100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Anatomie en Fysiologie Hoofdstuk 15; Het ademhalingsstelsel $3.18
Add to cart

Summary

Samenvatting Anatomie en Fysiologie Hoofdstuk 15; Het ademhalingsstelsel

2 reviews
 713 views  18 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting bestaat uit 12 blz.

Last document update: 10 year ago

Preview 3 out of 12  pages

  • No
  • Hoofdstuk 15
  • October 21, 2014
  • October 21, 2014
  • 12
  • 2014/2015
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: dana-tje • 8 year ago

review-writer-avatar

By: chantalrieken • 8 year ago

avatar-seller
Anatomie en fysiologie


Hoofdstuk 15; Het ademhalingsstelsel
15.1 De functies van het ademhalingsstelsel
Het ademhalingsstelsel heeft 5 basale functies:
1. Het vormt een groot oppervlak voor de gaswisseling tussen de lucht en het
bloed
2. Het verplaatsen van lucht van en naar het gaswisselingsoppervlak in de
longen
3. Bescherming van de alveolaire oppervlakken tegen uitdroging en tegen
temperatuursveranderingen en verdediging tegen binnendringende
ziekteverwekkers
4. De vorming van geluiden waardoor spraak, zang en non-verbale auditieve
communicatie mogelijk zijn.
5. Het doorgeven van reukprikkels naar het centraal zenuwstelsel, voor het
ruiken.

15.2 De opbouw van het ademhalingsstelsel
15.2.1 De luchtwegen
De luchtwegen kunnen worden verdeeld in een gedeelte voor de geleiding van lucht
en een gedeelte voor gaswisseling. Het gedeelte voor de geleiding van lucht begint
bij de ingang van de neusholte en loopt door de pharynx (keelholte), de larynx (het
strottenhoofd), de trachea (luchtpijp), de bronchiën en de grotere bronchiolen. Het
gedeelte van de gaswisseling bestaat uit de kleinste en kwetsbaarste bronchiolen en
de alveoli (longblaasjes). De luchtwegen filteren, verwarmen en bevochtigen de lucht
ook.

15.2.2. De neus
Onder normale omstandigheden komt de lucht het ademhalingsstelsel binnen via de
gepaarde uitwendige neusopeningen, of neusgaten (nares) die in de neusholte
uitmonden. Het vestibulum nasi is de ruimte die door de flexibele weefsels van de
neus wordt omsloten. De neusharen beschermen de neusholten tegen grote deeltjes
die met de lucht meekomen zoals zand, stof en zelfs insecten.
De maxilla (kaakbeen), het os nasale (neusbeen), os frontale (voorhoofdbeen), os
ethmoidale (zeefbeen) en os sphenoidale (wiggenbeen) vormen de laterale en
bovenste wanden van de neusholte. Het neustussenschot verdeelt de neusholte van
het neustussenschot bestaat uit hyalien kraakbeen. Het benige, achterste gedeelte
van het tussenschot bestaat uit gedeelten van het os vomer (ploegschaarbeen) en
het os ethmoidale (zeefbeen). Een benig hard gehemelte, dat uit het
gehemeltebeen en het kaakbeen bestaat, vormt de bodem van de neusholte en
scheidt de mondholte van de neusholte.
_______________________________
15.2.3 De pharynx
De pharynx (keelholte) maakt zowel deel uit van het spijsverteringsstelsel als van
het ademhalingsstelsel. Deze holte loopt vanaf de inwendige neusopeningen naar de
toegang tot het larynx en de slokdarm (oesophagus) en bestaat uit 3 onderdelen: de
nasopharynx, de oropharynx en de laryngopharynx. De nasopharynx is via de
inwendige neusopeningen met de neusholte verbonden en loopt door tot het
achterste rand van het zachte gehemelte. De oropharynx loopt vanaf het zachte

, Anatomie en fysiologie


gehemelte naar de basis van de tong op het niveau van het os hyoideum. In de
laterale wanden van de oropharynx liggen de gehemelteamandelen. De smalle
laryngopharynx loopt tussen het niveau van het os hyoideum en de toegang tot de
slokdarm.

