Nederland was vroeger altijd een land waar tolerantie was naar andere geloven. Dit zelfbeeld is in de
laatste twintig jaar veranderd.
Reizigers die vroeger in Nederland kwamen hadden verschillende meningen over Nederland.
Nederland is een land die vrijheidsdrang heeft maar ook verlangt naar ordening. Dit is natuurlijk
lastig want wil je orde dan beperk je snel iemands vrijheid.
Pluriforme samenleving: een samenleving waar verschillende groepen mensen samenleven. Bijv
religie.
De opstand tegen Spanje was niet om een eigen land te vormen, maar ter verdediging van de
afzonderlijke provincies.
Nederland had ook vroeger al verschillen:
Katholieken – protestanten
Lagere – hogere standen
Afgelegen op het platteland – stad
Maar de nieuwe burgers die vanaf 1945 in Nederland kwamen hebben de diversiteit wel versterkt.
Bij de eenwording van NL hebben communicatiemiddelen een belangrijke rol gespeeld; pas toen de
afstanden kleiner werden (spoorwegen), raakten inwoners van NL meer bij elkaar betrokken en te
verbinden.
Pas in 1909 liepen alle klokken gelijk in NL ‘tijdsrekening’.
Morele geografie: het dicht op elkaar leven van mensen op een klein grondgebied heeft invloed
waarop mensen met elkaar omgaan.
Morele geografie en pluriforme samenleving maakte tolerantie noodzakelijk.
Pragmatische keuze: de bestuurders realiseerden zich hoe kwetsbaar de maatschappelijke vrede
was in een land met religieuze minderheden. Ook moest een land dat handelde over grenzen zich
niet druk maken over culturele verschillen. Het profijt woog zwaarder dan de principes van het
geloof.
Vrijheid van geweten: je mocht denken wat je wilde.
Nederland werd vroeger wel gezien als verdraagzamer maar:
Joodse mannen mochten niet trouwen met christelijke vrouwen. Of naar christelijke
prostituees.
Katholieken mochten geen bestuursfuncties -> ze waren geen volwaardige burger.
Katholieken mochten geen kerkdiensten houden -> bijeenkomsten in niet opzichtige plek
werd getolereerd.
Er zat ook een principiële kant aan de tolerantie. Velen waren ervan overtuigd dat er een vrijheid
moest zijn van denken, mensen hadden recht op hun eigen geweten.
Nederland was een vrijplaats voor dissidenten (vluchteling) uit andere landen.
, Nederland is altijd een divers land geweest dat voortdurend heeft geworsteld manieren te vinden
waarop ze met die verschillen konden omgaan.
Poldermodel: werkgevers, vakbonden en overheid met elkaar aan tafel gaan zitten om te
onderhandelen over arbeidsvoorwaarden en lonen.
Pacificatiedemocratie: staatsvorm waarbij verschillende partijen moeten samenwerken.
De eerste vorm van democratie was de waterschappen in de 14e 15e eeuw. Daarin werd
samengewerkt om het water te beheersen. ‘Democratie van de natte voeten’.
Er is altijd gezocht naar een middenweg en het sluiten van compromissen tussen de verschillen.
Conformisme: het verlangen om zich aan te passen aan de opvattingen en gedragingen van de
meerderheid in de samenleving.
De oude meerderheid gaat mee en slaat al snel om in de nieuwe meerderheid. -> lange tijd was
vrijwel iedereen in de samenleving het eens dat een relatie zonder huwelijk en zonde was, nu denkt
het overgrote deel dat zulke relaties geen probleem zijn.
Nu is de politieke en sociale conflict scherper geworden. Onder andere door moord op Pim Fortuyn.
Een oorzaak is globalisering -> landen worden afhankelijker van elkaar.
Steeds meer kiezers stemmen op partijen en politici die tegenstellingen scherp onder woorden
brengen.
Polarisatie: het veroorzaken van een conflict of het versterken van tegenstellingen tussen partijen of
bevolkingsgroepen.
Deze polarisatie sinds de eeuwwisseling heeft geleid tot een verhevigde politieke en
maatschappelijke onzekerheid in de omgang met culturele verschillen.
Volgens velen staat de sociale cohesie in NL onder druk, het vertrouwen van burgers in elkaar en in
de overheid zou afbrokkelen, de maatschappelijke samenhang zou steeds minder worden.
H-2 cultuur en identiteit
Cultuur: alle waarden, normen en andere aangeleerde kenmerken die de leden van een groep of
samenleving met elkaar gemeen hebben en als vanzelfsprekend beschouwen.
Functies van cultuur:
Bepaald deel je identiteit: je persoonlijkheid wordt mede gevormd door de cultuur waarin je
opgroeit.
Door je cultuur heb je een gemeenschappelijk referentiekader , met deels dezelfde normen,
waarden en gewoonten
Cultuur werkt gedragsregulerend: cultuur doet het gedrag van de mens geordend verlopen.
Om de samenleving goed te kunnen laten verlopen moet er een minimum aan gedragsregels en
normen en waarden waar iedereen het over eens is en die door iedereen wordt geaccepteerd->
dominante cultuur.
Immigranten in Nederland behoren vaak tot een subcultuur, terwijl dat bij het land van herkomst
meestal de dominante cultuur was.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 14419. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.67. You're not tied to anything after your purchase.