Dit is een samenvatting voor het vak Nederlands in de onderbouw. De samenvatting bestaat uit verschillende delen van de volgende boeken:
- Portaal - Harry Paus en Adri van den Brand (1.1 t/m 1.5, 2, 3, 4.4 & 4.5, 5,4 & 5.5, 6.4 & 6.5, 7.4 & 7.5, 8 , 10.1.5, 10.4 en 10.5)
- Aanvankelijke n technis...
1.TAALONDERWIJS
1.1 Waarom (taal)onderwijs?
Taal speelt een cruciale rol in ons leven. Via taal kunnen we kennis vergaren en onszelf
ontwikkelen.
1.1.1 Kernfuncties
Kernfuncties van onderwijs:
- Kwalificatie het zich eigen maken van kennis, vaardigheden en houdingen die leerlingen
kwalificeren voor het leven in onze rijke multiculturele maatschappij en het uitoefenen van
bijvoorbeeld een beroep.
- Socialisatie het voorbereid worden op een leven als lid van een gemeenschap met eigen
tradities, gewoonten, regels en praktijken.
- Subjectivering de vorming van een persoon.
1.1.2 Kernfuncties taalonderwijs
Bij taalonderwijs gelden dezelfde functies als bij het algemene onderwijs.
Taalonderwijs wordt in eerste instantie gegeven om leerlingen beter te leren spreken en
luisteren, schrijven en lezen. Hierdoor kunnen de leerlingen ook gemakkelijker inhouden van
andere vakken verwerven.
Een andere reden om taalonderwijs te geven is dat taal nu eenmaal een belangrijk element
is van onze cultuur.
Ten slotte geven we taalonderwijs omdat leerlingen door taal zichzelf leren kennen en
uitdrukken.
1.2 Visies
Het handelen van de leraar wordt gestuurd door zijn visie op leren en zijn visie op
taalonderwijs.
1.2.1 Visie op leren
Scholen richten hun onderwijs in op grond van aannames over hoe het onderwijs het best
gegeven kan worden en hoe leerlingen leren.
Deze aannames zijn gebaseerd op verschillende leertheorieën zoals:
- Behavioristische leertheorie
- cognitieve en constructivistische/ sociaal culturele leertheorieën
Constructivisme = interactie tussen de lerende en leeromgeving staat centraal; leren is een
actief proces van kennisverwerving, waarbij kennis ontstaat door interactie met anderen.
1
,1.2.2 Visies op taalonderwijs
De 8 belangrijke visies op taalonderwijs:
- Traditioneel taalonderwijs
- Thematisch- cursorisch taalonderwijs
- Taal bij alle vakken
- Communicatief taalonderwijs
- Whole-language benadering
- Strategisch taalonderwijs
- Taakgericht taalonderwijs
- Interactief taalonderwijs
Traditioneel taalonderwijs
Bij traditioneel taalonderwijs wordt taal gezien als een belangrijke dragen van onze cultuur.
In het traditioneel taalonderwijs ligt de nadruk op schriftelijke vaardigheden en daarbinnen
op vormaspecten. Grammatica is belangrijk, want een goede beheersing daarvan leidt tot
een betere taalbeheersing.
Een voordeel van traditioneel taalonderwijs is dat het overzichtelijk is.
Een nadeel van traditioneel taalonderwijs is dat de aandacht voor verschillende domeinen
van het taalonderwijs niet evenwichtig is.
Thematisch- cursorisch taalonderwijs
Het uitgangspunt van thematisch- cursorisch taalonderwijs is dat leerlingen vooral taal leren
door taal te gebruiken in zinvolle gebruikssituaties. Leerlingen werken zo veel mogelijk
vanuit bepaalde thema’s met taal. Naast de thematische activiteiten zijn er ook de
cursorische activiteiten waarbij leerlingen vakonderdelen oefenen die wel belangrijk worden
geacht, maar niet in het kader van het thema geleerd kunnen worden (bijv. technisch lezen,
spelling en grammatica)
Een voordeel van werken vanuit deze visie is dat de leerlingen in de thema’s bezig kunnen
zijn met activiteiten die zelf als zinvol ervaren worden.
Nadelen van het werken vanuit deze visie is dat thematisch werken veel tijd kost, waardoor
het lastig is om een balans te vinden tussen thematisch en cursorisch werken.
Taal bij alle vlakken
Bij deze visie wordt ervan uitgegaan dat taal meer is dan materie die geleerd moet worden
en dat je door middel van taal kunt leren.
Een voordeel van het werken vanuit deze visie is dat de leerlingen taal gebruiken in een
situatie die voor hen betekenisvol is, maar ook transferproblemen worden zo voorkomen.
Een nadeel kan zijn dat bepaalde taalonderdelen daardoor niet goed uit de verf komen,
omdat deze beter systematisch aangeleerd kunnen worden.
Communicatief taalonderwijs
Bij communicatief taalonderwijs stat centraal dat leerlingen leren om goed mondeling en
schriftelijk te communiceren. De aandacht gaat minder uit naar correctheid van het
2
,taalgebruik en meer naar het tot stand komen van de communicatie en het overbrengen van
de bedoeling van de spreker/schrijven.
