Opdrachten staatsrecht semester 1
Week 1
1 Het staatsrecht kent drie verschillende functies. Allereerst een constituerende functies,
hetgeen het instellen van ambten inhoudt en welk ambt welke functies uitvoert. Ten tweede
een attribuerende functie, hetgeen het toekennen van bevoegdheden en daarmee ook
verantwoordelijkheden betekent. Deze verkrijging van bevoegdheden kan door middel van
bijv. attributie en/of delegatie. Ten derde kent het staatsrecht een regulerende functie. Dit
betekent dat het staatsrecht ook grenzen stelt aan de bevoegdheden en macht die de
ambten krijgen.
2 Art. 42 Gw. Constituerend
Art. 1 Gw Regulerend
Art. 44 Gw Attribuerend
Art. 118 lid 1 Gw Constituerend
Art. 9 lid 2 Gw Regulerend en attribuerend (geeft macht en de formele wetgever).
3 De functies van het staatsrecht laten zien met welke bedoeling bepaalde wetten zijn
opgesteld in het staatsrecht. Met andere woorden, waar dient een bepaald wet en wat voor
achterliggende bedoeling(en) heeft die bepaling. Het staatsrecht kan daarnaast ook, tot een
zekere mate, bijdragen aan de legitimatie van het overheidsgezag. Wanneer de overheid zich
netjes houdt aan de bepaling die zijn opgesteld in het staatsrecht, zal haar beleid ook
gedeeltelijk als legitiem worden gezien, daar het aan de wet voldoet. Echter is voor
legitimiteit, zoals in deze tijden ook duidelijk zichtbaar is, meer nodig dan alleen het voldoen
aan het staatsrecht.
4 Legaliteitsbeginsel: al het overheidsoptreden moet terug te vinden zijn in een algemene
wet. Art 16 GW. Het moet gaan om een voorafgaande algemene regel. Art 88 GW. Scheiding
der machten. Democratie art 53 en 54 GW. Onafhankelijke rechtspraak art. 112 GW.
Grondrechten art 1 t/m 23 GW.
5 - de Staten-Generaal: 57 GW, 71 GW
- de regering: art 43 GW, 44 GW, 47 GW
- de rechterlijke macht: art. 117 GW.
6 ieder overheidsoptreden moet op een duidelijke, bestaande en bij voorkeur geschreven
wettelijke bevoegdheid berusten. Dit is bijv. in het wetboek van strafrecht en strafvordering
beschreven, maar niet met zoveel woorden in de Grondwet.
7 Een pre-ambule is meer een symbolische (voor)verklaring van in dit geval de grondwet,
waarin vaak de belangrijkste beginselen en gedachten zijn vastgelegd. Een algemene
bepaling is daadwerkelijk deel van in dit geval de grondwet. Een preambule is een soort van
symbolische voorverklaring vooraf aan de grondwet. Hierin zijn de belangrijkste waarden en
beginselen neergelegd. - Een algemene bepaling is deel van de grondwet.
,8a De bepaling wordt opgenomen als algemene bepaling, en wel helemaal in het begin, wat
dus inhoudt dat het betrekking heeft op alle wetten en alle overheidshandelingen. De
grondwet en verandering die daarin mogelijk gaan worden aangebracht in de toekomst
moeten hier dus (ook) aan voldoen.
8b Het voorstel is goedgekeurd in de eerste lezing, maar aangezien het een
grondwetswijziging betreft, is ook een goedkeuring in de tweede lezing vereist, welke nog
niet heeft plaatsgevonden.
Week 2
1 Het koninkrijk der Nederlanden bestaat uit Nederland, een deel in de Cariben, namelijk
Curaçao, Aruba en Sint Maarten. Vervolgens bestaat Nederland uit de eigen provincies en uit
Bonaire, Saba en Sint Eustatius.
2 Koninkrijksaangelegenheden gaan het hele koninkrijk, zoals hierboven beschreven, aan en
niet alleen Nederland. Dit betreft art. 3, art.5 lid 1 en art. 55 Statuut. Volgens art. 41 lid 1
Statuut behandelen de landen hun eigen belangen, zolang dit geen
koninkrijksaangelegenheden zijn, op basis van autonomie.
3 Art. 1a de Kroon, dit is de Koning. Art. 2 lid 2 Gouverneur, vertegenwoordigd de Koning
op de eilanden. Art. 7 Raad van ministers. Art. 13 Raad van State dit bestaat uit
de Nederlandse RvS en van Aruba, Curaçao en Sint-Maarten allemaal één lid. De Koning,
samen met een Rijksminister benoemen deze leden. Art. 23 Hoge Raad. Vaak wijken de
ambten niet zoveel af omdat het de ambten zijn die in de Nederlandse Gw worden
beschreven, maar dan met een aantal kleine aanpassingen.
4 De BES-eilanden (Bonaire, Sint Eustatius en Saba) zijn openbare lichamen en worden vaak
beschreven als speciale gemeenten.
