Werkgroep 1
E-toets online van woensdag tot zondag.
Tussentoets: Essaytoets. Harde eis om mee te doen aan tentamen en hertentamen.
Tentamen: 40 meerkeuzevragen
Behandelen van casu:
0. Goed lezen
1. Juridisch relevante feiten
2. Rechtsvraag (is vaak al gesteld, moet soms ontleed)
3. Juridisch kader; wetsartikelen & jurisprudentie
4. Toetsing van juridisch relevante feiten aan juridisch kader
5. Conclusie; onderaan nog een keer duidelijk: B heeft gelijk, want …
Specifieke regels gaan voor op algemene regels, dus artikel uit boek 6 BW gaat voor op artikel uit
boek 3 BW.
Casus 1
a) Chronologische tijdlijn:
1 september: indiensttreding
14 januari: psychische problemen, bedrijfsarts en psycholoog
16 januari: ontslag, zeer geëmotioneerd
24 januari: bevestiging ontslag
25 januari: Wamsteker ontvangt brief, belt en stelt vordering
- Ontslag: wat voor rechtshandeling is dit? Eenzijdige gerichte rechtshandeling
o Eenzijdige rechtshandeling
Niet gericht (bijv. aanvaarden nalatenschap, opstellen testament)
Gericht (bijv. ontslag, is gericht tegenover werkgever)
o Meerzijdige rechtshandeling (twee personen verrichten rechtshandeling, bijv.
overeenkomst).
- Rechtshandeling: is gericht op een beoogd rechtsgevolg, je moet er iets mee willen
bereiken.
- Feitelijk handelen is als bijv. bij voetbal iemand per ongeluk schopt, dan is er wel een
rechtsgevolg, namelijk schadevergoeding, maar het was niet beoogd.
Juridische vraag: is ontslag van Wamsteker wel een geldige rechtshandeling/overeenkomst?
b) Art. 3:33 BW: wil + verklaring moeten overeenstemmen. Als wil en verklaring niet
overeenstemmen komt er, in beginsel, geen rechtshandeling tot stand (= discrepantie tussen
wil en verklaring).
Art. 3:35 BW: gerechtvaardigd vertrouwen (uitzondering op 3:33). Vereisten om aan te
kunnen voldoen:
- Verklaring/gedraging van een ander. Hoeft niet mondeling of schriftelijk, want
verklaringen en gedragingen kunnen vormvrij geschieden: art. 3:37 lid 1 BW.
- Opgevat als verklaring/gedraging van een bepaalde strekking. Dit is subjectief. Het is wat
diegene ervaart (bijv. barman ziet iemand leeg glas naar hem omhoog steken. Hij denkt
hierdoor dat diegene een nieuwe biertje wil).
- Die in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs zo mocht worden opgevat. Dit is
objectief.
Art. 3:34 BW: geestelijke stoornis. Toetsen:
- Een geestelijke stoornis (is ruim begrip, dronkenschap valt hier ook onder)
, - Verband tussen de geestelijke stoornis en de verklaring. Daarbij wordt er vermoed dat
dit zo als indien de verklaring nadelig is.
- LET OP: art. 3:35 BW blijft onverlet. Dus als jij je op 3:34 BW beroept kan de ander zich
nog steeds op 3:35 BW beroepen.
(Als er sprake is van art. 3:32 lid 2 (handelingsonbekwaamheid), dan is er geen beroep op
3:35 BW meer mogelijk).
c) Argumenten toewijzen aan Carmel:
- Wamsteker heeft psychische problemen
- Laat tussen 16 jan en 24 jan niks van zich horen
- Zorgt voor spanningen
- Wamsteker is hoog opgeleid
3:35
Argumenten toewijzen aan Wamsteker:
- Psychische problemen
- Verklaring is heel nadelig (ontslag nemen krijg je geen uitkering)
- Is naar bedrijfsarts en psycholoog gegaan, wilde er iets aan doen
- Was zeer geëmotioneerd toen ontslag nam
3:34
Casus 2
Tijdlijn:
1 november: Bavelaar biedt zijn auto aan
8 november: Bavelaar wil aanbod herroepen
9 november: Meertens aanvaardt het aanbod
10 november: Bavelaar leest e-mail en ziet typefout
15 november: einde termijn
Voor overeenkomst nodig: aanbod en aanvaarding daarvan (art. 6:217 BW). Als aanvaarding iets
anders inhoudt dan het aanbod wordt er een nieuw aanbod gedaan (art. 6:225 BW).
Een aanbod = een rechtshandeling. Aanbod komt tot stand door ontvangst (3:37 lid 3 =
ontvangsttheorie).
