100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Praktisch Europees Recht, ISBN: 9789001593216 Inleiding Europees Recht $9.64   Add to cart

Summary

Samenvatting Praktisch Europees Recht, ISBN: 9789001593216 Inleiding Europees Recht

2 reviews
 83 views  8 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting inleiding Europees recht (1e jaar duaal).

Preview 4 out of 32  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 5
  • May 10, 2021
  • 32
  • 2020/2021
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: veronicabos1994 • 1 year ago

review-writer-avatar

By: balkhias • 2 year ago

avatar-seller
Samenvatting Europees recht

Hoofdstuk 1: Europese Unie

1.1 Internationaal recht
Binnen het internationale recht zijn alle staten, groot of klein, gelijk aan elkaar. De afspraken die
staten op basis van internationaal recht met elkaar maken, worden meestal in een verdrag
vastgelegd. Een belangrijk beginsel bij het overeenkomen van verdragen is het beginsel van
staatssoevereiniteit. Staten kunnen namelijk op verschillende manieren hun staat soevereiniteit
overdragen bij het opstellen van internationale verdragen. De manier waarop dit gebeurt geeft effect
hoe de bevoegdheden en dagelijkse werkzaamheden van de internationale organisatie in kwestie.

1.1.1 Staatssoevereiniteit
De overheid heeft de ultieme beslissingsbevoegdheid op het grondgebied van de staat en is de enige
die de wet- en regelgeving kan opstellen. Oftewel: de overheid heeft staatssoevereiniteit. Dit
betekent dat andere staten niet te kunnen bepalen hoe Nederland zijn regelgeving vormgeeft; deze
macht ligt alleen bij de nationale overheid. Deze macht kan op twee manieren worden beperkt: de
soevereiniteit kan vrijwillig worden overgedragen of onvrijwillig worden beperkt.

Soevereiniteit overdragen
Ten eerste kan de staat beslissen om de beslissingsbevoegdheid over te dragen aan bijvoorbeeld een
internationale organisatie. De staat kan dan niet meer alle regels zelf stellen, maar accepteert dat is
een organisatie hoger en gezaghebbender is dan de staat zelf. Omdat staatssoevereiniteit heel
belangrijk is voor het functioneren van de staat, zullen staten hun beslissingsbevoegdheid over het
algemeen alleen overdragen als dit voor belang van het land dient en bijdraagt aan het welzijn van de
inwoners.

Bij de oprichting van de EU, of liever gezegd de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal zoals de
samenwerking toentertijd heten, waren het voorkomen van oorlog en het bewerkstelligen van
economische groei en herstel de belangrijkste redenen voor het overdragen van staatssoevereiniteit

Het overdragen van staatssoevereiniteit hoeft overigens niet permanent te zijn. Kijken we naar de
EU, dan zien we dat er mogelijkheid bestaat voor landen om hun lidmaatschap op te zeggen en nu
staatssoevereiniteit te hernemen. In de Europese verdragen kun je een dergelijke procedure
terugvinden in art. 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (zie art. voor inhoudelijk proces
voor het uittreden EU). Is een land eenmaal uitgetreden, Dan kan dat land later alsnog verzoeken
weer lid te worden van de EU.

Soevereiniteit onvrijwillig beperkt
De tweede manier waarop de staatssoevereiniteit beperkt kan worden, is dat een land om vrijwel ligt
de beslissingsbevoegdheid uit handen wordt genomen. Als een staat wordt binnengevallen door een
ander land en dat andere land de macht overneemt, is de beslissingsbevoegdheid van de aangevallen
staat beperkt. Dit kan door militair ingrijpen van een onafhankelijke staat gebeuren, maar ook door
een mandaat dat de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft afgegeven om een land binnen te
vallen.

1.1.2 Internationale organisaties
Er zijn twee soorten internationale organisaties:
1. Gouvernementele organisaties en;
2. Non-gouvernementele organisaties.

,Gouvernementele organisaties
Een samenwerkingsverband tussen staten wordt een gouvernementele organisatie genoemd. De
oprichting van zo’n organisatie gebeurt in een verdrag. In dat verdrag vermelden de lidstaten de
doelstellingen en de middelen die de organisatie heeft om die doelstellingen te bereiken. Een
internationale organisatie biedt staat en de mogelijkheid om samen te werken op een bepaald
beleidsterrein.

Staten kunnen bij het oprichten van een organisatie kiezen of en hoeveel soevereiniteit afstaan aan
deze organisatie. Als lidstaten geen soevereiniteit afstaan, wordt de organisatie een
intergouvernementele organisatie genoemd. Als lidstaten wel beslissingsbevoegdheid afstaan aan de
organisatie, is er sprake van een supranationale organisatie.