15.2.4 De larynx
Ingeademde lucht verlaat de keelholte en komt de larynx binnen via een smalle
opening die de stemspleet (glottis) wordt genoemd. De larynx (het strottenhoofd)
bestaat uit 9 kraakbeendelen die door banden, skeletspieren of beide op hun plaats
worden gehouden. De 3 grootste kraakbeenstukken zijn het strottenklepje, het
schildkraakbeen en het ringvormige kraakbeen.
De schoenlepelige strottenklepje (epiglottis) steekt boven de stemspleet uit. Tijdens
het slikken komt de larynx omhoog en vouwt het elastische strottenklepje zich naar
achter over de stemspleet, waardoor wordt voorkomen dat vloeistof of vast voedsel in
de luchtwegen terecht komt. Het gebogen schildkraakbeen (cartilago thyroidea)
vormt een groot deel van de voorste en laterale oppervlakken van de larynx. Een
opvallende rand op het voorste oppervlak van dit kraakbeen vormt de ‘adamsappel’.
Het schildkraakbeen ligt hoger dan het ringvormig kraakbeen (cartilago cricoïdea),
dat de larynx aan de achterkant ondersteunt.
De larynx bevat ook 3 kleine kraakbeenstukken; cartilago arytenoidea, cartilago
corniculata en cartilago cuneiformis, die door het ringvormige kraakbeen worden
ondersteund. De banden van het bovenste paar, de valse stembanden, zijn
betrekkelijk stug. Ze helpen voorkomen dat vreemd voorwerpen de stemspleet
binnenkomen en beschermen een tweetal kwetsbaarder banden. Deze banden, de
ware stembanden, liggen hier onder en bevatten elastische ligamenten die van het
schildkraakbeen naar het cartilago arytenoidea lopen.
Voedsel of vloeistoffen die met de stembanden in aanraking komen, brengen de
hoestreflex op gang. Tijdens het hoesten blijft de stemspleet gesloten, terwijl de
spieren van borst en buik zich samentrekken, waardoor de longen worden
samengedrukt.
Lucht die door de stemspleet passeert, brengt de stembanden in trilling, waardoor
geluidsgolven worden gevormd.
Het karakteristieke geluid van de stem is niet alleen afhankelijk van de geluiden die
in het strottenhoofd worden gevormd. Verdere versterking en resonantie vinden
plaats in de keelholte, de mondholte, de neusholte en de neusbijholten. Woorden
worden gevormd door willekeurige bewegingen van de tong, de lippen en de
wangen.

, Anatomie en fysiologie


15.2.5 De trachea
De trachea (de luchtpijp) is een taaie, buigzame buis met een diameter van circa 2,5
centimeter en een lengte van ongeveer 11 centimeter.
De wanden van de trachea worden door 15 tot 20 kraakbeenstukken verstevigd.
Deze U -vormige kraakbeenstukken beschermen de luchtwegen.
De open gedeelten van de U –vormige kraakbeenstukken liggen aan de achterkant,
tegen de slokdarm aan. Hierdoor kan als er een grote voedselbrok door de slokdarm
moet de trachea vervormen.
De uiteinden van de kraakbeenstukken zijn door een elastische ligament en door de
m. trachealis (luchtpijpspier), een band van glad spierweefsel, met elkaar verbonden.

15.2.6 De bronchiën
In het mediastadium vertakt de trachea zich in de rechter en linker primaire
bronchus. De wanden van de primaire bronchiën lijken op die van de trachea; de
binnenbekleding bestaat uit trilhaarepitheel en zijn door U –vormige
kraakbeenstukken omgeven.
In elk van beide longen vertakt de primaire bronchus zich tot steeds kleinere
wordende luchtwegen die de bronchusboom vormen. Als de primaire bronchi de
longen binnengaan, vertakken ze zich tot secundaire bronchi die doorlopen in de
longkwabben aan dezelfde kant. In elk van de beide longen vertakken de secundaire
bronchi zich tot 9 of 10 tertiaire bronchi. Hoe verder ze zich vertakken, hoe kleiner
de diameter wordt. Als de diameter van de doorgang nog maar 1 mm is en dan geen
kraakbeenringen meer bevat, wordt het een bronchiole genoemd.

15.2.7 De bronchiolen
Bronchiolen zijn voor het ademhalingsstelsel wat arteriolen zijn voor het
bloedvatenstelsel. Hierdoor vind de gaswisseling plaats. Dit kan plaats vinden omdat
de wand van de bronchiolen erg dun zijn.
Bronchiolen vertakken zich verder tot terminale bronchiolen met een diameter van
0.3-0.5 mm. Elke terminale bronchiole voert lucht naar een longtrechtertje. Een
longtrechtertje is een segment van het longweefsel dat door tussenschotten van
bindweefsel is begrensd en dat met 1 afzonderlijke bronchiole in verbinding staat.

15.2.8 De ductuli alveolares en de alveoli
De bronchioli respiratorii eindigen in doorgangen die ductuli alveolares worden
genoemd. Deze buisjes eindigen in longtrechtertjes, gezamenlijke compartimenten
die uit vele afzonderlijke alveoli (longblaasjes) bestaan, het gaswisselingsoppervlak
van de longen.
Het epitheel van de alveoli bestaat voornamelijk uit een ongewoon dun, enkelvoudig
plaveiselepitheel. Rondzwervende alveolaire macrofagen patrouilleren het
dekweefsel en fagocyteren stof en afvalmateriaal dat het oppervlak van de alveoli
heeft bereikt.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lotjelies. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.18. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

59804 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.18  18x  sold
  • (2)
Add to cart
Added