5 Deze procedure staat beschreven in art. 15 Statuut (en verder): de koning zendt een
ontwerp van rijkswet zowel naar de Staten Generaal als naar de vertegenwoordigende
lichamen van Aruba, Curacao en Sint Maarten. Zowel de Tweede Kamer kijkt hier naar als de
vertegenwoordigers van de overzeese landen, deze kinnen ook vragen te stellen en zelfs een
voordracht te doen. Volgens art. 16 kan het ontwerp ook nog verder worden onderzocht
door het gebied waar de regeling invloed op heeft. Wanneer het wetsvoorstel wordt
behandeld in de Staten-Generaal kunnen de vertegenwoordigende organen vragen stellen
en zelfs gedelegeerde laten komen, die ook vragen kunnen stellen. Vervolgens vindt
stemming plaats, eerst in de Tweede Kamer en dan in de Eerste Kamer, waarbij de
vertegenwoordigende minister een voorstel van tegenhoud tot aan de volgende
vergadering. Wanneer vervolgens dan alsnog een kleine meerderheid is, kan ook nog verder
overleg plaatsvinden omtrent het voorstel in de raad van ministers. Vervolgens wordt de
regeling bekendgemaakt in het officiële blad van het land waar die regeling zal gelden.
6 Bij een consensusrijkswet is sprake van een consensus, of overeenstemming tussen de
verschillende regeringen, omtrent het feit dat de landen landsaangelegenheden regelen
door middel van rijkswetten. Er moet overeenstemming bestaan tussen de landsregeringen
gedurende het hele proces. Dit zal dan ook op de manier gaan zoals hierboven beschreven.
, 7 De herziening van het Statuut geschiedt bij Rijkswet (art. 55 Statuut). Wel gelden bepaalde
eisen, zo worden er twee lezing gedaan door de Staten van de landen, tenzij in de eerste
lezing een tweederde meerderheid is. Ook komt geen ontbinding van de Kamers, zoals dat
wel het geval is bij de Grondwet. Als een wijziging in het Statuut WEL afwijkt van de
Grondwet, dan moet de procedure van de Grondwetsherziening worden gevolgd. De tweede
lezing kan dan wel volstaan met een gewone meerderheid.
8a Volgens art. 41 dienen de landen hun eigen belangen zelfstandig te behartigen en hebben
zij autonomie. Wanneer echter sprake is van ondeugdelijk beleid kan de koninkrijksregering
ingrijpen op grond van art. 51 Statuut en een aanwijzing geven hoe zaken geregeld dienen te
worden. Zoals in art. 43 van het statuut staat beschreven, zijn zaken omtrent deugdelijk
bestuur voor rekening van het land zelf. Het koninkrijk kan op basis van dit artikel echter ook
ingrijpen wanneer zij acht dat deze taken verwaarloost worden, hetgeen in casu het geval is.
Meer specifiek betreft dit art. 51 Statuut, waarbij aanwijzingen kunnen worden gegeven die
opgevolgd dienen te worden. Tevens kan op grond van art. 50 Statuut wetgeving in strijd
met het andere regelgeving worden geschorst.
8b De gevolmachtigde minister kan invloed uitoefenen in de rijksministerraad. Verder kan
ook de gouverneur invloed uitoefenen.
9 Art. 38 van het statuut beschrijft dat landsaangelegenheden via consensusrijkswetten op
nationaal niveau geregeld kunnen worden. Hierbij moet vanzelfsprekend eenieder
instemmen.
10a Zoals in art. 43 van het statuut staat beschreven, zijn zaken omtrent deugdelijk bestuur
voor rekening van het land zelf. Het koninkrijk kan op basis van dit artikel echter ook
ingrijpen wanneer zij acht dat deze taken verwaarloost worden, hetgeen in casu het geval is.
Meer specifiek betreft dit art. 51 Statuut, waarbij aanwijzingen kunnen worden gegeven die
opgevolgd dienen te worden. Tevens kan op grond van art. 50 Statuut wetgeving in strijd
met het andere regelgeving worden geschorst.
10b Normaliter wordt op basis van de Gemeentewet art. 123, 124 en 125 ingegrepen. Dit,
zoals de casus stelt, niet altijd. Op dat moment geldt de Wet openbare lichamen Bonaire,
Sint Eustatius en Saba (WolBes).
Week 3
1 De Grondwet kent niet veel precieze bepalingen en veel bepalingen moeten nog verder
worden ingevuld door nadere wetgeving, met als doel dat de grondwet als het ware met de
tijd kan meegroeien en niet verouderd.
2 Bij een wijziging wordt de herziening eerst in overweging genomen en moeten de Tweede
en Eerste Kamer erover beslissen in de eerste lezing. Vervolgens wordt de Tweede Kamer
ontboden en volgt een tweede lezing, waarbij een 2/3 meerderheid moet zijn.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller thomas_zz. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.