De Europese Unie is een supranationale organisatie. Een supranationale organisatie staat boven de
lidstate, terwijl een intergouvernementele organisatie een samenwerking is tussen lidstaten. De
lidstaten staan in dat geval vrijwillig een gedeelte van een beslissingsbevoegdheid af aan een
internationale organisatie. Zij accepteerde dat deze organisatie regels vaststelt waar zij zich aan
moeten houden. De lidstaten kunnen niet meer zelfstandig zich bezighouden met de inhoud van
deze regels.

Non-gouvernementele organisaties
Naast een groep landen, kan ook een groep personen een internationale organisatie oprichten. Een
non-gouvernementele organisaties, een ngo, is onafhankelijk van state en heeft vaak een ideële
doelstelling. Ngo’s Hebben we een vaste doelstelling. Ze hebben niet dezelfde status als
gouvernementele organisaties, maar worden vaak wel uitgenodigd om deel te nemen aan de
internationale vergaderingen. Ngo’s Hebben dan geen stemrecht, maar wel een adviserende rol.
Denk hierbij aan organisaties zoals; het Rode Kruis en Amnesty International.

1.2 De EU en haar doelstellingen
De Europese Unie, zoals we die vandaag kennen, is het resultaat van verschillende opeenvolgende
internationale verdragen. Deze internationale verdragen regelde achtereenvolgens welke
doelstellingen de EU nastreeft en binnen welke juridische kaders dat mag gebeuren.

Op dit moment zijn in de EU de volgende twee verdragen van kracht:
 Het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU);
 Het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU).

Naast deze verdragen is het Handvest van de grondrechten van de EU een belangrijk EU-verdrag. In
het Verdrag betreffende de Europese Unie staan in art. 3 de doelstellingen van de EU opgesomd. De
belangrijkste doelstellingen zijn: vrede en welzijn, het creëren van een ruimte van vrijheid, veiligheid
en recht, het oprichten en voltooien van de interne markt, het instellen van een economische en
monetaire unie (EMU) en het beschermen van mensenrechten.

De EU heeft twee instrumenten om de doelstellingen te bewerkstelligen; de EU kan enerzijds
besluiten tot een strategie van negatieve integratie en anderzijds tot positieve integratie.

Negatieve integratie
Negatieve integratie betekent dat de EU overgaat tot het uitvaardigen van verboden.

Positieve integratie
Positieve integratie betekent dat de EU overgaat tot het uitvaardigen van geboden. Het doel van
positieve integratie is om de nationale regelgeving van de lidstaten te uniformeren, of te
harmoniseren, zoals dat in juridische termen heet.

,1.2.1 Vrede en welzijn
De EU heeft primair als doel om vrede en welzijn in Europa te bewerkstelligen. Het middel om deze
vrede en welzijn te bereiken is economische integratie. De gedachte of logica hierachter luidt als
volgt: wanneer lidstaten economisch samenwerken, zorgt dit ervoor dat de economieën van de
lidstaten met elkaar verweven raken. Deze economische verstrengeling die niet alleen een
economisch doelpunt met andere woorden, economische integratie dient niet alleen ter versterking
van de algehele welvaart. Economische verwevenheid tussen de lidstaten zorgen ze namelijk ook
voor dat de eventuele conflicten tussen lidstaten eerder op diplomatieke wijze opgelost worden.
Immers, je maakt geen ruzie met je handelspartners, want dat betekent een achteruitgang van eigen
economie. Daarbij komt dat lidstaten economisch afhankelijk van elkaar worden door het aangaan
van economische samenwerking.

1.2.2 Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht
Burgers van de EU mogen over het algemeen in alle lidstaten verblijven om te werken, te studeren of
te genieten van hun pensioen. Door open grenzen is het gemakkelijker om zich binnen de EU te
verplaatsen. De EU zorgt daarom voor beleid dat grensoverschrijdende criminaliteit en illegale
migratie bestrijdt. Justitiële samenwerking in strafzaken, grensbewaking en gemeenschappelijk
beleid op het gebied van asiel en immigratie behoren alle tot deze beleidspijler.

1.2.3 Interne markt
De interne markt maar het mogelijk dat er steeds meer gehandeld wordt tussen bedrijven die in
lidstaten zijn gevestigd, dat er steeds meer personen over de grens gaan werken en dat iedereen
overal in de EU kan investeren. De bedoeling is dat we nationale markten steeds meer geïntegreerd
worden tot een gemeenschappelijke markt, waarin alle bedrijven en personen dezelfde kansen en
mogelijkheden hebben. Deze markt behelst een ruimte zonder economische grenzen en
belemmeringen, waar het economisch verkeer zich zo vrij mogelijk kan bewegen.

Hoewel de interne markt en economische vooruitgang belangrijk zijn, heeft de EU zich tot doel
gesteld om bij het inrichten van die interne markt niet uitsluitend economische doelen na te streven.
Daarnaast moet de interne markt gepaard gaan met het beleid gericht op het creëren van gelijkheid
voor mannen en vrouwen op de arbeidsmarkt, het tegengaan van discriminatie en het voorkomen
van sociale uitsluiting.

