Echt alles wat je moet weten over H7, nog wel redelijk uitgebreid zodat het echt makkelijk te begrijpen is en je niks vergeet te leren.
Is schoolexamen stof en met deze samenvatting kan je geen onvoldoende halen.
Zuivere stof bestaat uit een soort moleculen
Een materiaal is een stof of een mengsel van stoffen
o Materiaal is een bepaalde toepassing van een stof
Stoffen komen in drie fasen voor
o Vaak toegepaste vaste stoffen zijn metalen en alliages (mengsels van metalen)
Het molecuulmodel
Intermoleculaire ruimte: de ruimte tussen de moleculen
Moleculen bewegen: hoe hoger de temperatuur, hoe sneller
Moleculen trekken elkaar aan: hoe groter de afstand tussen de moleculen, hoe kleiner de
vanderwaalskrachten
Deze micro eigenschappen verklaren macroscopische eigenschappen zoals dichtheid
Fasen en het molecuulmodel
In een vaste stof is er weinig ruimte tussen de moleculen en de aantrekkingskracht groot
o Elk molecuul beweegt in een vaste plek evenwichtig vaste stof
o Vast volume & vaste vorm
In een vloeistof hebben de moleculen geen vaste plaats meer en de aantrekkingskracht is
kleiner. De moleculen houden zich nog wel vast aan elkaar
o Vast volume & geen vaste vorm
In een gas zitten de moleculen ver uit elkaar en beoefenen ze nauwelijks kracht op elkaar
Ze bewegen snel en zijn gemakkelijk samen te drukken
o Geen vast volume & geen vaste vorm
Als een stof smelt komen de moleculen los van hun plaats en gaan door elkaar bewegen
Bij stollen gebeurt het omgekeerde
Bij verdamping onttrekken de moleculen zich aan elkaars aantrekkingskracht
Bij condenseren vangen ze elkaar juist in
Dichtheid en atoommassa
Eigenschap van een stof: dichtheid (verschilt per stof)
o P=m/V
Globaal geldt dat metalen met grotere atoommassa’s ook een grotere dichtheid hebben
Is niet helemaal een lineair verband geen formule
Uitzetting
Als een stof warmer wordt, zet hij uit. Doordat de moleculen sneller bewegen, duwen ze
elkaar verder uit elkaar en neemt de intermoleculaire ruimte toe.
De lineaire uitzettingscoëfficiënt is een maat voor hoe sterk een stof relatief uitzet per graad
temperatuurstijging.
Deze verschilt per stof stofeigenschap
Voor gassen en vloeistoffen is er de kubieke uitzettingscoëfficiënt die de volumeverandering
uit. Dit moet omdat gassen en vloeistoffen niet vormvast zijn.
Water is een uitzondering:
, o Deze krimpt bij opwarming van 0 tot 4 graden (4 graden is grootste dichtheid)
(precies 1)
o ijs van 0 graden heeft een kleinere dichtheid dan water
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller timw1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.