie-indicatoren geven informatie over hoe goed het bedrijf presteert, om dit
meetbaar te maken is dit in cijfers uitgedrukt. Een vb hiervan is bezettingsgraad in procenten.
, Een prestatie-indicator wordt vaak gemaakt met het principe plan do check act:
- Een medewerker meet op een bepaald moment een prestatie-indicator
- Vervolgens stelt hij vast wat de waarde is, wat is het doel? (plan)
- Het management neem maatregelen (do)
- Op een bepaald moment meet de medewerker de waarde opnieuw (check)
- Na de analyse bepaalt het management de eventuele vervolgacties (act)
Vb op blz 27 onderin.
Elke organisatie heeft een goede informatievoorziening nodig, ze hebben goede computers en goed
opgeleid personeel nodig. Organisaties zijn op te delen in deelorganisaties namelijk:
- De gebruikersorganisatie, deze maakt gebruik van al bestaande geautomatiseerde systemen.
Het informatiesysteem geeft de beschikking om te wijzigen, invoeren, afrukken van
overzichten, facturen maken, etc.
- Ontwikkelorganisatie, deze bestaat in een grote organisatie met een afdeling automatisering.
Deze organisatie bedenkt samen met de gebruikersorganisatie nieuwe IT-oplossingen.
- Ondersteunende organisatie, deze organisatie zorgt ervoor dat de informatiesystemen in de
lucht blijven. Dit is bijvoorbeeld de afdeling netwerkbeheer, de helpdesk voor de
gebruikersorganisatie.
Een informatiemanager is een manager die verantwoordelijk is voor de ontwikkelorganisatie en
ondersteunde organisatie.
Just in time is een concept dat eigenlijk zegt dat het precies op tijd binnenkomt, dit kan bv zijn dat de
grondstoffen net binnenkomen als ze bijna op zijn. Dit kan alleen goed blijven gaan als het systeem
goed ingevoerd en beheerd wordt en daarom is dit vaak een kostbare en ingewikkelde taak.
Ketenintegratie is dat de leverancier en klant samenwerken, bv Heineken weet wat de voorraad bij
Albert Heijn is en daardoor kunnen zij dit goed bijvullen.
E-commerce is eigenlijk online marketing.
De benodigdheden voor een geautomatiseerd systeem zijn:
Uitvoer is eigenlijk het afdrukken van de invoer, op de uitvoer zijn er overzichten waarmee de
manager kan handelen. Invoer is het correct invoeren van gegevens in het systeem, dit kost veel tijd
en geld. Mensen zorgen voor de invoer met bepaalde procedures. Hulpmiddelen zijn nodig, de
werknemer heeft een computer nodig en bijbehorend apparatuur om alles te laten werken. Op de
computer moet een programma staan zodat de werknemer daar de gegevens kan invoeren, door het
computerprogramma is de computer geschikt om data in te voeren.
Als het computerprogramma niet op het systeem staat dan heet dat Cloud computing.
Programmatuur is onder te verdelen in systeemsoftware en applicatiesoftware, systeemsoftware is
bv een besturingssysteem zoals windows, de software zorgt ervoor dat de computer werkt. Een
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller boydrodenburg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.37. You're not tied to anything after your purchase.