Aanbod van Bavelaar is tot 15 november onherroepelijk (art. 6:219 lid 1 BW). Kan dus op 8 november
niet herroepen. Wanneer Meertens op 9 november aanvaardt per e-mail, komt op 9 november de
overeenkomst tot stand (= tussenconclusie).
(6:219 lid 2 = verzendtheorie: op moment dat aanvaarding is verzonden kan je niet meer herroepen).
Nu: bedrag bepalen, want er was een typefout. Bavelaar zegt discrepantie tussen wil en verklaring
(3:33 BW). Meertens beroept zich op 3:35: er stond symbolisch bedrag, was een 14 jaar oude auto en
Bavelaar wilde snel van auto af. Dus Meertens had gerechtvaardigd vertrouwen dat het om 750 ging.
Conclusie: op 9 november komt overeenkomst tot stond voor verkoop auto van 750 euro.
MK 1
Tijdlijn:
15 juni: verzending brief
16 juni: telefoontje ‘ik wil niet’
17 juni: aankomst brief
Wanneer komt aanbod tot stond: bij ontvangst. Geen aanbod kan je niet herroepen. Op moment dat
mw. Jongeneel belt is er nog geen aanbod gedaan, enkel een verklaring. Art. 3:37 lid 5: verklaring
intrekken kan als deze eerder dan of tegelijkertijd aankomt.
Dus C.
Verzending aanbod (verklaring intrekken, 3:37 lid 5) ontvangst aanbod (herroepen, 6:219 lid
2) verzending aanvaarding (aanvaarding intrekken, 3:37 lid 5) ontvangst aanvaarding.
MK 2
, C
Nietig = vloeit voort uit de wet. Bijv. overeenkomsten die niet in de juiste vorm zijn gegoten zijn
nietig.
Als geen beroep op vernietigbaarheid wordt gedaan, blijft de rechtshandeling geldig.
3:32 lid 2 & 1:381 BW (iemand die onder curatele wordt gesteld, is op grond van 3:32
handelingsonbekwaam). Mag je junctoën!!
MK 3
D.
Op het moment dat er een aanbod wordt gedaan, kan iedereen die aanvaarden (zolang er geen
vormvereisten aan gesteld zijn, zoals wetboek verkopen). Contractsvrijheid. Maar voor sommige
dingen zijn er wetten, zoals aankoop van een huis. Art. 7:2 lid 1: koop van een woning moet
schriftelijk worden aangegaan. Jo. art. 3:39 BW. Was niet in de goede vorm, dus alles nietig totdat op
schrift wordt gesteld.
MK 4
A. Lijkt op Citronas arrest.
Let op: als in vraag staat "hangt geheel en al af" moeten alarmbellen gaan rinkelen. meestal zijn er
meerdere factoren die meespelen.
Side note p. 90 WB
Rechtsopvolger onder algemene titel is wanneer iets automatisch gebeurd (bijv. je moeder overlijdt
en jij erft het huis). Dan ben je verplicht de gedane overeenkomsten van je moeder en iets met
betrekking tot het huis na te gaan.
Rechtsopvolger onder bijzondere titel is wanneer je een overeenkomst aangaat.
Werkgroep 2
Casus II-1
Juridisch relevante feiten:
1. Damen (achterman) verleent een volmacht aan G (de gevolmachtigde), en die koopt een
schilderij bij K (de wederpartij). D heeft een geestelijke stoornis en is onder curatele gesteld.
2. Rechtsvraag: is er door middel van vertegenwoordiging een geldige koopovereenkomst tot
stand is gekomen.
3. Juridisch kader: art. 1.381 lid 2 = iemand die onder curatele is gesteld is
handelingsonbekwaam (3:32). Volmacht = 3:60. 3:66 lid 1: gevolmachtigde moet binnen de
grenzen van volmacht en in naam van handelen.
4. Is er een geldige koopovereenkomst tot stand gekomen? Ja, in beginsel, want is binnen
volmacht gebleven. Dus overeenkomst tussen D en K.
- Nu 3:63 lid 2, dit betekent dat 3:32 ook geldt voor het geval dat een
handelingsonbekwame een gevolmachtigde gebruikt. Dus ja, de curator kan de
overeenkomst vernietigen.
5. Conclusie: er is een geldige volmacht verleend (3:60), Goosens is binnen de grenzen van zijn
volmacht gebleven (3:66). Dat betekent dat er een overeenkomst tot stand is gekomen, en
aangezien 3:66 worden achterman en wederpartij gebonden. Maar D is
handelingsonbekwaam (1:381 lid 2). In 3:63 lid 2 stelt dat sprake kan zijn van tastbare
overeenkomst. Dan 3:32, die zegt dat curator overeenkomst van handelingsonbekwame kan
vernietigen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller paulettevanoosten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.97. You're not tied to anything after your purchase.