1.2.4 Economische en Monetaire Unie
De EMU valt uiteen in twee pijlers; het monetair beleid vormt de ene pijler en het economisch beleid
de andere.

Monetair beleid
De Europese Centrale Bank is verantwoordelijk voor het monetaire beleid in de EU. De ECB wordt
daarbij geassisteerd door de nationale banken van de lidstaten. Samen vormen zij het Europees
Stelsel van Centrale Banken. Het monetair beleid heeft een supranationaal karakter.

Als een lidstaat de euro als betaalmiddel heeft, maakt hij deel uit van de Eurozone. In Montenegro en
Kosovo is de euro geen wettig betaalmiddel, maar je kan er wel met de euro betalen. Deze twee
landen zitten niet in de Eurozone en bieden de betaalmogelijkheid zonder overeenkomst met de EU.

Een voordeel van een gemeenschappelijke munt is dat de afzetmarkt verhoogd wordt voor
producenten, waardoor niet alleen consumenten, maar ook bedrijven een profiteren van een
gemeenschappelijke munt. Voor de rest hoeven er geen kosten meer worden gemaakt voor het
omzetten van de nationale naar buitenlandse valuta. Internationale transacties kunnen daardoor
gemakkelijker worden gedaan.

, In sommige gevallen willen landen zelf niet toetreden tot de Eurozone. Een reden hiervoor kan zijn
dat de gemeenschappelijke munt het lastig gemaakt om nog nationaal economisch beleid te voeren.
Je kunt bijvoorbeeld niet langer de nationale economie stimuleren door zelfstandig te besluiten extra
geld in de economie te pompen door het uitvaardigen van extra valuta. Deelname aan een
gemeenschappelijke munt betekent dat je voor een dergelijke beslissing afhankelijk bent van de
instemming van mede-Eurolanden, of meer in het bijzonder de ECB. Een ander nadeel van de Euro is
dat de economische onderpresteren van een land gevolg kan hebben voor alle andere deelnemers
aan de Euro.

Hoewel het niet deelnemen aan de Euro soms hun keuze is, nemen andere landen niet deel aan de
Euro omdat er bepaalde voorwaarden zijn waaraan die lidstaten niet voldoen. Er zijn bijvoorbeeld
allerlei eisen op het gebied van prijsstabiliteit en overheidsfinanciën waaraan een lidstaat moet
voldoen, alvorens deelname aan de Euro wordt goedgekeurd.

Economisch beleid
Het economisch beleid blijft, ondanks Europese samenwerking op dit vlak, grotendeels de
verantwoordelijkheid van de lidstaten en heeft een intergouvernementeel karakter. Die coördinatie
wordt onder andere gewaarborgd door het stabiliteits- en groeipact dat afspraken bevat over
begrotingsdiscipline, zoals beperking van het overheidstekort en de staatsschuld. De afstemming van
het nationaal economisch beleid gebeurt in een jaarlijkse cyclus die bekend staat als het ‘Europese
semester’.

1.2.5 Beschermen van mensenrechten
De Europese Unie heeft in art. 2 VEU een belangrijke plaats ingeruimd voor de bescherming van
mensenrechten. Ook een democratische samenleving en een rechtsstaat worden in dit artikel
genoemd als fundamentele begrippen die door alle lidstaten geïmplementeerd moeten worden. Art.
2 VEU vormt ook de grondslag voor de mogelijkheid voor het Europees Hof van Justitie om te
oordelen over schendingen van mensenrechten als deze worden voorgelegd tijdens een zaak. Het
artikel schrijft bovendien voor dat alle Europese wetgeving moet voldoen aan deze belangrijke
waarden.

Ook in haar relaties met andere landen zet de EU zich in voor de verbetering van mensenrechten en
democratie. Het beleid met betrekking tot het opzetten van samenwerkingsverbanden met de
buurlanden van de EU is bijvoorbeeld niet alleen gericht op het verdedigen van de Europese
handelsbelangen, maar ook op het verstrekken van ontwikkelingshulp.

Vanwege het belang van de mensenrechten in de EU wordt de Europese Unie, naast een economisch
samenwerkingsverband, steeds vaker bestempeld als een waardengemeenschap. Het toenemende
belang van het Handvest van de Grondrechten van de EU is hier ook een illustratie van.

1.3 Interne markt
Let op: de interne markt en de Economische en Monetaire Unie zijn twee verschillende onderdelen
van de EU. Aan de Economische en Monetaire Unie nemen niet alle lidstaten deel, maar de interne
markt is een onlosmakelijk onderdeel van de EU. Lidstaten kunnen zich hier niet buiten stellen.

1.3.1 Onderdelen interne markt
De interne markt bestaat voornamelijk uit de volgende drie onderdelen:
1. Regels op het gebied van vrij verkeer;
2. Verbod op staatssteun;
3. Mededingingsrecht.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bbbbbb123. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.64. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.64  8x  sold
  • (2)
  Add to cart