Een voordeel van deze visie is dat leerlingen gemotiveerd kunnen raken door de gekozen
situaties.
Een nadeel is dat deze situaties, wanneer ze steeds moeten worden gekozen door de
leerkracht, gekunsteld kunnen worden.
Whole-language benadering
Deze taalvisie gaat ervan uit dat het voor leerlingen onnatuurlijk is om taal op te delen in
kleinere eenheden die apart aangeleerd worden. In eerste instantie staat dus niet de lesstof,
maar de taalgebruiker centraal: de eigen ervaringen van het kind zijn het uitgangspunt voor
gesprekken.
Strategisch taalonderwijs
Het strategisch taalonderwijs is gebaseerd op de visie dat leerlingen voor het uitvoeren van
communicatieve taken strategieën moeten leren beheersen.
Een voordeel hiervan is dat leerlingen de beschikking krijgen over een middel om greep op
de taal te krijgen.
Een nadeel is dat de leerkracht de procedures te gemakkelijk gebruikt en steeds weer
hetzelfde stappenplan laat toepassen.
Taakgericht taalonderwijs
Taakgericht taalonderwijs gaat uit van het idee dat leerlingen niet alleen een taal leren om
er taken mee te kunnen uitvoeren maar dat ze taal leren juist ook dóor zulke taken uit te
voeren. Deze visie vindt plaats vanuit taken die leerlingen zelf inhoudelijk interessant vinden.
De bedoeling van taakgericht taalonderwijs is dat leerlingen gemotiveerd genoeg zijn om de
kloof te overbruggen met dingen die ze eigenlijk nog niet kunnen.
Interactief taalonderwijs
Interactief taalonderwijs gaat ervan uit dat leerlingen taal het beste leren in een krachtige
leeromgeving waarbij rekening wordt gehouden met hun individuele verschillen en
behoeften. Bij deze vorm van taalonderwijs staan betrokkenheid en activiteit centraal.
Interactief taalonderwijs kent drie pijlers:
- Betekenisvol leren kinderen leren het bet in contexten die voor hen belangrijk zijn.
Betekenisvol leren gaat uit van het idee dat leren een actief proces is, waarin kinderen hun
kennis van de taal en van de wereld voortdurend opnieuw organiseren.
- Sociaal leren leerlingen leren in samenspraak en samenwerking met anderen.
- Strategisch leren leerlingen hebben concrete strategieën nodig om bepaalde
taalproblemen op een efficiënte wijze op te lossen.
Interactief taalonderwijs verenigt veel van de hiervoor genoemde visies in zich, met
uitzondering van het traditioneel taalonderwijs.
3
, Vrijwel geen enkele leraar geeft les vanuit één visie. Er is altijd wel een combinatie van
elementen uit verschillende visies.
1.3 Inhouden en doelen
Waar gaat het om bij taalonderwijs? Wat komt er aan de orde en waarom?
1.3.1 Inhouden
In het schema worden vier soorten inhouden van het taalonderwijs onderscheiden.
Deze inhouden zijn niet los van elkaar te zien.
- Vaardigheden. (Spreken, luisteren, schrijven, lezen)
- Taalbeschouwing
- Woordenschat
- Jeugdliteratuur
Voordat de kinderen de basisschool bezoeken, hebben ze al veel taal geleerd. Met spreken
en luisteren kunnen ze behoorlijk uit de voeten. Voor schrijven en lezen is er meer nodig.
Woordkennis is van fundamenteel belang voor de taalvaardigheid: zonder woorden geen
taal.
Het aanbieden van jeugdliteratuur is een taalverwervingsdoel. In verhalen wordt immers
veelal een andere taal geboden dan de gesproken taal.
Taalbeschouwing het reflecteren op taal en taalgebruik. Ze gebruiken niet alleen taal,
maar denken ook na over de taal zelf.
Taalbeschouwing is om 2 redenen belangrijk:
1. Leerlingen gaan door middel van reflectie zelf bewuster spreken, luisteren, lezen of
schrijven.
2. Taal is een fascinerend fenomeen en een belangrijk cultuurelement en daarom is het
beschouwen zelf al de moeite waard.
1.3.2 Doelen
Kerndoelen
Scholen zijn verplicht een onderwijsaanbod te realiseren dat voldoet aan de kerndoelen.
De lijst van de kerndoelen zegt dus eigenlijk: dit aanbod moet in ieder geval door de school
worden geboden. Kerndoelen zijn dan ook geen eisen aan de leerlingen maar aan de leraren.
Voor de Nederlandse taal zijn er twaalf kerndoelen opgesteld.
Tussendoelen bij de kerndoelen
De meeste basisscholen voldoen aan de kerndoelen door niet-verouderde lesmethoden te
kiezen en het taalonderwijs op deze methoden te baseren.
Systeemscheiding = dat wat geleerd is bij de Nederlandse taal, hoort bij de Nederlandse taal
en niet bij geschiedenis, natuur of techniek.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kellyvdk_. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.54. You're not tied to anything after your purchase.